Hoofdstuk 6: Montage 165
Clips overschrijven met een Montagesjabloon: Als u een
Montagesjabloon op een tijdlijnspoor wilt plaatsen en de andere
clips wilt laten overschrijven zonder enige wijzigingen aan te
brengen aan de rest van de tijdlijn, dan kan dit door de knop
bewerkingsmodus in te stellen op overschrijven. De lengte van de
Montageclip bepaalt welk gedeelte van het spoor wordt vervangen.
Montageclips knippen
Hoewel trimbewerkingen op de tijdlijn hetzelfde zijn voor
Montageclips als voor videoclips, kan het feitelijke resultaat van het
knippen afhankelijk zijn van het type sjabloon.
In een volledig geanimeerde sjabloon, zoals een rollende titel, wordt
de animatie altijd voltooid. De animatiesnelheid is daarom
afhankelijk van de clipduur. Door de clip in te korten, wordt de
animatie dus sneller uitgevoerd; de sequentie wordt echter niet
aangetast.
Clips met video kunnen echter op de gebruikelijke manier worden
getrimd. Veel thema’s beschikken over een videosubclip van
variabele lengte. Als er een subclip aanwezig is, dan kan de clip net
zover als de lengte van de subclip worden uitgebreid – onbeperkt als
de subclip een stilstaand beeld is.
Overgangen en effecten
U kunt overgangen gebruiken aan het begin en het einde van
Montageclips; dit gebeurt op dezelfde manier als bij andere
cliptypen.
Ook video- en audio-effecten kunnen op de gebruikelijke manier aan
Montageclips worden toegevoegd en op alle inhoud van de clip
worden toegepast. Een paar effecten, zoals Snelheid, zijn echter niet
beschikbaar voor gebruik met Montageclips.
Om een effect aan een Montageclip toe te voegen, klikt u met de
rechtermuisknop op de Montageclip op de tijdlijn en kiest u de optie
voor het openen van de effecten-editor in het contextmenu. U kunt
een effect ook van de bibliotheek naar de clip slepen. Effecten
bevinden zich in het gedeelte Creatieve elementen van de
Bibliotheek.