Installatie bij de uitvoering met afzuiging (A): kookdampen en -luchtjes worden naar buiten toe afgezogen via een
afvoerbuis die met een bajonetbevestiging aan de flens C wordt bevestigd, sluit de ongebruikte afvoeropening met de
bijgeleverde dop D1 (indien voorzien - bajonetbevestiging).
Belangrijk: sommige modellen worden geleverd met een gesloten gat B1: Druk krachtig om het voorgesneden deel los te
maken en te verwijderen. Dit deel kan niet terug worden geplaatst. Voer deze handeling daarom alleen uit als u zeker bent van
het uit te voeren installatietype.
Belangrijk! Bij enkele modellen moet om de achterste afvoeropening B2 te kunnen gebruiken, met behulp van een mesje of
een tangetje het stukje plastic D2 of D3 worden verwijderd.
Installatie bij de filteruitvoering (F): in het geval dat de kookdampen en -luchtjes niet naar buiten kunnen worden
afgevoerd, kan de afzuigkap in filteruitvoering worden gebruikt door een of meerdere (aan te schaffen) koolfilters te
monteren; de kookdampen en -luchtjes worden dan via het achterste rooster boven het bedieningspaneel gerecycleerd.
Controleer de stand van de keuzeschakelaar afzuiging/filtering (binnen in de kap) G.
Wandbevestiging - Plaats de kap tegen de wand (of gebruik de boormal H, indien bijgeleverd) en teken met een potlood de
gaten af (3 of 4 gaten van Ø 8mm), en boor de gaten in de muur; plaats de pluggen J in de gaten en de 2 schroeven K in de
bovenste gaten; verwijder het rooster en haak de kap op de twee schroeven, plaats tenslotte van binnenuit de derde (en
vierde) schroef L en draai ze allemaal vast.
Bevestiging onder een keukenkastje - Breng de kap aan (of gebruik de boormal H, indien bijgeleverd) en teken met een
potlood de vier 4 gaten van Ø 6 mm af die in de bodem van het kastje moeten worden gemaakt.
Bevestig de kap met de 4 schroeven M vanuit de binnenzijde van het kastje.
Bedieningspaneel
Verlichting: schuif de toets naar rechts of druk op de knop om de kap in te schakelen.
Afzuigcapaciteit/-snelheid: schuif de toets naar rechts of druk op de volgende knop om de capaciteit of de snelheid te verhogen.
Vetfilter - kan van het volgende type zijn:
Papieren vetfilter moet een keer per maand vervangen worden of wanneer bij een gekleurde bovenkant de kleur door de
openingen van het rooster te zien is.
Metalen filter moet of een keer per maand met de hand worden gewassen, of in de vaatwasser op een lage temperatuur en
met een korte cyclus.
Om het vetfilter te verwijderen, het rooster met behulp van de haken E1 of E2 of E3 openen en van de vergrendelingen R1 o
R2 halen.
Het zelfdragende metalen filter heeft geen draagfilter, en om het te verwijderen de veerhaken E1 naar achteren trekken en
het filter er naar beneden toe uittrekken.
Belangrijk! Op den duur kan het metalen filter dof worden, de filtercapaciteit wordt daardoor echter niet aangetast.
Koolfilter - kan van het volgende type zijn:
Model V1: Verwijder het deksel W door de knopjes O 90° te draaien.
Plaats het koolfilter in de daarvoor bestemde ruimte en bevestig het door de knop O 90° te draaien, sluit het deksel af.
Moet iedere 4 maanden vervangen worden.
Model V2, rechthoekig: breng de achterzijde T aan en haak de voorzijde vast (U) - moet iedere 6 maanden vervangen
worden.
Model V3, rond: Met bajonetvergrendeling, het filter midden op het beschermrooster van de motor plaatsen zodat het rooster
volledig wordt bedekt, en ervoor zorgen dat het referentiepunt X1 of X2 of X3 of X4 op het koolfilter, samenvalt met het
referentiepunt op de verzamelleiding, draai het vervolgens tegen de klok in. Bij demontage tegen de klok in draaien, indien het van het
lipje Z is voorzien, eraan denken deze eerst een klein stukje op te tillen. Moet iedere 4 maanden vervangen worden.
Vervangen van het/de lampje(s) - Verwijder de filters en verwijder het oude lampje (gloeilamp van 40 W max E14).
Breng de filters weer aan.
Halogeenlampje van 20 W max - G4: gebruik een kleine platte schroevendraaier of een ander geschikt gereedschap om het
los te wippen.
Om weer te sluiten vastklikken.
F NLD