bestell nr.
2,4 GHz: F 8066
T-12 FG
8
4.3 HF-MODUUL AANBRENGEN/VERWISSELEN
• Voordat het hf-moduul aangebracht wordt, eerst de zender
uitschakelen.
• Het hf-moduul er recht voorplaatsen, daarna indrukken tot-
dat de klipjes aan de zijkant vastklikken.
• Let erop dat de aansluitpinnen van de stekkerverbinding
niet verbogen worden.
• Om het hf-moduul er weer uit te nemen, de zijklipjes indruk-
ken en er recht uit trekken.
4.4 STUURKNUPPELINSTELLINGEN
De T-12 FG zender beschikt over nieuwe precisie-kruisknup-
pels,met viervoudige kogellagering en potentiometers met
lange levensduur naar industriestandaard.
Lengteverstelling van de stuurknuppel
De lengte van de stuurknuppel is traploos verstelbaar en kan
optimaal aangepast worden aan de stuurgewoontes.
• Delen A en B losdraaien
• De knuppel op de juiste
lengte instellen
• Delen A en B tegen elkaar
vastdraaien
Veerkracht instelling
Bij de stuurknuppels kan de terugstelkracht van de veren tra-
ploos en aan de individuele stuurgewoonte van de piloot aan-
gepast worden. Deze rubberen handgrepen aan de achterzijde
zender uitgeschakeld. Met een 1,5 mm inbussleutel de veerk-
racht op de gewenste positie instellen.
rechts sterker = voorjaar van kracht
Delen A Delen B
Gasratsch Kracht
Remme / Raster
Hoek
Hoek
4.5 OMBOWN VAN DE GASFUNKTIE
De knuppels hebben zowel een palmechanisme-(modellen)
en een remsysteem functie (Heli) voor de niet-neutraliserend
motor Gasfunktion. Deze kan worden geactiveerd en de rem-
of palmechanisme ingesteld. Een aanpassing kan, afhankelijk
van de stick mode, alleen op de motor / Gassteuerknüppel
gedaan.
Werving vindt plaats vanaf de
buitenkant, afhankelijk van
de stick naar links of naar
rechts mode rubber dop
op de zender achterzijde
verwijderd. Met een 1,5
mm inbussleutel, het
palmechanisme of voor-
jaar geactiveerd rem en
instellingen van het motor-
vermogen.
ACTIVEREN VAN DE RASTERFUNCTIE
Voor vliegtuigmodellen is het gebruikelijk dat de rasterveer bij
de gasknuppel gebruikt wordt.Hiertoe de schroef van de ras-
terveer rechtsom indraaien tot de gewenste sterkte bereikt is.
Let er op dat niet gelijktijdig de remveer actief is , eventueel de
schroef van de remveer iets uitdraaien.
ACTIVEREN VAN DE REMFUNCTIE
• Eerst de rasterfunctie, door voorzichtig draaien van de ras-
terveerschroef , buiten werking stellen.
• Nu de schroef van de remveer rechtsom indraaien, tot de
gewenste remkracht bereikt is.
De raster- en remfunctie kunnen niet gelijktijdig werkzaam
zijn. Ze overlappen elkaar.
Veerkracht
instelling
knuppel J3
Veerkracht instelling
knuppel J2
Veerkracht instel-
ling knuppel J4
Veerkracht
instelling
knuppel J1
rem
raster