528003
43
Zoom out
Zoom in
Vorherige Seite
1/47
Nächste Seite
Handleiding
Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw keuze van de Roland Digital Piano DP-900.
201a
Lees alvorens dit toestel te gebruiken aandachtig de volgende pagina's:
“VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN”
(p. 2; p. 4). Deze pagina's bevatten belangrijke informatie i.v.m. de correcte
bediening van het toestel. Om zeker te zijn dat u alle functies van uw nieuwe
toestel voldoende beheerst, dient u de handleiding in haar geheel te lezen.
Bewaar de handleiding binnen handbereik als een handige referentie.
De DP-900 monteren p. 6
Voor u begint te spelen p. 14
De interne pianostukken p. 15
Het klavier bespelen p. 16
Inhoud p. 10
Index p. 46
202
Copyright © 2004 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag, in welke vorm dan ook,
worden gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van ROLAND
CORPORATION.
2
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
001
Lees onderstaande instructies en de handleiding
voor u dit toestel gebruikt.
................................................................................................
002c
Maak het toestel of de adapter niet open en breng
geen wijzigingen aan.
................................................................................................
003
Probeer het toestel niet zelf te herstellen of vervang
geen onderdelen (behalve als deze handleiding
specifieke instructies hiertoe geeft). Wend u voor
onderhoud steeds tot uw verkoper, het
dichtstbijzijnde Roland Service Center of een
erkende Roland-verdeler (zie 'Informatie').
................................................................................................
004
Gebruik of bewaar het toestel nooit op plaatsen
die:
onderhevig zijn aan extreme temperaturen (bv.
direct zonlicht in een gesloten voertuig, bij een
verwarmingsbuis, op een warmtebron);
vochtig zijn (bv. badkamers, wasplaatsen, op
natte vloeren);
•nat zijn;
blootgesteld zijn aan regen;
stoffig zijn;
blootgesteld zijn aan sterke trillingen.
................................................................................................
007
Zorg ervoor dat dit toestel altijd waterpas en
stabiel staat. Plaats het nooit op een wankel statief,
of op een hellend oppervlak.
................................................................................................
008c
Gebruik alleen de adapter die bij het toestel wordt
geleverd. Zorg er ook voor dat de netspanning
overeenstemt met de ingangsspanning die op de
adapter vermeld staat. Sommige adapters
gebruiken een verschillende polariteit of zijn voor
een andere spanning ontworpen. Het gebruik van
dergelijke adapters kan schade, defecten of
elektrische schokken veroorzaken.
................................................................................................
008e
Gebruik alleen de bijgeleverde stroomkabel. De
bijgeleverde stroomkabel mag bovendien niet voor
andere toestellen gebruikt worden.
................................................................................................
009
Plooi of buig de stroomkabel niet overmatig en
plaats er geen zware voorwerpen op. Anders kan
de kabel beschadigd raken, wat schade en
kortsluiting zou veroorzaken. Beschadigde kabels
kunnen ook brand of elektrische schokken veroorzaken!
................................................................................................
010
Dit toestel kan, al dan niet in combinatie met een
versterker en een hoofdtelefoon of luidsprekers,
mogelijk een geluidsniveau produceren dat
permanente gehoorschade kan veroorzaken.
Vermijd langdurig gebruik bij een hoog of
onaangenaam volumeniveau. Als u enig
gehoorverlies of suizende oren gewaarwordt, stop
dan onmiddellijk het gebruik van dit toestel en
raadpleeg een oorspecialist.
................................................................................................
011
Zorg dat er geen voorwerpen (bv. brandbare
materialen, muntstukken, spelden) of vloeistoffen
(water, frisdrank enz.) in het toestel kunnen
binnendringen.
................................................................................................
Wordt gebruikt voor instructies die de
gebruiker wijzen op het risico op
verwondingen of materiële schade bij
onjuist gebruik van het toestel.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten die aan
het huis en de hele inboedel, huisdieren
inbegrepen, worden toegebracht.
Wordt gebruikt voor instructies die de
gebruiker wijzen op levensgevaar of
ernstige verwondingen bij onjuist
gebruik van het toestel.
Het
-symbool maakt de gebruiker attent op zaken die
moeten worden uitgevoerd. De tekening in de cirkel geeft aan
wat er precies dient te gebeuren. Het symbool hier links
betekent dat de stekker van de stroomkabel moet worden
uitgetrokken.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het
symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het
symbool hier links duidt op algemene verwittigingen of waar-
schuwingen, of vestigt de aandacht op gevaar.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die
nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). De tekening
in de cirkel geeft aan wat er precies verboden is. Het symbool
hier links betekent dat het toestel nooit mag worden
gedemonteerd.
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
INSTRUCTIES TER VOORKOMING VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING VAN PERSONEN
Over
WAARSCHUWING en OPGEPAST
Over de Symbolen
WAAR-
SCHUWING
OPGEPAST
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN ACHT
Waarschuwing Waarschuwing
3
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
012b
Zet het toestel onmiddellijk uit, haal de adapter uit
het stopcontact en vraag een nazicht bij uw
verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service
Center of een erkende Roland-verdeler (zie onder
'Informatie') indien:
de adapter, de stroomkabel of de stekker
beschadigd zijn;
rook of ongewone geuren vrijkomen;
voorwerpen of vloeistof in het toestel
terechtgekomen zijn;
het toestel in de regen heeft gestaan (of op een
andere manier nat is geworden);
het toestel niet normaal schijnt te werken of een
duidelijke verandering in prestaties vertoont.
................................................................................................
013
In gezinnen met kleine kinderen dient een
volwassene toezicht te houden tot de kinderen in
staat zijn om alle regels te volgen die voor een
veilig gebruik van het toestel essentieel zijn.
................................................................................................
014
Bescherm het toestel tegen zware schokken.
(Laat het niet vallen!)
................................................................................................
015
Vermijd om dit toestel samen met een overdreven
aantal andere toestellen op hetzelfde stopcontact aan
te sluiten. Wees vooral voorzichtig met
verlengsnoeren: het totale vermogen van alle
toestellen die u op het verlengsnoer aansluit, mag
nooit het nominale vermogen (watt/ampère) van het
verlengsnoer overschrijden. Een overdreven belasting
kan de isolatie van het snoer doen opwarmen en zelfs
doen doorsmelten.
................................................................................................
016
Voor u dit toestel in het buitenland gebruikt,
raadpleegt u best uw verkoper, het dichtstbijzijnde
Roland Service Center of een erkende Roland-
verdeler (u vindt een lijst onder "Informatie").
................................................................................................
101b
Het toestel en de adapter moeten zo geplaatst
worden dat ze goed verlucht kunnen worden.
................................................................................................
103b
Op gezette tijden moet u de adapter loskoppelen en
met een droge doek schoonmaken om al het stof en
ander vuil van de pinnen te verwijderen. Trek de
stekker ook uit het stopcontact als het apparaat
voor een langere tijd niet gebruikt wordt. Als er
zich stof ophoopt tussen de stekker en het
stopcontact, wordt de isolatie minder betrouwbaar
en is er mogelijk brandgevaar.
................................................................................................
102c
Neem de adapterkabel altijd uitsluitend bij de
stekker vast als u hem in een stopcontact of in dit
toestel steekt of hem er uittrekt.
................................................................................................
104
Tracht te voorkomen dat kabels en snoeren
verstrikt geraken. Houd alle kabels en snoeren ook
buiten het bereik van kinderen.
................................................................................................
106
Klim nooit op het toestel en plaats er geen zware
voorwerpen op.
