4
BEDIENING
Bediening
Afhankelijk van het soort gerecht kiest u een
hoger of lager vermogen (zie hiervoor de
vermogenstabel).
■ Stel het gewenste vermogen in met de
vermogens-instelknop.
Deze magnetron heeft 5 vermogensstanden,
het maximale vermogen is 600 W. In de
onderstaande tabel zijn de vermogensstanden
weergegeven:
■ Stel de gewenste bereidingstijd in met de
kookwekker.
Indien een bereidingstijd van minder dan 2
minuten gewenst is, draai dan de knop verder
door en draai deze vervolgens terug naar de
gewenste tijd.
■ De magnetron start.
■ Wanneer de ingestelde tijd verstreken is
hoort u een signaal en de magnetron gaat
uit.
■ Ontdooien
Als u gerechten snel wilt ontdooien kiest u
een laag vermogen of de ontdooistand. Bij
grotere porties stopt u wanneer het midden
van het voedsel nog bevroren is en laat het
daarna ca. 15 minuten rusten.
■ Opwarmen
U kunt gerechten direct op een bord
verwarmen. Kies hiervoor het hoogste
vermogen.
■ Grote stukken vlees
Bereidt grote stukken vlees niet uitsluitend
met de magnetron op vol vermogen. Stel
een vermogen in van ca. 400 W
(stand ). Vlees snel in hete boter
aanbraden in de pan om vervolgens verder
te garen in de magnetron is een veel
toegepaste methode. Let er vooral op dat
grote stukken intensief nagaren!
■ Klein vlees
Bak klein vlees zoals biefstuk of schnitzels,
gewoon in de koekenpan. Dit geeft het
beste resultaat.
■ Warm produkten met een knapperige korst,
zoals harde broodjes, niet in de magnetron
op. U krijgt een beter resultaat in de
heteluchtoven.
Vermogens-
stand Vermogens
opwarmen
ontdooien
midden
midden/hoog
hoog
% van max.
vermogen
17 %
37 %
59 %
79 %
100 %