1
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
20
INSTRUMENTENPANEEL BENZINE - DIESEL MET
HANDGESCHAKELDE OF "2 TRONIC" VERSNELLINGSBAK
De klokken en verklikkerlampjes op het
instrumentenpaneel geven informatie
over de werking van de auto.
5. Olietemperatuurmeter.
Geeft de motorolietemperatuur aan
(°Celsius).
6. Display.
7. Knop nulstelling.
Knop voor de nulstelling van de
geselecteerde functie (dagteller of
onderhoudsintervalindicator).
8. Dimmer dashboardverlichting.
Knop voor de instelling van de
lichtsterkte van de dashboardver-
lichting.
9. "2 Tronic" versnellingsbak.
Geeft het geselecteerde programma
en de ingeschakelde versnelling
aan.
Klokken
1. Toerenteller.
Geeft het motortoerental aan
(x 1 000/min).
2. Brandstofniveaumeter.
Geeft de resterende hoeveelheid
brandstof in de tank aan.
3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.
Geeft de koelvloeistoftemperatuur
aan (°Celsius).
4. Snelheidsmeter.
Geeft de wagensnelheid aan (km/h
of mph).
A. Snelheidsbegrenzer
of
Snelheidsregelaar.
(km/h of mph)
B. Dagteller.
(km of miles)
C. Onderhoudsintervalindicator.
(km of miles), vervolgens:
Motorolieniveaumeter.
vervolgens:
Kilometerteller.
(km of miles)
Deze drie functies worden
achtereenvolgens weergegeven
als het contact wordt aangezet.
Raadpleeg voor meer informatie over de
werking en de weergave van een bepaal-
de functie het desbetreffende hoofdstuk.
Display