6
SLIJPPROCEDURE
Slijp alleen schone messen. Haal messen en scharen onder lichte druk en met een vloeiende beweging naar u
toe. Beweeg de meesen en scharen in geen geval heen en weer. Blijf de beweging herhalen totdat de gewenste
scherpte bereikt is. De kwaliteit van het stijpen is sterk afhankelijk van de kwaliteit van de messen. Slijp een
mes of schaar altijd over de gehele lengte omdat anders een onregelmatig snijvlak kann ontstaan. Sterke druk en
een vebogen lemmet blokkeren de slijpschijf. Begin overnieuw.
Messen met een glad lemmet: moeten aan beide zijden geslepen worden. Beide mes-
geleidingen aan de rechter en linker zijde zijn geschikt. Plaats het mes in de rechter
mesgeleiding rechts en in de linker mesgeleiding links.
Tafelmessen met kartelrand alleen aan de gladde zijde slijpen. Tafelmessen zijn reeds
bij aankoop minder scherp dan gladde messen en hiermee niet te vergelijken. Slijp deze
daarom kortstondig en zeker niet langer dan nodig is.
Kartelmessen alleen in de kartels slijpen. Leg het mes met de kartels
naar beneden in het apparaat. Kartelmessen kunnen vanwege hun vorm
slechts in beperkte mate geslepen worden. Een afstompen van de puntjes
is onvermijdelijk.
Zaagmessen hoeven niet geslepen te worden.