587897
5
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/20
Nächste Seite
5
Inzet van vloeibaar gas
Uittreksel uit het voorschrift ter preventie van
ongevallen (UVV) VBG 21 van 1 oktober 1993 voor het
gebruik van vloeibaar gas.
§ 1 Geldigheidsgebied
(1) Dit voorschrift ter preventie van ongevallen geldt
voor:
1. het gebruik van vloeibaar gas voor verbrandings-
doeleinden,
2. installaties op vloeibaar gas voor verbrandings-
doeleinden, voorzover ze uit drukgasflessen
gevoed worden en
3. verbruiksinstallaties op vloeibaar gas voor
verbrandingsdoeleinden, voorzover ze uit
drukvaten gevoed worden.
(2) Dit voorschrift ter preventie van ongevallen geldt
niet, voorzover het onderwerp ervan geregeld is in
nationale wetgeving.
§ 4 Eisen aan personen
De ondernemer moet ervoor zorgen dat installaties
volgens § 1 punt 1 nr. 2 en 3 alleen door verzekerde
personen bediend of onderhouden worden, die in het
bedienen of onderhouden van deze installaties
geïnstrueerd zijn en van wie verwacht kan worden dat
ze hun taak op een betrouwbare manier vervullen.
§ 6 Opstelling van installaties op vloeibaar gas
(1) De ondernemer moet ervoor zorgen dat installaties
volgens § 1 punt 1 nr. 2 en 3 zo gemonteerd en
opgesteld worden, dat ze veilig werken en
onderhouden kunnen worden.
(2) De ondernemer moet ervoor zorgen dat installaties
volgens § 1 punt 1 nr. 2 en 3 zo opgesteld worden,
dat ze tegen mechanische beschadiging beschermd
zijn.
(3) Drukgasflessen moeten zo opgesteld worden, dat
ze tegen ontoelaatbare verwarming beschermd zijn.
(4) De ondernemer moet ervoor zorgen dat rond om
leeg te maken aangesloten drukgasflessen
voldoende vrije ruimte wordt aangehouden, waarin
zich geen kelderopeningen en -toegangen, kuilen
en gelijkaardige holle ruimtes, rioolputten zonder
vloeistofafsluiting, lucht- en lichtkanalen en brand-
baar materiaal bevinden.
(5) De ondernemer moet ervoor zorgen dat installaties
op vloeibaar gas zo worden opgesteld, dat ze niet
publiekelijk toegankelijk zijn, of de veiligheidsin-
richtingen, regelinrichtingen en instelelementen
aan de voedingsinstallatie moeten tegen onbe-
voegde toegang van derden beveiligd zijn.
(6) De ondernemer moet ervoor zorgen dat installaties
volgens § 1 punt 1 nr. 2 en 3 niet in ruimtes onder
de begane grond opgesteld worden.
(7) In trappenhuizen, kleine binnenplaatsen en
doorritten of in de onmiddellijke nabijheid daarvan
mogen drukgasflessen alleen worden opgesteld,
als deze daar voor de uitvoering van werkzaam-
heden tijdelijk noodzakelijk zijn en er door de
ondernemer speciale veiligheidsmaatregelen
getroffen zijn.
(9) Bij verbruiksinstallaties met aangesloten drukgasfles-
sen met een inhoud vanaf 1 liter, waaruit gas uit de
gasfase ontnomen wordt, moeten de drukgasfles-
sen rechtop staand en stabiel worden neergezet.
(10) De ondernemer moet ervoor zorgen dat
verbruiksinstallaties alleen aan
– drukvaten of
ten hoogste 8 drukgasflessen voor de
gelijktijdige gasontname
aangesloten worden; deze vaten resp. flessen
moeten in de open lucht of in een speciale
opstellingsruimte zijn opgesteld.
(11) Afwijkend van punt 10 mogen in werkruimtes tot
500 m³ en voor elke verdere 500 m³ ruimte
één drukgasfles met een toegelaten vulgewicht
tot 33 kg of
twee drukgasflessen met een toegelaten
vulgewicht tot elk 14 kg
opgesteld worden.
(12) Afwijkend van de punten 10 en 11 mogen in
werkruimtes tot 500 m³ en voor elke verdere 500 m³
ruimte maximaal 8 drukgasflessen opgesteld
worden:
om bedrijfstechnische redenen, indien de
installatie op vloeibaar gas tijdens de
gasontname onder permanent toezicht staat.
(15) De ondernemer moet ervoor zorgen dat in ruimtes
en omgevingen waarin rekening moet worden
gehouden met explosieve atmosferen, verbruiks-
inrichtingen alleen met inachtneming van de
beschermingsmaatregelen tegen explosies in
bedrijf genomen worden.
(16) De ondernemer moet ervoor zorgen dat
verbruiksinstallaties waarbij een ontsnapping
van onverbrand gas en de vorming van een
gevaarlijke explosieve atmosfeer niet zeker
verhinderd is, zo opgesteld worden, dat
mogelijke gasontsnappingsplaatsen en
ventilatieopeningen van opstellingsruimtes
omgeven zijn door een voldoende grote zone
zonder ontstekingsgevaar. De zone zonder
ontstekingsgevaar mag door constructieve of
gelijkwaardige maatregelen begrensd zijn, indien
de ventilatie niet ontoelaatbaar gehinderd wordt.
5

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für REMKO PGM 60 wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info