32
Variant 2 „Insert CC”: De camera-
recorder stuurt de videorecorder.
%
Kies met de toets p de OSD-pagina
„Videorec.” (voor videorecorder-stand).
Zoek op de videorecorder de juiste bandpositie
voor het begin van de opname.
Schakel de videorecorder op weergave-pauze.
Neem de gebruikersinstructies van de OSD-pagina in
acht.
&
Kies met de toets p de OSD-pagina
„Player” (voor camerarecorder-stand).
Zoek op de camerarecorder het gewenste begin
van de insert-opname.
Schakel de camerarecorder op weergave-pauze.
Neem de gebruikersinstructies van de OSD-pagina in
acht. Hoe het kopiëren gestart wordt is afhankelijk van de
camcorder die gebruikt wordt en van de synchro-edit-
kabel.
/
Start het kopiëren met de daarvoor bestemde toets
op de camerarecorder of op de afstandsbediening
van de camerarecorder. De camerarecorder start
met „WEERGAVE” en de videorecorder start syn-
chroon met „OPNAME”.
(
Wilt u beëindigen, druk dan op de PAUZE- of
STILL-toets op de camerarecorder of op de
afstandsbediening van de camerarecorder.
)
Beëindig met de toets l of d
(afstandsbediening).