................................................................................................
107c
Neem de adapter of de stekker nooit met natte
handen vast als u hem in een stopcontact of in dit
toestel steekt, of hem loskoppelt.
................................................................................................
108d: Selection
Als u het instrument moet verplaatsen, neem dan
de volgende voorzorgen. Minstens twee personen
zijn nodig om het toestel veilig op te tillen en te
verplaatsen. Behandel het toestel voorzichtig en
houd het altijd waterpas. Zorg dat u het stevig
vasthoudt, om verwondingen te voorkomen en
beschadiging van het instrument te vermijden.
1
Controleer of de bevestigingsschroeven en
stabilisatorschroeven niet loszitten. Schroef ze
veilig aan als u merkt dat ze zijn losgekomen.
2
Maak de stroomkabel los.
3
Maak alle kabels van externe apparaten los.
5
Sluit het deksel.
................................................................................................
109b
Schakel het toestel uit en haal de adapter uit het
stopcontact, alvorens het toestel schoon te maken.
(p. 14).
................................................................................................
110b
Trek de adapter uit het stopcontact wanneer u gevaar
voor blikseminslagen in uw buurt vermoedt.
................................................................................................
116
Let op als u het deksel opent of sluit dat uw vingers
niet geklemd raken (p. 16). Toezicht van een
volwassene is aanbevolen als kleine kinderen het
instrument gebruiken.
................................................................................................
118c
Bewaar de bevestigingsschroeven,
stabilisatorschroeven en kabelklemmen die u
verwijdert of die bijgeleverd worden op een veilige
plaats en buiten het bereik van kinderen, zodat er
geen gevaar is dat kleine onderdelen per ongeluk
ingeslikt worden.
................................................................................................
119
Het achterpaneel kan heet worden, dus wees
voorzichtig, om brandwonden te voorkomen.
Waarschuwing
Opgepast
Opgepast
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
Naast de punten onder “VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL” op p. 2 dient u ook de volgende instructies op te volgen:
Stroomvoorziening
301
Sluit dit toestel niet aan op een stopcontact dat al gebruikt
wordt door een apparaat met een omvormer (zoals een
koelkast, wasmachine, magnetron of airco) of met een
motor. Naar gelang van de manier waarop dit elektrische
apparaat gebruikt wordt, kan de stroombron storingen of
een hoorbaar gebrom veroorzaken. Als het niet haalbaar is
om een apart stopcontact te gebruiken, sluit dan een
ontstoringsfilter aan tussen dit toestel en het stopcontact.
302
De adapter warmt bij langdurig, ononderbroken gebruik op.
Dat is normaal, dus u hoeft zich geen zorgen te maken.
307
Voor u dit toestel op andere apparaten aansluit, dient u alle
toestellen uit te schakelen. Zo voorkomt u defecten en/of
schade aan luidsprekers of andere apparaten.
Plaatsing
351
Het gebruik van dit apparaat in de buurt van versterkers
(of andere apparatuur met grote stroomtransformators)
kan gebrom veroorzaken. Om dit probleem te verhelpen,
dient u het toestel anders te richten of verder van de bron
van interferentie te plaatsen.
352a
Dit toestel kan de ontvangst van radio of televisie verstoren.
Gebruik dit toestel niet in de buurt van dergelijke
ontvangers.
352b
Er kan storing optreden als apparaten voor draadloze
communicatie, zoals mobiele telefoons, dicht bij dit toestel
gebruikt worden. Deze storingen kunnen voorkomen bij een
inkomende of uitgaande oproep, of tijdens het gesprek. Als
u last hebt van dit probleem, houd de draadloze apparaten
dan verder uit de buurt van het toestel, of schakel ze uit.
354b
Stel het toestel niet aan direct zonlicht bloot, zet het niet
naast een warmtebron, laat het niet in een afgesloten
voertuig staan of stel het op geen enkele andere manier aan
extreme temperaturen bloot. Laat ook geen lichtbronnen
die normaal erg dicht bij het toestel gebruikt worden (zoals
een pianolamp) of krachtige spots voor langere tijd op
hetzelfde punt van het toestel schijnen. Overmatige hitte
kan het toestel vervormen of verkleuren.
355b
Als het toestel verplaatst wordt naar een plek waar de
temperatuur en/of vochtigheid erg verschillend is, kunnen
er zich waterdruppeltjes (condensatie) in het toestel
vormen. Schade of storingen kunnen het gevolg zijn, als u
het toestel in deze toestand probeert te gebruiken. Daarom
moet u het toestel een aantal uren laten staan voor u het
gebruikt, tot de condensatie helemaal verdampt is.
356
Laat geen rubber, vinyl of gelijkaardige materialen voor
langere tijd op het apparaat. Dergelijke voorwerpen
kunnen de afwerkingslaag verkleuren of aantasten.
358
Laat geen voorwerpen liggen op het klavier of op de
pedalen. Dat kan defecten veroorzaken, zoals toetsen die
geen geluid meer voortbrengen.
359
Kleef geen stickers, plakplaatjes en dergelijke op het
toestel. Wanneer deze verwijderd worden, kan de
afwerkingslaag beschadigd raken.
Onderhoud
401b
Om het toestel schoon te maken gebruikt u een zachte, droge
doek, eventueel licht bevochtigd met water. Probeer over de
hele oppervlakte een zachte druk uit te oefenen en veeg altijd in
de richting van de houtnerf. Te hard wrijven op een bepaalde
plek kan de afwerkingslaag beschadigen.
402
Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of eender welk
oplosmiddel, om mogelijke verkleuring en/of vervorming te
vermijden.
Aanvullende maatregelen
552
Gegevens die in het geheugen opgeslagen werden, kunnen
jammer genoeg niet hersteld worden als ze eenmaal gewist
zijn. Roland Corporation wijst elke verantwoordelijkheid
voor dergelijk gegevensverlies af.
553
Wees voorzichtig genoeg bij het gebruik van de knoppen,
schuifknoppen en andere bedieningsorganen, en bij het
gebruik van jacks en aansluitingen. Een ruw gebruik kan
defecten veroorzaken.
554
Sla of druk nooit hard op het scherm.
555
Tijdens normaal gebruik kan het scherm een licht
storingsgeluid produceren.
556
Neem bij het aansluiten en loskoppelen van alle kabels steeds de
connector zelf vast — trek nooit aan de kabel. Zo voorkomt u
kortsluitingen of schade aan de interne elementen van de kabel.
558a
Om uw buren niet te storen, probeert u het volume best op
een redelijk niveau te houden. Gebruik eventueel een
hoofdtelefoon, zodat u zich geen zorgen hoeft te maken
over de mensen rondom u (vooral later op de avond).
559a
Als u het toestel vervoert, verpak het dan indien mogelijk
in oorspronkelijke verpakking (inclusief vulling). Anders
dient u gelijkaardig verpakkingsmateriaal te gebruiken.
560
Oefen geen overdreven druk op de muziekstandaard uit.
562
Gebruik een kabel van Roland om de verbinding te maken.
Als u een kabel van een andere producent gebruikt, neem
dan de volgende voorzorgen:
Sommige verbindingskabels hebben een weerstand.
Gebruik geen kabels met een weerstand om dit toestel
aan te sluiten. Bij het gebruik van een dergelijke kabel
kan het geluidsniveau erg laag of onhoorbaar zijn.
Contacteer de producent van de kabel voor meer
informatie over de specificaties van de kabel.
