11
Installatie
Algemeen
Dit toestel mag alleen door een erkend
gastechnisch installateur aangesloten
worden. Het toestel wordt niet aangesloten op
een rookgas-afvoerkanaal.
Elektrische aansluiting
of
waarbij de derde fase niet gebruikt mag
worden.
Sluit het toestel aan volgens de sticker
achterop het fornuis.
■ De elektrische aansluiting moet voldoen
aan de nationale en lokale voorschriften.
Voor Nederland is dit onder andere
NEN 1010.
■ Stopcontact en stekker moeten te allen
tijde bereikbaar blijven.
Gasaansluiting: RC 1/2˝ (ISO 7/1-RC 1/2)
■ De gasaansluiting moet voldoen aan de
nationale en lokale voorschriften. Voor
Nederland zijn dit onder andere de GAVO-
voorschriften (NEN 1078).
Deze bepalen onder andere dat:
– uitsluitend goedgekeurde materialen
gebruikt mogen worden.
Let op:
De gassoort en het land waarvoor het toestel is
ingericht staan vermeld op het gegevensplaatje.
In de fabriek is het toestel ingeregeld voor G25
(aardgas) met een druk van 25 mbar.
Toestelcategorie I 2L
■ Sluit het fornuis aan met een vaste leiding.
Dit in verband met de hoge temperaturen
die de oven kan bereiken.
Aansluiting door middel van een speciaal
daarvoor bestemde veiligheidsslang is ook
toegestaan. Monteer deze slang terzijde
van het fornuis om aanraking met hete
fornuisdelen te voorkomen.
In alle gevallen moet er voor het toestel
een gaskraan geplaatst worden op een
makkelijk bereikbare plaats.
Let op:
Wanneer het fornuis wordt geplaatst naast
een hoge kast of een andere wand van
brandbaar materiaal, houd dan minimaal
50 mm afstand tussen het fornuis en deze
wanden (zie fig. 11). Houd ook een afstand van
minimaal 650 mm aan tussen de kookplaat en
een eventueel boven de kookplaat geplaatste
afzuigkap.
fig. 11