1
Inhoud
Aansluiten van de apparatuur ................ 1
Aansluiten van het systeem .............................. 3
Aansluiten van het stroomsnoer (1) .................. 4
Aansluiten van het stroomsnoer (2) .................. 5
Bij aansluiting op een los verkrijgbare
eindversterker ............................................ 7
Wanneer u een achteruitrijd-camera wilt
aansluiten .................................................... 9
Wanneer u een externe videocomponent en
het display aansluit .................................. 11
Bevestigen van de ruisfilters .......................... 12
Installeren ................................................ 13
Installeren van de verborgen eenheid .............. 13
DIN Voor/Achter montage .............................. 14
DIN Voor-montage ........................................ 14
DIN Achter-montage ...................................... 15
Vast zetten van het voorpaneel ........................ 16
Bevestigen van de afstandsbediening .............. 16
WAARSCHUWING:
• Om het risico op ongelukken te verlagen
en mogelijke overtreding van
toepasselijke regelgeving te voorkomen,
mag de DVD of TV (los verkrijgbaar)
functie voor de voorste inzittenden in
geen geval worden gebruikt terwijl er
met het voertuig gereden wordt. Om
dezelfde redenen mag een eventueel
achterdisplay niet zodanig geplaatst zijn
dat dit een visuele afleiding van de
bestuurder zou kunnen opleveren.
• In bepaalde landen, staten of gebieden
kan het zelfs illegaal zijn wanneer
anderen dan de bestuurder beelden
bekijken op een scherm in het voertuig.
Waar dergelijke regelgeving van kracht
is dient deze strikt te worden opgevolgd
en mogen de DVD functies van dit
toestel dus niet worden gebruikt.
LET OP:
• PIONEER raadt u af de display zelf in
te bouwen of eventueel onderhoud te
verrichten. Bij verkeerd inbouwen of
onderhoud bestaat de kans op een
elektrische schok of een andere
gevaarlijke situatie. Laat inbouwen en
onderhoud van het apparaat over aan
bevoegd Pioneer servicepersoneel.
• Maak alle draden met kabelklemmen of
isolatietape vast. Let er tevens op dat er
geen draden blootliggen.
• Boor geen gat in het motorruimteschot
om de geel draad van het apparaat naar
de auto-accu te leiden. Door de
motortrillingen kan de aangebrachte
isolatie losraken op de plaats waar de
draad van het interieur naar de
motorruimte loopt, met een gevaarlijke
situatie tot gevolg. Zorg ervoor dat u de
draad op de diverse plaatsen stevig
vastmaakt.
• Wanneer het displaysnoer zich rond de
stuurkolom of de versnellingspook
wikkelt, ontstaat een bijzonder
gevaarlijke situatie. Let er bij het
inbouwen van de display op dat u op
geen enkele wijze gehinderd wordt bij
de normale besturing van de auto.
• Zorg ervoor dat de draden de beweging
van de diverse onderdelen van de auto
zoals de versnellingspook, de handrem
of het stoelverschuivingsmechanisme
niet hinderen.
• Maak ook geen enkele andere draad
korter. Het is anders mogelijk dat het
beveiligingscircuit niet juist werkt.
• Installeer het scherm niet op een plek
waar dit (i) het zicht van de bestuurder
zou kunnen belemmeren, (ii) de werking
van de bedieningsorganen of
veiligheidsvoorzieningen van het
voertuig, met inbegrip van airbags,
knoppen voor waarschuwingslichten en
dergelijke, zou kunnen hinderen, of (iii)
de bestuurder zou kunnen hinderen bij
het veilig besturen van het voertuig.
Aansluiten van de apparatuur