565
Zorg er altijd voor dat er zich geen huisdieren op het
instrument bevinden als u het deksel opent of sluit (hou ze
liefst helemaal uit de buurt van het instrument of het deksel).
Anders zouden dieren klem kunnen geraken in het toestel,
door het specifieke ontwerp van het instrument. In een
dergelijke situatie moet u het toestel onmiddellijk
uitschakelen en de stroomkabel uit het stopcontact halen.
Contacteer vervolgens de verdeler bij wie u het instrument
hebt gekocht of het dichtstbijzijnde Roland Service Center.
5
Inleiding
Gefeliciteerd met uw keuze van de Roland Digital Piano DP-900.
Om uw nieuwe keyboard nog vele jaren probleemloos te kunnen gebruiken, neemt u best even de tijd
om deze handleiding volledig door te nemen.
Voornaamste eigenschappen
Verfijnde houtafwerking, compact
design
Het eenvoudige design en de lichte houtafwerking passen
zowel in de woonkamer als in de kinderkamer. Het deksel
sluit langzaam en zacht. Met het deksel dicht heeft het
instrument een elegante, sobere “look”.
Het instrument heeft een diepte van ongeveer 300 mm en past
perfect bij ander meubilair.
Authentieke pianoklanken
Geniet van authentiek pianospel dankzij de schitterende
klanken van een echte concertvleugel. Bovendien voelt het
klavier realistisch aan, met een zwaardere aanslag voor lage
octaven en een lichtere voor hoge noten.
De twee pedalen zijn aan de piano vastgemaakt en blijven dus
stabiel tijdens het gebruik.
Oefenfuncties voor muzikaal talent
Naast een metronoom beschikt het instrument ook over een
“tweesporenrecorder”, waarmee u opnames kunt maken en
uw spel beluisteren. Verder zijn er allerlei functies voor
pianostudie, zoals alleen een elektronische piano ze kan
bieden.
Klanken voor uiteenlopende muzikale
genres
De DP-900 heeft twintig verschillende klanken aan boord,
waaronder pianoklanken. Die zijn voor haast elke denkbare
muziekstijl geschikt.
65 ingebouwde pianostukken
Deze 65 interne stukken zijn vooral klassieke composities. De
stukken zijn gewoon om naar te luisteren of om mee te
oefenen.
Aanslaggevoeligheid aanpasbaar aan
kracht van vingers
U kunt de aanslaggevoeligheid aanpassen aan de vingerkracht
van de persoon die het klavier bespeelt.
Hoogwaardige dubbele luidsprekers
De ingebouwde luidsprekers bestaan uit twee aparte boxen
links en rechts, voor een verrassende geluidskwaliteit en een
buitengewoon volume.
De luidsprekers kunnen desgewenst ook naar achter gericht
worden.
De bijgevoegde onderdelen controleren
Controleer of u alle onderdelen hebt die normaal met de DP-900 worden meegeleverd.
Als er iets ontbreekt, contacteer dan de verdeler bij wie u het toestel hebt gekocht.
DP-900 (om de DP-900 te installeren, zie p. 8)
Zijpaneel rechts
Zijpaneel links
Luidsprekerbox
Pedaalbord
Stabilisator x 2
Stabilisatorschroef x 6
Bevestigingsschroef x 10
Kabelklem x 3
Adapter (DC 9V), stroomkabel
Handleiding (dit document)
6
Inleiding
De DP-900 monteren
Zorg dat er iemand in de buurt is die u bij de montage en opstelling kan helpen.
Als u de piano verplaatst, til ze dan voorzichtig op en houd ze altijd waterpas. Als u de piano monteert en
verplaatst moet u goed opletten dat u het instrument niet op uw handen of voeten laat vallen.
Als u schroeven, kabelklemmen of stabilisatoren verwijdert, bewaar ze dan op een veilige plaats en buiten het
bereik van kinderen, zodat die geen kleine onderdelen kunnen inslikken.
De onderdelen controleren
Voor u de DP-900 begint te monteren, controleert u of alle
onderdelen werden meegeleverd.
U zult ook een kruiskopschroevendraaier nodig hebben.
fig.st900parts.e
1: Bevestigingsschroef (M5 x 20 mm) x 10
2: Stabilisatorschroef (M4 x 16 mm) x 6
3: Kabelklem x 3
De luidsprekerbox kan ook zo geïnstalleerd worden dat de
luidsprekers naar achter gericht zijn in plaats van naar voor.
Als de luidsprekerbox naar achter gericht is, zijn de
luidsprekers naar de toehoorders gericht worden, als dat
publiek zich tenminste aan de achterzijde van het instrument
bevindt.
fig.stsp.e
Montageprocedure
Monteer eerst het hele toestel op een tijdelijke manier,
dus zonder de schroeven helemaal vast te draaien.
Controleer vervolgens de panelen en verschuif eventueel
voorzichtig bepaalde onderdelen indien nodig. Ten slotte
schroeft u alles stevig aan.
Wees voorzichtig tijdens de montage van de DP-900, om
krassen op de zijpanelen te voorkomen.
Als u de schroeven bevestigt, legt u het toestel plat,
met de achterzijde van de DP-900 op de grond.
1. Bevestig het linker zijpaneel op de
luidsprekerbox met de schroeven (twee stuks).
Bevestig het paneel zo dat de luidsprekerkabel zich
achteraan op de luidsprekerbox aan de rechterkant
bevindt.
3
2
1
Luidsprekerbox
Stabilisator
(links)
Stabilisator
(rechts)
Zijpaneel
rechts
Zijpaneel
links
DP-900
Pedaalbord
Normale richting Naar achter gericht
AchterVoor AchterVoor
Luidspreker-
box
Luidspreker-
box
7
Inleiding
fig.st1.e
2. Bevestig het rechter zijpaneel op de
luidsprekerbox met de schroeven (twee stuks).
fig.st2.e
3. Plaats de stabilisator in de openingen in de
zijpanelen (zes schroeven).
fig.st3.e
Let op dat u de linker en rechter stabilisator elk aan de
goede kant bevestigt.
fig.st900SAP
4. Zet het geheel rechtop.
Om het geheel rechtop te zetten, neemt u de
luidsprekerbox in het midden van de DP-900 vast en richt
u de constructie langzaam op.
fig.st4
5. Plaats het pedaalbord op de stabilisator.
Om het pedaalbord op de stabilisator te plaatsen, maakt u
eerst de schroeven los waarmee de zijpanelen op de
luidsprekerbox zijn bevestigd.
fig.st5.e
6. Bevestig het pedaalbord op de zijpanelen met
de bevestigingsschroeven (op twee plaatsen).
Draai de schroeven aan die in stap 5 werden losgemaakt.
fig.st6.e
Om de pedalen te stabiliseren
Maak de schroeven van het pedaalbord tijdelijk los.
Druk het pedaal in, en als u vaststelt dat het pedaal stevig op
de grond rust, draait u de schroeven aan.
Luidsprekerbox
Linker zijpaneel
Bevestigingsschroef
Bevestigingsschroef
Rechter zijpaneel
Stabilisator-
schroeven
Schroeven losmaken
(op vier plaatsen).
Pedaalbord
Bevestiging
s
schroeven
8
Inleiding
7. Leg het klavier van de DP-900 op de stand en
bevestig het met de schroeven (op vier
plaatsen).
Plaats het klavier precies in het midden, zowel van voor
naar achter als van links naar rechts.
* Let op dat uw handen niet klem geraken als u het klavier
vasthoudt.
fig.st7.e
8. De luidsprekerkabel achteraan op de
luidsprekerbox sluit u aan op de
luidsprekerconnector van de DP-900.
