Selecteer een tekenset en lettertype
Druk op de toetsen - of + rechts naast de
tekensetindicator (3) om de tekenset te veranderen in
hoofdletters of kleine letters, normale letters of speciale
letters en symbolen.
Druk op de toetsen - of + rechts naast de lettertype-
indicator (4) om lettertypes te veranderen.
Tekst en steken aanpassen
Druk op de reekstoets om de reeksweergave te openen.
U kunt de geselecteerde steek spiegelen, de lengte en
breedte ervan aanpassen of de dichtheid, verlenging of
steekpositie ervan veranderen. De aanpassingen werken
hetzelfde als in de naaimodus. Zie pagina 35. Als u een
waarde heeft veranderd, worden de cijfers gemarkeerd
op het grafische display om aan te geven dat het geen
standaardwaarde is.
Let op: De aanpassingen hebben alleen invloed op de steek bij
de cursorpositie. Als u terugkeert naar de naaimodus, hebben
alle aanpassingen die daar zijn gemaakt invloed op de hele
reeks en worden ze niet opgeslagen als u terugkeert naar
reeksen.
Steken of letters van een reeks
verwijderen
Als u een steek wilt verwijderen, brengt u de cursor
naar die steek en drukt u op de toets voor verwijderen.
Om de hele reeks te verwijderen van het steekgebied,
drukt u lang op de toets voor verwijderen.
Uw reeksen beheren
U kunt uw reeks opslaan en opnieuw laden. Het
reeksgeheugen heeft ruimte voor 60 steken en letters.
Reeks opslaan
Het opslaan van uw reeks gaat hetzelfde als in de
naaimodus. Zie pagina 36.
Let op: Als er al een andere reeks is geselecteerd, verschijnt er
een pop-up die u vraag of u deze wilt overschrijven. Selecteer
ja of nee met de pijltoetsen en druk op OK.
47