588030
6
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/20
Nächste Seite
6
Ruimteverwarming
De apparaten mogen in gesloten ruimtes of hallen al-
leen werken met een geschikte ruimtetemperatuurrege-
ling (ruimtethermostaat).
De apparaten moeten zo worden opgesteld, dat er
geen gevaren of ontoelaatbare belastingen, b.v.
schokken, slingeringen of geluiden, van uitgaan.
Bedieningselementen die als ze ondeskundig geacti-
veerd worden, tot gevaarlijke bedrijfstoestanden
kunnen leiden, moeten, voorzover ze algemeen toe-
gankelijk zijn, tegen onbevoegde activering be-
schermd worden.
De apparaten mogen niet worden opgesteld en wer-
ken in ruimtes waar brand- of explosiegevaar be-
staat.
Van de ruimtelucht afhankelijke apparaten mogen in
ruimtes of gebouwen waaruit lucht met behulp van
ventilators, zoals beluchtings- of afzuigsystemen
enz., wordt afgezogen, alleen dan worden opgesteld
als:
1. een gelijktijdig bedrijf van de apparaten en de
luchtafzuigende installatie(s) door veiligheidsin-
richtingen verhinderd wordt.
2. de gasafvoer door speciale veiligheidsinrichtin-
gen bewaakt wordt.
3. de afvoergassen van de apparaten via de lucht-
afzuigende installatie(s) afgevoerd worden.
4. door de constructie of de afmetingen van de in-
stallatie gegarandeerd is dat er geen gevaarlijke
negatieve druk kan ontstaan.
Verbrandingsluchttoevoer
In het algemeen moet door de betreffende eisen van de
bouwinspectie de toereikende toevoer van de verbran-
dingslucht gegarandeerd worden.
Uittreksel van de M-FeuVO
Kan al naargelang de deelstaat enigszins afwijken.
Voor van de ruimtelucht afhankelijke stookplaatsen met
een totale nominale warmtecapaciteit van maximaal 35
kW geldt de verbrandingsluchttoevoer als aangetoond
als de stookplaatsen zijn opgericht in een ruimte die
1. minstens één deur naar de open lucht of een
raam dat kan worden geopend (ruimtes met ver-
binding naar de open lucht), en een ruimte-
inhoud van minstens 4 m
3
per kW totale warmte-
capaciteit heeft, of
2. een naar de open lucht leidende opening met
een binnenwerkse diameter van minstens 150
cm
2
of twee openingen van elk 75 cm
2
of leidin-
gen naar de open lucht met stromingstechnisch
equivalente diameters heeft.
Verbrandingsluchtopeningen en -leidingen mogen niet
afgesloten of dichtgezet worden, voorzover niet door
speciale veiligheidsinrichtingen gegarandeerd is dat de
stookplaats alleen kan werken bij geopende afsluiting.
De vereiste diameter mag door de afsluiting of tralies
niet vernauwd worden.
Afwijkend van de punten 1 en 2 kan voor van de ruimte-
lucht afhankelijke stookplaatsen een toereikende ver-
brandingsluchttoevoer op een andere manier worden
aangetoond.
Bijvoorbeeld door:
Een aan de brander of de bekleding ervan aangeslo-
ten doorlopende leiding met een toereikende diame-
ter naar de open lucht. Deze moet zijn aangepast
aan de beschikbare zuigcapaciteit van de brander
en de leidingweerstanden (inclusief die van het aan-
zuigbeschermrooster), zodat een foutloze verbran-
ding gegarandeerd is.
Brandstoftoevoer
De brandstoftoevoer moet geïnstalleerd worden met in-
achtneming van DIN 4755 voor oliegestookte WLG.
Met name bij stookolieleidingen moet men ervoor zor-
gen dat de diameter ervan wordt gekozen rekening
houdend met de zuighoogte, de totale leidingweerstan-
den en verhoogde viscositeit bij lagere temperaturen,
en er evt. olietransportaggregaten voorzien worden.
De leidingen moeten zo gelegd worden, dat ze gemakke-
lijk ontlucht kunnen worden en tegen corrosie en mecha-
nische beschadigingen beschermd zijn.
*
De gemeten druk van de zuigleiding mag -0,3 bar
niet overschrijden. Hij mag ten hoogste -0,4 bar
bedragen.
Spanningsvoeding
Voor de volgens DIN EN 60335-1 en VDE 0116 uit te
voeren elektrische installatie moet gecontroleerd wor-
den of een ontoelaatbare onderspanning als gevolg van
ook maar kortstondige netoverbelasting mogelijk is.
Montage op de vloer
De apparaten moeten stabiel, op een niet-brandbare
ondergrond en buiten verkeerszones, b.v. ook van kra-
nen, worden opgesteld.
Om de apparaten te beschermen tegen beschadigingen
in industriële ruimtes, voor het ongehinderde onder-
houd en reparatie aan het apparaat en de brander en
evt. voor het ongehinderde aanzuigen en uitblazen van
de lucht moet er een veiligheidszone van 1 m rond de
apparaten vrijgehouden worden.
De veiligheidszone moet door een informatiebord wor-
den aangeduid.
Een vaste afgrenzing voor vaak bereden zones wordt
aanbevolen.
6

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für REMKO VRS20 wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info