Druk de luidsprekerkabel stevig in de connector, zodat
de kabel goed vast zit.
fig.st8.e
9. Sluit de kabels van de pedalen aan op de
[Damper] en [Soft] jacks.
Steek de bruine stekker in de [Damper]-jack en de zwarte
stekker in de [Soft]-jack.
10. Bevestig indien nodig kabelklemmen (zie
afbeelding) om de kabel van de pedalen vast te
maken.
fig.st9.e
Als u het instrument verplaatst
Verwijder de adapter en alle andere kabels van de DP-900.
Til de piano op en houd ze waterpas. Verplaats het instrument
voorzichtig en zorg ervoor dat u het niet op uw voeten laat
vallen of dat uw handen niet klem geraken.
Controleer de stabiliteit van het pedaal en maak eventueel de
nodige aanpassingen.
Demonteren
Demonteer het toestel door stap 1-10 van de montage in
omgekeerde volgorde uit te voeren.
De oriëntering van de luidsprekerbox
aanpassen
Demonteer het toestel helemaal, verander de oriëntering van
de luidsprekerbox en monteer het opnieuw.
Bevestigings-
schroeven
DP-900 achterzijde
Stekkertje
Steek de kabel zo in de connector
dat de stekker in de stand zit
en veilig vastgemaakt is.
Luidsprekeraansluting
Luidsprekerkabel
Kabelklemmen
Pedaalkabel
9
Bedieningspanelen
Voorpaneel
fig.panel
1 [Power]-schakelaar
Schakelt het toestel aan en uit (p. 14).
2 [Volume]-knop
Regelt het volume (p. 14).
3 [Brilliance]-knop
Regelt de helderheid van de klank (p. 14).
4 [Transpose]-knop
Transponeert de toonhoogte van het klavier (p. 22).
5 [Split]-knop
Verdeelt het klavier in een linker- en rechterzone, zodat u
met elke hand een aparte klank kunt spelen (p. 18).
6 [Reverb]-knop
Voegt galm aan het geluid toe (p. 21).
7 Tone-knoppen
Om de klankgroepen van het instrument te kiezen (p. 16).
8 Scherm
Voor de weergave van het nummer van een pianostuk,
het tempo, de maatsoort en andere parameters.
9 [+] [-] knoppen
Om de waarde van allerlei instellingen te selecteren. Als u
[+] en [-] gelijktijdig indrukt, keert u terug naar de
oorspronkelijke waarde van de instelling of functie.
10 [Metronome]-knop
Activeert de ingebouwde metronoom (p. 19).
Als u deze knop en de [Beat]-knop gelijktijdig ingedrukt
houdt en dan op een andere specifieke knop drukt, kunt
u allerlei functies instellen (p. 31–p. 33, p. 35–p. 36).
11 [Beat]-knop
Regelt de maatsoort (beat) (p. 20).
12 [Song/Tempo]-knop
Speelt de interne stukken af (p. 15).
Telkens u op deze knop drukt, verschijnen het nummer
en tempo van het stuk afwisselend op het scherm.
Recorder
13 [Play]-knop
Start en stopt het afspelen van interne en opgenomen
stukken (p. 15, p. 24).
14 [Rec]-knop
Zet de DP-900 in opname-modus (
p. 26
p. 30
).
15 [1] [2] knoppen
Om elke hand afzonderlijk op te nemen of af te spelen. (p.
25, p. 28–p. 30).
Deze knoppen worden “spoorknoppen” genoemd.
16 [Key Touch]-knop
Wijzigt de aanslaggevoeligheid van het klavier (p. 23).
Achterpaneel
fig.RearPanel
1 MIDI-aansluitingen
Om externe MIDI-apparaten aan te sluiten en muzikale
gegevens uit te wisselen (p. 34).
2 Pedaalaansluitingen
Sluit het pedaal op deze connector aan (p. 10).
3 Ingangen
Op deze ingangen kunt u een andere klankbron of een
audioapparaat aansluiten, zodat het geluid van dat
toestel door de luidsprekers van de DP-900 klinkt (p. 34).
4 Uitgangen
Hiermee sluit u het instrument op externe versterkers aan
om een krachtiger geluid te bekomen. U kunt deze
uitgangen ook gebruiken om een bandrecorder of ander
opnameapparaat aan te sluiten en uw uitvoering op te
nemen (p. 34).
5 DC In connector
Sluit de bijgeleverde adapter op deze connector aan (
p. 11
).
10 11 12 1314 15 16
1
2
3456 7 8 9
1234 5
10
Inhoud
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL.......... 2
BELANGRIJKE OPMERKINGEN ................... 4
Inleiding........................................................... 5
Voornaamste eigenschappen....................................5
De bijgevoegde onderdelen controleren.................5
De DP-900 monteren..................................................6
De onderdelen controleren ..................................6
Montageprocedure................................................6
Bedieningspanelen ........................................ 9
Voorpaneel ..................................................................9
Achterpaneel ...............................................................9
Inhoud ........................................................... 10
Voor u begint te spelen................................ 11
Sluit de adapter aan .................................................11
Over de pedalen .......................................................12
Pedaalfuncties......................................................12
Hoofdtelefoon aansluiten
(Wordt apart verkocht)............................................12
Het deksel openen en sluiten..................................13
Het deksel openen...............................................13
Het deksel sluiten................................................13
Het toestel in- en uitschakelen................................14
Het toestel inschakelen.......................................14
Het toestel uitschakelen......................................14
Volume en Brilliance aanpassen ............................14
De interne pianostukken.............................. 15
De interne pianostukken beluisteren ....................15
Alle stukken na elkaar afspelen (All Song Play)15
Een stuk kiezen om af te spelen ........................15
Het klavier bespelen..................................... 16
Met verschillende klanken spelen..........................16
Twee klanken tegelijk gebruiken (Dual Play) ......17
De balans regelen bij Dual Play.........................17
Verschillende klanken met linker- en rechterhand
spelen (Split Play).....................................................18
Het splitpunt van het klavier wijzigen.............19
Gebruik van de metronoom....................................19
De metronoom starten........................................19
Het volume van de metronoom regelen..........20
Het metronoomgeluid wijzigen ........................21
Galm aan het geluid toevoegen (Reverb) .............21
De diepte van het effect wijzigen......................21
Het klavier transponeren (Transpose) ..................22
De aanslag van het klavier regelen
(Key Touch)...............................................................23
Meespelen met de interne stukken ............. 24
Het tempo regelen....................................................24
Aftellen in de juiste maat (aftellen)...................24
Met elke hand apart spelen.....................................25
Uw uitvoering opnemen............................... 26
Opmerkingen over opnames.............................26
Een nieuw stuk opnemen........................................27
Opnemen met een intern stuk ................................28
Elke hand op een apart spoor opnemen ...............29
Opnames wissen.......................................................30
Een opname op een specifiek spoor wissen ....30
Een stuk wissen ...................................................30
Allerlei instellingen wijzigen........................ 31
De resonantie van het sustainpedaal wijzigen.....31
Allerlei instellingen (Functie) .................................31
Afstemmen op andere instrumenten (Master
Tuning)..................................................................31
De temperatuur wijzigen ...................................32
De stemcurve instellen
(Stretch Tuning)...................................................32
Het sustainpedaal aan de linkerzone van het
klavier toewijzen .................................................33
Instellingen vergrendelen voor een uitvoering....33
Tone Lock .............................................................33
Alles vergrendelen behalve pianospel (Panel
Lock)......................................................................33
Externe apparaten aansluiten ..................... 34
Audio-apparaten aansluiten...................................34
MIDI-apparaten aansluiten.....................................34
Wat is MIDI? ........................................................34
MIDI-instellingen selecteren...................................35
Instellingen voor het MIDI-zendkanaal...........35
Schakelen tussen Local On en Off.....................36
Een opname verzenden......................................36
Problemen oplossen .................................... 37
Foutmeldingen/Andere meldingen ............. 39
Klankenlijst ................................................... 40
Lijst van interne pianostukken.................... 41
Bedieningsoverzicht .................................... 43
MIDI-implementatietabel .............................. 44
Belangrijkste specificaties .......................... 45
INDEX............................................................. 46
11
Voor u begint te spelen
Sluit de adapter aan
921
Om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere
toestellen te voorkomen, dient u steeds het volume dicht te
zetten en alle toestellen uit te schakelen alvorens ze aan te
sluiten.
