3. Haal de borstband iets van de borst en maak de twee geribbelde elektrodeplaten aan de
achterkant vochtig.
4. Zorg ervoor dat de vochtige elektrodeplaten dicht tegen de huid liggen en dat het Polar logo
rechtop in het midden zit.
5. Draag de polsunit als horloge. Druk in de tijdweergave op OK om het menu te openen.
Exercise (Training) wordt weergegeven. De polsunit begint automatisch uw hartslag te
zoeken. Binnen 15 seconden verschijnt uw hartslag in combinatie met het hartsymbool
met kader . Het kader rondom het hartsymbool geeft aan dat uw hartslag gecodeerd is.
Uw hartslag wordt gemeten, maar niet geregistreerd totdat u met de training begint. Als u
uw hartslag en andere trainingsgegevens wilt registreren, leest u het hoofdstuk “Begin met
de training”.
Opmerking: Als de polsunit uw hartslag niet ontvangt, wordt - -/00 weergegeven; controleer of de elektroden
van de borstband nat zijn en of de band strak genoeg zit. Houd de polsunit dicht bij het Polar logo op de
borstband. De polsunit zoekt opnieuw het hartslagsignaal.
1.4 HARTSLAGMETING
Draag de borstband, zodat uw hartslag wordt gemeten.
Door de hartslag te coderen, vermindert u interferentie van andere hartslagmeters die worden gebruikt door mensen bij
u in de buurt. Om er zeker van te zijn dat het zoeken naar de gecodeerde gegevens lukt en om problemen bij de controle
van u hartslag te voorkomen, houdt u de polsunit binnen het bereik van de borstband (1 meter). Controleer of zich in uw
nabijheid geen mensen bevinden die ook een hartslagmeter dragen, of dat er in uw omgeving geen elektromagnetische
storingsbronnen zijn (zie voor meer informatie over interferentie “Voorzorgsmaatregelen”).
1. Bevestig een uiteinde van de borstband aan het elastische bandje.
2. Stel de lengte van het elastische bandje zo in dat de borstband strak maar comfortabel zit.
Doe de borstband om uw borst, net onder de borstspieren en bevestig het elastische bandje
aan de andere kant van de borstband.