POWDP3510 NL
Copyright © 2018 VARO P a g i n a | 9 www.varo.com
9.3 Vervangen van de slijpschijf (Fig. 7 – 8)
Opgelet – een schijf die net nog gebruikt werd kan zeer heet zijn!
Waarschuwing: verwijder altijd het batterijpack uit de slijper vóór montage
of instelling.
▪ Duw de asvergrendelingsknop (2) in en hou hem ingedrukt om de as te blokkeren.
▪ Draai aan de uitgaande as tot die blokkeert.
▪ Verwijder de buitenste flens en de steunflens m.b.v. de meegeleverde pensleutel.
▪ Monteer de gewenste schijf (8) op de as en breng terug de buitenste flens en de
steunflens aan. Laat de asvergrendelingsknop los.
Important! Only ever press the spindle lock when the motor and grinding
spindle are at a standstill!
De asvergrendeling moet u bij het verwisselen van de schijf blijven indrukken.
Schakel de slijper in met de aan/uit-schakelaar (4) en laat hem 30 seconden draaien om te
controleren of hij correct werkt en er geen abnormale trillingen zijn. Schakel de slijper
onmiddellijk uit als u sterke trillingen vaststelt, en ga na wat de oorzaak is.
Voor afbraamschijven en doorslijpschijven tot een dikte van ongeveer 3 mm moet u de
buitenste flens monteren met de vlakke zijde naar de afbraamschijf of doorslijpschijf toe.
10 BEDIENING
10.1 In- en uitschakelen (Fig. 9)
Controleer vóór u de AAN/UIT-trekkerschakelaar indrukt of de slijpschijf
goed gemonteerd werd en soepel kan draaien en of de buitenste flens
stevig aangespannen is.
▪ Monteer het batterijpack op de behuizing van de haakse slijper.
10.1.1 Inschakelen
Duw achteraan op de aan/uit-schakelaar (4) (pijl 1 in Fig. 9), duw hem naar voren (pijl 2 in Fig.
9) en vergrendel hem in de “ON”-stand om de haakse slijper in te schakelen.
10.1.2 Uitschakelen
Duw achteraan op de aan/uit-schakelaar (4). Hij keert zo automatisch terug naar de “OFF”-
stand waardoor het apparaat wordt uitgeschakeld. Leg de slijper pas neer wanneer hij volledig
is gestopt met draaien.
De schijf draait na het uitschakelen van het gereedschap nog even door.
Opmerking: de schakelaar van deze haakse slijper is voorzien van een
stroomuitvalbeveiligingsfunctie die persoonlijke verwondingen en schade
als gevolg van onverwacht opstarten voorkomt wanneer de stroomtoevoer
hersteld wordt.