1. Sluit de bijgeleverde adapter en stroomkabel
aan.
fig.00-02.e
2. Sluit de adapter aan op de DC In aansluiting op
het achterpaneel.
3. Leg de kabel van de adapter in een lus rond de
kabelhaak om hem op zijn plaats te houden. Zie
afbeelding.
fig.00-02.e
4. Sluit de stroomkabel aan op een stopcontact.
Bevestig de kabel van de adapter indien nodig met de
kabelklemmen (p. 10).
924
Om ongewenste stroomonderbrekingen te vermijden (doordat
de kabel per ongeluk loskomt) en om overmatige druk op de
adapter te voorkomen, bevestigt u de stroomkabel met behulp
van de kabelhaak, zoals op de afbeelding hierboven.
Zelfs als de kabel bevestigd is, kan de kabel beschadigd raken
door onvoorzichtig gebruik. Let op dat u niet per ongeluk aan
de kabel trekt, of dat er geen overdreven druk op uitgeoefend
wordt.
927
Afhankelijk van de opstelling van het toestel, kunt u een
onaangenaam gevoel krijgen of merken dat de oppervlakte
zanderig aanvoelt als u het toestel of metalen onderdelen of
andere voorwerpen die er mee in contact staan, aanraakt. Dat
is te wijten aan een minieme elektrische lading, die absoluut
onschadelijk is. Als u zich hier echter zorgen om maakt, sluit
dan de aarding aan (zie afbeelding). Als het toestel geaard is,
kan een lichte brom hoorbaar zijn, afhankelijk van uw
opstelling. Als u niet zeker weet hoe u het toestel moet
aansluiten, contacteer dan het dichtstbijzijnde Roland Service
Center of een erkende Roland-verdeler (u vindt een lijst onder
'Informatie').
Onveilige plaatsen voor aansluiting
Waterleidingen (kunnen schokken of elektrocutie
veroorzaken)
Gasleidingen (kunnen brand of ontploffingen
veroorzaken)
Telefoonlijnen of bliksemafleiders (kunnen gevaarlijk zijn
bij bliksem)
Adapter
Stroomkabel
Achterpaneel
aarding
Kabelhaak
12
Voor u begint te spelen
Over de pedalen
Voor meer informatie over het aansluiten van de pedalen van
de DP-900, zie p. 10.
Pedaalfuncties
fig.pedal.e
Demperpedaal
Dit pedaal wordt gebruikt om het geluid zachter te maken.
Als u het demperpedaal indrukt, klinkt het geluid minder
sterk als u een toets even hard aanslaat als normaal.
Dit is dezelfde functie als die van het linkerpedaal van een
akoestische piano.
Bij sommige klanken heeft dit een sterker effect dan bij andere.
Sustainpedaal
Gebruik dit pedaal om de klank langer te laten klinken.
Zolang dit pedaal is ingedrukt, blijft het geluid lange tijd
weerklinken, ook al hebt u de toetsen losgelaten.
Dit is dezelfde functie als die van het rechterpedaal van een
akoestische piano.
Als het toestel ingeschakeld is en u verwijdert de kabel van
een pedaal, dan kan het zijn dat het effect van het pedaal
eindeloos doorgaat.
U moet de DP-900 dus uitschakelen voor u een pedaal aansluit
of verwijdert.
Hoofdtelefoon aansluiten
(Wordt apart verkocht)
De DP-900 heeft twee aansluitingen voor hoofdtelefoons. Zo
kunnen twee mensen tegelijk met een hoofdtelefoon luisteren,
wat heel nuttig kan zijn voor lessituaties of quatre-mains.
Bovendien kunt u op die manier spelen zonder zich zorgen te
maken over anderen in uw buurt, zelfs 's nachts.
fig.00-08
Sluit de hoofdtelefoon aan op een van de
hoofdtelefooningangen.
Het volume voor de hoofdtelefoon regelt u met de
[Volume]-knop van de DP-900.
Gebruik een hoofdtelefoon met een 1/4” jack.
Een paar opmerkingen over hoofdtelefoons
Om beschadiging van de kabel te vermijden, neemt u
enkel de hoofdtelefoon zelf of de stekker vast.
De hoofdtelefoon aansluiten terwijl het volume van de
aangesloten apparatuur openstaat, kan de hoofdtelefoon
beschadigen. Zet het volume op de DP-900 altijd dicht
voor u een hoofdtelefoon aansluit.
Een overdreven hoog volume kan de hoofdtelefoon
beschadigen en kan tot gehoorverlies leiden. Gebruik de
hoofdtelefoon dus met een matig volume.
Demperpedaal Sustainpedaal
13
Voor u begint te spelen
Het deksel openen en sluiten
Gebruik altijd twee handen om het deksel te openen en te
sluiten.
Hoewel het deksel van de DP-900 ontworpen is om zachtjes te
sluiten als u het loslaat, zal het toch onmiddellijk dichtklappen
als het maar lichtjes geopend was. Zorg ervoor dat uw vingers
niet onder het deksel geklemd raken.
Het deksel openen
1. Grijp het deksel met beide handen en til het op.
fig.lidopen1
2. Sluit het blind en open de muziekstandaard,
zoals op de afbeelding getoond wordt.
fig.lidopen2
Het deksel sluiten
1. Als u het deksel sluit, zorg er dan voor dat u
eerst de muziekstandaard sluit en het blind
opent.
fig.lidclose1
2. Grijp het deksel met beide handen en sluit het
zachtjes.
fig.lidclose2
Toezicht van een volwassene is aanbevolen als kleine kinderen
het instrument gebruiken.
Als de piano verplaatst moet worden, sluit dan eerst het
deksel om ongevallen te voorkomen. Houd het instrument
niet bij het deksel vast als u het verplaatst of installeert.
Als u het deksel opent en sluit, let dan op dat uw vingers er
niet tussen geklemd raken.
Blinde
Muziekstandaard
Blinde
Muziekstandaard
14
Voor u begint te spelen
fig.lidcaution
Het toestel in- en uitschakelen
Het toestel inschakelen
941
Wanneer alles is aangesloten, zet dan alle toestellen in de
opgegeven volgorde aan. Door toestellen in de verkeerde
volgorde aan te zetten, riskeert u defecten en/of schade aan
luidsprekers en andere toestellen.
1. Draai de [Volume]-knop helemaal naar links om
het volume op het minimumniveau te zetten.
fig.00-04
2. Druk op de [Power]-knop om de DP-900 in te
schakelen.
Na enkele seconden kunt u het toestel gebruiken. Als u
de toetsen bespeelt, weerklinkt het geluid.
