7
Aansluiten van de toestellen
Instellen van het adres
U kunt dit toestel op verschillende manieren aansluiten binnen uw systeem. Daarom moet
u het toestel een adres toewijzen zodat de verschillende aangesloten toestellen van elkaar
kunnen worden onderscheiden. Volg de onderstaande regels bij het instellen van het adres:
• Dit toestel wordt gebruikt in combinatie met een digitale geïntegreerde versterker
(RS-A9). De digitale geïntegreerde versterker (RS-A9) is permanent ingesteld op adres
1. Stel dit toestel dus in op één van de adressen 2 - 4.
• Zorg ervoor dat geen twee toestellen in het systeem hetzelfde adres krijgen.
Meer over de netwerkfunctie
Stem de instelling van de netwerkfunctie af op de manier waarop het aangesloten
luidsprekersysteem wordt gebruikt.
Druk nadat u de instelling heeft verricht, zonder dat dit toestel een signaalbron
reproduceert op het reset knopje (RESET).
MID (middenbereik)
(Frequentiebereik: 160 Hz - 20 kHz)
Hierop kunt u een luidspreker voor het middenbereik aansluiten.
U kunt ook een luidspreker met het volle toonbereik aansluiten en de netwerkfrequentie
aanpassen.
LOW (laag bereik)
(Frequentiebereik: 25 Hz - 10 kHz)
Hierop kunt u een luidspreker voor lage tonen aansluiten.
U kunt ook een luidspreker met het volle toonbereik aansluiten en de netwerkfrequentie
aanpassen.
SW (Subwoofer)
(Frequentiebereik: 20 Hz - 250 Hz)
U kunt een subwoofer aansluiten.
Volledig gebalanceerd volledig digitaal systeem
Door dit product te gebruiken in een brugschakeling kunt u een volledig gebalanceerd en
volledig digitaal systeem samenstellen. Omdat de DAC weergave van één kanaal
omgekeerd is, bestaan de digitale uitgangssignalen tot en met de uitgangssignalen voor de
luidsprekers volledig uit gebalanceerde circuits, hetgeen de productie van ruis dramatisch
vermindert en zorgt voor een hoge signaal-ruisverhouding en een groot dynamisch bereik.
