Bestelnummer
F4090 - F4091 - F4092
F4095 - F4096 - F4097
7.1 Parameter-menu (PARA)
Het parametermenu is net als alle
andere menu’s in de eindeloze cirkel
van de menu-rotatie in het keuze-menu
ingebouwd. Hier worden alle basisin-
stellingen vastgelegd. Het lijkt eerst
tegenstrijdig om het laatste menupunt
als eerste te beschrijven. Dat is echter uit ergonomische overwegin-
gen gedaan.
Draait men de 3-D-Hotkey namelijk linksom dan is “PARA” het eer-
ste menu, men heeft het ook als eerste nodig om de globale instellin-
gen van een model te definiëren.
Tijdens het gebruik heeft men weer het vaakst het menu “Model”
nodig, dat men dan door rechtsdraaien als eerste kan bereiken.
Een tijdrovend bladeren via menu’s, die men toch niet nodig heeft,
wordt zo voorkomen.
Een instelniveau wordt ook via deze logica bediend, gaat men naar
links met de “H-Toets”, dan wordt een mixfunctie aan- of uitgescha-
keld, rechtsom met de “S-Toets” gaat men naar een percentage-
instelling, die bij het instellen het meest gebruikt wordt.
Navigeert u zoals beschreven in hoofdstuk 7 door het keuze-menu in
het instelmenu-niveau “PARA”.
Het instelmenu- “PARA” bezit 10 ondermenu’s die hierna uitge-
legd worden.
Ze zijn in een cirkel geordend. In deze kring kunt u zich telkens door
een kort indrukken van de S-toets voorwaarts of met de H-toets
achterwaarts bewegen.
Door een langer indrukken van de H-toets gedurende ca. 1 seconde
springt u een niveau hoger terug.
7.1.1 Instelling modulatie (MODU)
Deze functie is nodig, om de gewenste soort modulatie PCM of PPM
(FM) in te stellen. Bij gebruik van een FM- ontvanger moet de PPM-
modus (P) worden ingesteld.
PCM-ontvangers hebben de PCM-modus (C) nodig.
In de PCM-modus kunnen alleen Robbe-Futaba of Futaba ont-
vangers worden gebruikt. Ontvangers van andere fabrikanten
zijn niet compatibel.
De PCM-modulatie onderscheidt zich in de praktijk door het feit, dat
het typische servo-trillen, dat bij de FM-modulatie aan de grens van
de reikwijdte of door motorstoringen optreedt, onderdrukt wordt.
Dit wordt bereikt door het opslaan van de ontvangstimpulsen in de
ontvanger. Komen er ongeldige of verkeerde impulsen bij de ontvan-
ger binnen, dan gebruikt deze de opgeslagen impulsen totdat er nie-
uwe, juiste impulsen van de zender ontvangen worden. Zie ook F/S-
Failsafe hoofdstuk 7.16.
Gebruikt u een PCM-ontvanger, wanneer de ontvangstomstandighe-
den problematisch zijn. Bij voorbeeld bij grote benzinemotoren met
magneetontsteking, of bij sterke electromotoren.
Modulatie wisselen
- Het PARA-ondermenu MODE selecteren
- 3-D-Hotkey draaien
- Linksdraaien voor PPM (FM) keuze (P)
- Rechtsdraaien voor PCM keuze
- Als de keuze verandert, dan knippert het PPM resp. PCM-teken
op de display.
- Een omschakelen naar de nieuwe modus vindt pas plaats na het in-
en uitschakelen van de zender.
- Dat de omschakeling pas plaats vindt ná het in- en uitschakelen
van de zender, is bijzonder belangrijk in verband met het selecteren
van een ander model, omdat de modulatie individueel voor elk
modelgeheugen vastgelegd wordt. Zie ook hoofdstuk 7.2.
Controleert u de juiste modulatieinstelling na het aanzetten
van de zender. Op de display verschijnt het symbool PPM of
PCM.
7.1.2 Stuurknuppeltoewijzing (MODE)
Vanwege de elektronische mixfuncties ligt de toewijzing van de ont-
vangeruitgangen vast.
Om het systeem toch aan de eigen stu-
urgewoonten te kunnen aanpassen,
stelt men in dit menupunt de toewijzing
van de stuurknuppels in. In principe
legt men vast op welke stuurknuppel
de niet-neutraliserende ratelfunctie (om
de motor of de landingskleppen aan te sturen) liggen moet (zie ook
hfdst. 5).
Er zijn 4 verschillende stuurknuppeltoewijzingen (Mode 1-4):
MODE 1: (Standaard)
Rolroer rechts (Q)
Hoogteroer links (H)
Gas/motordrossel rechts (G)
Richtingsroer links (S)
MODE 2:
Rolroer rechts (Q)
Hoogteroer rechts (H)
Gas/motordrossel links (G)
Richtingsroer links (S)
MODE 3:
Rolroer links (Q)
Hoogteroer links (H)
Gas/motordrossel rechts (G)
Richtingsroer rechts (S)
15