Regel het volume om het gewenste geluidsniveau te
bekomen.
fig.00-05.e
942
Dit toestel is met een beveiligingscircuit uitgerust. Na het
inschakelen duurt het eventjes (enkele seconden) voor het
toestel in werking treedt.
Het toestel uitschakelen
1. Draai de [Volume]-knop helemaal naar links om
het volume op het minimumniveau te zetten.
fig.00-04
2. Druk op de [Power]-knop om de DP-900 uit te
schakelen.
fig.00-06
Volume en Brilliance
aanpassen
Draai aan de [Volume]-knop om het volume te
regelen.
Druk op de [Brilliance]-knop om de helderheid van
het geluid aan te passen.
Selecteer een van de drie beschikbare instellingen om het
gewenste brilliance-effect te bekomen.
fig.00-07.e
Als u het volume te hoog draait, kan het geluid vervormd
worden. Geniet van de piano met een gepast volumeniveau.
AAN
Ingedrukt
[Brilliance]
indicatielampje
Uit Licht
rood op
Licht
groen
op
Brilliance Medium Zacht Helder
UIT
Niet ingedrukt
Min Max
15
De interne pianostukken
De interne pianostukken beluisteren
De DP-900 heeft 65 pianostukken aan boord.
Alle stukken na elkaar afspelen (All Song Play)
De interne pianostukken kunnen na elkaar afgespeeld worden.
fig.panel1-1
1. Druk op de [Play] knop terwijl u de [Song/Tempo]-knop
ingedrukt houdt.
Het indicatielampje van de [Song/Tempo]-knop brandt, het indicatielampje
van de [Play]-knop knippert en de pianostukken worden na elkaar
afgespeeld, te beginnen met het stuk dat op dat moment geselecteerd is.
Het nummer van het stuk verschijnt op het scherm.
U kunt de [+] of [-] knop gebruiken om het stuk te kiezen dat u wilt afspelen.
Als alle stukken gespeeld zijn, herbegint deze functie met het eerste stuk.
2. Druk nogmaals op de [Play]-knop om het afspelen te stoppen.
Een stuk kiezen om af te spelen
fig.panel1-2
1. Druk op de [Song/Tempo]-knop. Het lampje licht rood op.
Het nummer van het stuk verschijnt op het scherm.
fig.disp-USr
2. Druk op de [+] of [-] knop om een stuk te
selecteren.
Als u de knop ingedrukt houdt, blijven de nummers
doorlopen.
3. Druk op de [Play]-knop.
Het lampje van de knop brandt en het geselecteerde stuk wordt gespeeld.
4. Druk nogmaals op de [Play]-knop om het afspelen te stoppen.
Het indicatielampje gaat uit en het spelen stopt.
De volgende keer dat u op de [Play]-knop drukt, hoort u het stuk dat
afgebroken werd van bij het begin.
“Meespelen met de interne
stukken” (p. 24)
“Lijst van interne
12
Als u een intern pianostuk
afspeelt, zal het reverb-
effect automatisch
ingeschakeld worden (het
indicatielampje gaat
Als een intern stuk wordt
afgespeeld, gebruikt de
metronoom het gewone
metronoomgeluid.
3, 42 1
Over de
schermweergave bij
interne stukken
USr (user)…De plaats
waar u uw uitvoering kunt
opnemen. (Voor meer
details over opnames p.
27)
Nummers met een “d”.
interne stukken.
16
Het klavier bespelen
Met verschillende klanken spelen
De DP-900 bevat 20 verschillende interne klanken. De klanken zijn
georganiseerd in vijf groepen, die aan de Tone-knoppen zijn toegewezen.
fig.panel2-1
Een klankgroep selecteren
1. Druk op een Tone-knop.
Het indicatielampje van de knop die u hebt ingedrukt, licht op.
Als u de toetsen bespeelt, hoort u een klank uit de geselecteerde groep.
Klankvariaties selecteren
2. Druk op de [Variation]-knop.
Vier verschillende klanken (genummerd van 1 tot 4) zijn aan elke Tone-knop
toegewezen. Gebruik de [Variation]-knop om een van deze klanken te
selecteren.
Telkens u op de [Variation]-knop drukt, verandert het indicatielampje van
kleur, en wordt een andere klank geselecteerd.
Soms vormen nummer 3 en 4 een paar, dat gelaagd en gelijktijdig kan
weerklinken.
De klank die u selecteert, zult u horen als u een toets aanslaat.
Klanknummer 1 2 3 4
[Variation] indicatielampje Donker Rood Groen Oranje
1 2
Voor meer details, zie
“Klankenlijst” (p. 40).
Als u Dual Play kiest, kunt
u alleen klank nummer 1
of 2 selecteren.
Als u Dual Play gebruikt
met een Tone-knop die op
klank 3 of 4 staat, dan zal
klank 1 voor die Tone-
knop geselecteerd worden.
Met bepaalde klanken en
geluidsniveaus zal het
geluid gemakkelijk
vervormen.
17
Het klavier bespelen
Twee klanken tegelijk gebruiken (Dual
Play)
Met één toets tegelijk twee klanken spelen wordt “Dual Play” genoemd.
1. Druk gelijktijdig op de twee Tone-knoppen die u samen wilt
gebruiken.
Het indicatielampje van de knop die u hebt ingedrukt, licht op.
De klanken van de twee Tone-knoppen die u hebt geselecteerd, weerklinken
gelijktijdig als u de toetsen bespeelt.
Om Dual Play te stoppen, drukt u op een Tone-knop.
Om de klank van de rechter Tone-knop te wijzigen
Druk op de [Variation]-knop.
Dual Play gebruikt nu de klank van de Tone-knop aan de linkerkant samen
met de zopas geselecteerde klankvariant.
Om de klank van de linker Tone-knop te wijzigen
Annuleer Dual Play, en selecteer dan de juiste klank.
De balans regelen bij Dual Play
Bij Dual Play kunt u de geluidsbalans tussen de twee gelaagde klanken
aanpassen.
fig.panel2-2
1. Houd de [Transpose]-knop ingedrukt en druk dan op de [Split]-
knop.
De indicatielampjes van de knoppen die u hebt ingedrukt, gaan knipperen.
De huidige balans verschijnt op het scherm.
2. Druk op de [+] of [-] knop om de waarde te wijzigen.
De balans wordt aangepast.
Om terug te keren naar de oorspronkelijke balans, drukt u gelijktijdig op de
[+] en [-] knoppen.
fig.disp-dualbal.e
Druk op de [Transpose]- of [Split]-knop en het indicatielampje zal terugkeren
naar zijn vorige stand.
Bij Dual Play geeft het
indicatielampje van de
[Variation]-knop aan
welke klankvariant voor
de rechterknop van de
twee actieve Tone-
Als u Dual Play kiest, kunt
u alleen klank nummer 1
of 2 selecteren. Als u Dual
Play gebruikt met een
Tone-knop die op klank 3
of 4 staat, dan zal klank 1
voor die Tone-knop
geselecteerd worden.
1
2
Als u het toestel inschakelt,
is de balans ingesteld op
“8-2” (volume van de
linker Tone-knop - volume
van de rechter Tone-knop).
Volume klank v/d linkerknop Volume klank v/d rechterknop
18
Het klavier bespelen
Verschillende klanken met linker- en
rechterhand spelen (Split Play)
Het klavier in aparte zones voor linker- en rechterhand verdelen en dan in elke
zone een aparte klank gebruiken, heet “Split Play”. De toets die de grens vormt, is
het “splitpunt”.
fig.splitpoint.e
fig.panel2-3
1. Druk op de [Split]-knop.
Het indicatielampje gaat branden.
