POWP1010 NL
Copyright © 2018 VARO p a g i n a | 8 www.varo.com
7.4 In- en uitschakelen
Controleer vóór u met de haakse slijper begint te werken of de spanning die
op het typeplaatje wordt aangegeven overeenstemt met de gebruikte
netspanning.
Controleer vóór u de AAN/UIT trekkerschakelaar indrukt of de slijpschijf goed
gemonteerd werd en soepel kan draaien en of de buitenste flens stevig
aangespannen is.
7.4.1 Inschakelen
Schakel de haakse slijper in door op het achterste deel van de AAN/UIT-schakelaar (4) te
duwen en de schakelaar naar voor te schuiven om hem in de AAN-stand te laten
vergrendelen.
7.4.2 Uitschakelen
Duw op het achterste deel van de AAN/UIT-schakelaar (4). De schakelaar keert nu terug naar
de UIT-stand en het gereedschap schakelt uit. Laat de slijper niet los vóór hij volledig tot
stilstand is gekomen.
De schijf draait na het uitschakelen van het gereedschap nog even door.
Leg de machine pas neer wanneer de schijf volledig is uitgedraaid.
Indien de netspanning onderbroken wordt, moet de AAN/UIT-schakelaar
ontgrendeld en opnieuw geactiveerd worden.
8 WERKWIJZE
8.1 Slijpen
Hou de handgreep (3) en de hulphandgreep (6) stevig
vast en schakel het toestel in. Vermijd dat u met uw
handen de ventilatiesleuven blokkeert omdat dit tot
oververhitting van de slijper zou kunnen leiden. Laat de
schijf op volle snelheid komen. Breng de schijf op het
werkstuk. Een maximaal effect wordt bereikt wanneer de
slijper onder een hoek van 15 tot 30° wordt gehouden
t.o.v. het werkstuk. Beweeg de slijper zachtjes
langsheen het werkstuk. Geef de slijper de tijd om zijn werk te doen. Het is zelden nodig om
de schijf met grote kracht tegen het te bewerken oppervlak te duwen. Tijdens het werken
kunnen er vonken in de motor ontstaan. Dit is normaal en wijst niet op een defect. Schakel de
slijper na het gebruik uit.
