• Uw audicien selecteert een programma voor Audio Input.
Om gebruik te maken van deze functie dient u het hiervoor
ingestelde programma te selecteren.
• Door het programma te selecteren, zal het hoortoestel alleen
de geluiden opvangen die afkomstig zijn van de Audio Input.
Omdat de microfoon is uitgeschakeld, wordt u niet gehinderd
door geluid uit uw omgeving. Indien u dit wenst kunt u de
audicien vragen om de instelling te veranderen zodat u zowel
de microfoon als de Direct Audio Input tegelijkertijd kunt
horen.
Veiligheidsvoorschriften
Externe apparatuur die aangesloten is op het elektriciteitsnet
en op de audio-ingang moet voldoen aan de volgende veilig-
heidsvoorschriften; IEC-65, IEC-601 of vergelijkbaar.
Dagelijks onderhoud
Houd uw hoortoestel schoon en droog. Reinig het hoortoestel
na gebruik met een zachte doek of tissue om vuil en vocht te
verwijderen. Plaats het hoortoestel met een droogmiddel een
nacht in een houder indien het hoortoestel is blootgesteld aan
hoge vochtigheid of transpiratie. Informeer bij uw audicien welk
droogmiddel u het beste kunt gebruiken.
Neem onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht om storin-
gen en reparaties te vermijden:
1. Dompel het hoortoestel nooit in water of andere vloeistof-
fen, dit kan blijvende schade aan het hoortoestel veroorza-
ken.
2. Behandel uw hoortoestel met zorg. Laat het niet op harde
oppervlakken of vloeren vallen.
3. Leg het hoortoestel niet in de nabijheid van warmtebronnen
of in direct zonlicht. Overmatige warmte kan het hoortoestel
beschadigen of de behuizing vervormen.