Het klavier is verdeeld in een linker- en rechterzone.
De klank die u geselecteerd had voor u op de [Split]-knop drukte, behoort tot
de rechterzone.
Om Split Play te annuleren, drukt u nogmaals op de [Split]-knop, zodat het
indicatielampje dooft.
De klank voor de linkerhand wijzigen
Druk op de [Variation]-knop.
Telkens u op de [Variation]-knop drukt, verandert het indicatielampje van
kleur, en de klank voor de linkerhand wordt gewijzigd.
Voor sommige klanken wordt de klank die geselecteerd was voor u op de
[Split]-knop drukte, aan de linkerzone van het klavier toegekend.
De klank voor de rechterhand wijzigen
Druk op de Tone-knop.
De klank van de rechterzone wordt gewijzigd. Voor de linkerzone wordt een
klank geselecteerd die bij de klank van de rechterzone past.
Als u de klankvariant voor de rechterzone wilt wijzigen, annuleer Split Play
dan en selecteer de klank opnieuw.
De toets die het splitpunt
vormt, hoort bij de
linkerzone van het klavier.
Als u Split Play gebruikt
met een Tone-knop waar
klank 3 of 4 voor
geselecteerd is, dan zal
klank 1 aan die Tone-knop
toegewezen worden.
Als u Split Play kiest, kunt
u alleen klank nummer 1
of 2 selecteren.
Splitpunt
(ingesteld op F 3 als het instrument ingeschakeld wordt.)
C1 D1 E1 F1 G1 A1 B1A0 B0 C2 C3 C4 C5 C8B7
Linkerhand Rechterhand
1
Als u Dual Play gebruikt,
druk dan op de [Split]-
knop.
De rechterhand speelt nu
de klank van de linkerknop
van Dual Play, en de
linkerhand speelt een
Voor meer informatie over
de klanken die u voor de
linkerhand kunt kiezen, zie
de “Klankenlijst” (p. 40).
De klank die u voor de
linkerhand selecteert,
wordt voor elke Tone-
knop onthouden. Als u het
toestel uitschakelt, worden
de oorspronkelijke
In Split Play zal het
sustainpedaal enkel op de
rechterzone van het klavier
effect hebben. Als u het
sustainpedaal voor de
linkerzone wilt gebruiken,
zie dan “Het sustainpedaal
aan de linkerzone van het
klavier toewijzen” (p. 33)
19
Het klavier bespelen
Het splitpunt van het klavier wijzigen
De plaats waar het klavier gesplitst wordt (het splitpunt) kunt u zelf instellen
tussen B1 en B6.
Als u de piano inschakelt, vormt “F#3” het splitpunt.
1. Terwijl u de [Split]-knop ingedrukt houdt, slaat u de toets aan
die u als splitpunt wilt instellen.
De toets die u aanslaat, wordt het splitpunt, en behoort tot de linkerzone van
het klavier.
U kunt het splitpunt ook aanpassen door op [+] of [-] knop te drukken terwijl
u de [Split]-knop ingedrukt houdt.
Als u de [Split]-knop ingedrukt houdt en de [+] en [-] knoppen gelijktijdig
indrukt, keert u terug naar het oorspronkelijke splitpunt (F#3).
fig.disp-splitpoint
Gebruik van de metronoom
De metronoom starten
De DP-900 beschikt over een ingebouwde metronoom
Als een pianostuk afgespeeld wordt, weerklinkt de metronoom aan het
tempo en de maatsoort van dat stuk.
fig.panel2-4
De metronoom starten
1. Druk op de [Metronoom]-knop.
De metronoom weerklinkt.
De knop knippert in rood en groen, volgens het ritme dat geselecteerd is. Het
indicatielampje is rood op de geaccentueerde tellen en groen op de andere.
Het tempo regelen
2. Druk op de [+] of [-] knop om het tempo aan te passen.
Hier ziet u hoe het splitpunt
op het scherm wordt
weergegeven.
Scherm
Noot
naam
Scherm
Noot
naam
Scherm
Noot
C d_ d E_
C D D E
E F F G
E F F G
A_ A b_ b
Als u de [Split]-knop
ingedrukt houdt,
verschijnt het
geselecteerde splitpunt op
het scherm.
1, 52, 4 3
20
Het klavier bespelen
De maat van de metronoom aanpassen
3. Druk op de [Beat]-knop.
De geselecteerde maatsoort verschijnt op het scherm.
4. Druk op de [+] of [-] knop.
Als u op de [+] of [-] knop drukt, selecteert u een andere maatsoort.
Als u tegelijk op de [+] en [-] knoppen drukt, krijgt u terug de maatsoort die
geselecteerd was voor uw wijzigingen.
fig.disp-beat
De metronoom stoppen
5. Druk nogmaals op de [Metronome]-knop, zodat het
indicatielampje uitgaat.
De metronoom stopt.
Het volume van de metronoom regelen
Het volume van de metronoom kan aangepast worden. Er zijn acht
volumeniveaus beschikbaar.
1. Houd de [Metronoom]-knop ingedrukt en druk dan op de [+] of [-
] knop.
Het ingestelde volume verschijnt op het scherm.
Houd de [Metronoom]-knop ingedrukt en druk op de [+] of [-] knop om de
metronoom te horen en het volume aan te passen.
fig.disp-metrovol
Scherm maat Scherm maat
2.2 2/2 6.4 6/4
0.4 Zonder accenten 7.4 7/4
2.4 2/4 3.8 3/8
3.4 3/4 6.8 6/8
4.4 4/4 9.8 9/8
5.4 5/4 12.8 12/8
Het is niet mogelijk om de
maatsoort te wijzigen
tijdens het afspelen of
Verhouding tussen maat en
tempo
Maat Tempo
2/2 =10–125
x/4 =20–250
x /8 =40–500
Het volume staat op “4”
als u het instrument
Als u de [Metronoom]-
knop ingedrukt houdt,
verschijnt het ingestelde
volume van de metronoom
op het scherm.
21
Het klavier bespelen
Het metronoomgeluid wijzigen
1. Houd de [Beat]-knop ingedrukt en druk dan op de [+] of [-] knop.
Het ingestelde geluid verschijnt op het scherm.
Houd de [Beat]-knop ingedrukt en druk op de [+] of [-] knop om de
metronoom te horen en het metronoomgeluid aan te passen.
fig.disp-metrotone
Galm aan het geluid toevoegen
(Reverb)
Het reverb-effect zorgt voor een aangename galm, zodat het lijkt alsof u in
een concertzaal speelt.
fig.panel2-5
1. Druk op de [Reverb]-knop.
Het indicatielampje van de knop brandt en het geluid krijgt een galmend
effect.
Om het galmeffect te annuleren, drukt u nogmaals op de [Reverb]-knop,
zodat het indicatielampje uitgaat.
De diepte van het effect wijzigen
De diepte van het reverb-effect kan in acht verschillende niveaus ingesteld
worden.
Als u het instrument inschakelt, is het effect ingesteld op “4”.
1. Houd de [Reverb]-knop ingedrukt en druk dan op de [+] of [-]
knop.
Het ingestelde niveau verschijnt op het scherm.
Hogere waarden geven een dieper effect.
