POWX07595 NL
Copyright © 2020 VARO P a g i n a | 6 www.varo.com
5.2 Zaagbladbeschermkap
De zaagbladbeschermkap (7) voorkomt dat de gebruiker per ongeluk het zaagblad aanraakt
en het voorkomt ook rondvliegende splinters. De zaagbladbeschermkap moet tijdens het
gebruik op haar plaats zitten.
5.3 Duwstok
De duwstok (14) op de figuur hiernaast) dient als een verlengstuk van de hand en beschermt
de gebruiker tegen het per ongeluk aanraken van het zaagblad. De duwstok moet altijd
gebruikt worden wanneer de afstand tussen de geleider en het zaagblad kleiner is dan 120
mm.
6 UITPAKKEN EN MONTEREN
Pak het toestel uit en controleer of alle onderdelen aanwezig zijn.
Laat het zaagblad onder het tafeloppervlak neer (zie 8.4 Instellen van de zaagdiepte).
Draai de zaagtafel ondersteboven.
Nota: neem contact op met de verkoper wanneer er onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn.
Te assembleren onderdelen zitten verpakt in kartonnen doos onder de
motor!!!
6.1 Montage (Fig. 1)
Monteer eerst de Link, rechts en achter uitbreidingen aan de tafelzaag (zonder de beugels).
Monteer het onderstel en monteer het aan de tafelzaag.
Het onderstel (13) bestaat uit vier tafelpoten met 4 dwarssteunen die gemonteerd moeten
worden. Benodigd gereedschap:
2 combinatiesleutels
▪ Maak de vier tafelpoten (19) vast aan de hoeken van de zaagtafel. Let wel, de poten aan
de achterzijde moeten zo gemonteerd worden dat de gaten voor de montage van de
kantelbeveiligingen naar de achterzijde van de machine gericht staan.
▪ Monteer de dwarssteunen A aan de voor en achterzijde tussen poten (13)
▪ Monteer de dwarssteunen A aan de zijkanten tussen poten (13)
Doe dit door elke dwarssteun langs binnen met twee schroeven, ringen en borgmoeren aan
elke tafelpoot vast te maken.
▪ Duw de rubberen voetjes (17) op de steunpoten.
▪ Monteer tenslotte de vier steunen (21) met de tafelverlenging en de tafelpoten.
De steunen (21) worden gemonteerd doorheen de schroefopeningen in de behuizing.
Nota: Plaats het toestel enkel op een vlakke en slipvrije ondergrond. Het
toestel mag niet kunnen wiebelen.
6.2 De kantelbeveiliging monteren (Fig. 2)
▪ Schroef de kantelbeveiliging vast aan de achterste steunpoten m.b.v. bouten (A),
tussenringen, veerringen en moeren.
6.3 Montage van de parallelgeleider (Fig. 3)
Stop de parallelgeleider (12) in de sleuf van de meetschaal. Controleer de instelling door het
venstertje. Breng de vergrendelknop (10) van de parallelgeleider (12) op zijn plek en draai
hem vast. Om een perfect parallelle zaagsnede te maken, moet u de afstand tussen de
geleider en het zaagblad op twee plaatsen controleren m.b.v. een meetlat.