Scherm geluid
t. 1 Gewoon metronoomgeluid
t. 2 Hond en kat
t. 3 Een stem telt “1, 2, 3” in het Engels
t. 4 Een stem telt “1, 2, 3” in het Japans
Het geluid is ingesteld op
“t. 1” als u het instrument
Als u de [Beat]-knop
ingedrukt houdt,
verschijnt het nummer van
het geselecteerde geluid op
Als een intern stuk wordt
afgespeeld, gebruikt de
metronoom het gewone
metronoomgeluid.
Als een opgenomen stuk
wordt afgespeeld, gebruikt
de metronoom het geluid
dat geselecteerd was toen
de opname werd gemaakt.
1
De instelling van het
galmeffect wordt niet voor
Als u een intern pianostuk
afspeelt, zal het reverb-
effect automatisch
ingeschakeld worden (het
indicatielampje gaat
Als u de [Reverb]-knop
ingedrukt houdt, verschijnt
de geselecteerde diepte van
het effect op het scherm.
22
Het klavier bespelen
Het klavier transponeren
(Transpose)
Dankzij de Transpose-functie kunt u transponeren zonder andere noten te
spelen. Als een stuk bijvoorbeeld in een moeilijke toonladder is geschreven,
met vele kruisen ( ) en mollen ( ), dan kunt u het transponeren naar een
toonladder die u gemakkelijker kunt spelen.
Als u een zanger(es) begeleidt, kunt u de toonhoogte gemakkelijk aanpassen
aan zijn of haar stembereik en toch nog altijd de noten spelen zoals ze
geschreven zijn (d.w.z. met dezelfde vingerzetting).
fig.panel2-6
1. Houd de [Transpose]-knop ingedrukt en sla een toets aan om de
grondtoon aan te geven van de toonladder waarin u wilt
transponeren.
Het indicatielampje brandt en het klavier wordt getransponeerd.
U kunt ook transponeren door de [Transpose]-knop ingedrukt te houden en
op de [+] en [-] knoppen te drukken.
Als u de [Transpose]-knop ingedrukt houdt en de [+] en [-] knoppen
gelijktijdig indrukt, keert u terug naar de oorspronkelijke waarde (0).
Het mogelijke bereik is -6–0–5 (in halve tonen).
Als u bijvoorbeeld de E wilt laten klinken als u de C-toets aanslaat, houd dan
de [Transpose]-knop ingedrukt en druk op de E-toets.
U neemt dan de C als referentiepunt en telt vier toetsen hoger (de zwarte
toetsen incluis) om de E te bereiken. Daarom verschijnt “4” op het scherm.
fig.trans.e
Als u de waarde op “0” instelt, blijft het indicatielampje van de knop gedoofd,
zelfs wanneer u op de [Transpose]-knop drukt.
Om deze functie te annuleren, drukt u nogmaals op de [Transpose]-knop.
Het indicatielampje gaat dan uit.
Als u daarna opnieuw op de [Transpose]-knop drukt en het indicatielampje
brandt weer, dan wordt het klavier getransponeerd naar de toon die u eerder
had geselecteerd.
1
Als u de [Transpose]-knop
ingedrukt houdt,
verschijnt de ingestelde
toon op het scherm.
U speelt
C E G
U hoort E G
#
B
Als u het instrument
uitschakelt, wordt de
b
eginwaarde (0) opnieuw
ingesteld.
23
Het klavier bespelen
De aanslag van het klavier regelen
(Key Touch)
U kunt de aanslaggevoeligheid van het klavier aanpassen.
fig.panel2-7
1. Druk op de [Key Touch]-knop.
Het indicatielampje brandt en de aanslaggevoeligheid van het klavier
verandert.
Telkens u op de [Key Touch]-knop drukt, verandert het indicatielampje van
kleur, en de aanslaggevoeligheid wordt aangepast.
Indicatielampje Instellingen
UIT Medium Dit geeft de meest natuurlijke aanslag. Dit
lijkt het meest op een akoestische piano.
Rood Zwaar Fortissimo (ff) spelen kan alleen als u harder
aanslaat dan gewoonlijk. Het klavier voelt
zwaarder aan. Een dynamisch spel voegt nog
meer feeling toe aan wat u speelt.
Groen Licht Fortissimo (ff) spelen kan ook als u minder
hard aanslaat dan gewoonlijk. Het klavier
voelt lichter aan. Dat maakt het
gemakkelijker om te spelen, zelfs voor
kinderen.
Oranje Vast Het volume blijft onveranderd, ongeacht hoe
sterk u speelt.
1
24
Meespelen met de interne stukken
Het is mogelijk om met de interne stukken mee te spelen.
U kunt het tempo van het stuk vertragen, of elke hand apart afspelen.
Voor u een stuk probeert te spelen, luistert u er best herhaaldelijk naar, tot u
het stuk goed aanvoelt.
Voor meer details over de bediening, zie “Een stuk kiezen om af te spelen” (p.
18).
Het tempo regelen
Als het stuk een snel tempo heeft, kunt u het vertragen, zodat u gemakkelijker
kunt oefenen. U kunt het tempo geleidelijk aan verhogen terwijl u oefent.
fig.panel3-1
1. Druk op de [Song/Tempo]-knop. Het indicatielampje licht groen
op.
Het tempo verschijnt op het scherm.
Telkens u op de [Song/Tempo]-knop drukt, verschijnen afwisselend het
tempo en het geselecteerde pianostuk (met het prefix “d.”) op het scherm.
Als het tempo op het scherm verschijnt, licht het indicatielampje van de
[Song/Tempo]-knop groen op.
Als het nummer van het stuk wordt getoond, licht het rood op.
2. Druk op de [+] of [-] knop om het tempo aan te passen.
U kunt het tempo instellen met een bereik van =20-250.
U kunt het tempo ook regelen tijdens het afspelen.
Als u kortstondig op de [+]-knop drukt, verhoogt het tempo met één eenheid.
Als u de knop ingedrukt houdt, wordt het tempo steeds sneller.
Als u kortstondig op de [-]-knop drukt, verlaagt het tempo met één eenheid.
Als u de knop ingedrukt houdt, wordt het tempo steeds trager.
Als u de [+] en [-] knoppen gelijktijdig indrukt, keert u terug naar het
basistempo van het stuk (het tempo van voor uw wijzigingen).
Aftellen in de juiste maat (aftellen)
Als u met een stuk meespeelt, kunt u ervoor zorgen dat u precies op tijd
begint te spelen door een aftelling toe te voegen voor het stuk begint.
Het geluid dat aan het begin van het stuk voorafgaat, wordt “aftelling”
genoemd.
Als u op de DP-900 een stuk met de metronoom afspeelt,
dan worden aan het begin van het stuk twee maten afgeteld.
Als u de metronoom
inschakelt terwijl het stuk
wordt afgespeeld, hoort u
de metronoom in de maat
en het tempo van het stuk.
2
1
Weergave van het tempo
tijdens het afspelen
Terwijl het stuk wordt
afgespeeld, blijft het tempo
van het begin van het stuk op
het scherm staan, ook wijzigt
het tempo in de loop van het
Over de
schermweergave bij
interne stukken
USr (user) …De plaats
waar u uw uitvoering kunt
opnemen. (Voor meer
details over opnames p.
27)
Nummers met een “d”.
Tijdens de aftelling
verschijnt op het scherm
achtereenvolgens “-2” en
“-1”.
“De metronoom starten
(p. 23)
25
Meespelen met de interne stukken
Met elke hand apart spelen
Bij de interne stukken kunt u kiezen welke partij afgespeeld wordt.
De partij voor de linkerhand is aan de [1]-knop toegewezen en de partij voor
de rechterhand aan de [2]-knop. De plaats voor elke partij van het stuk wordt
“spoor” genoemd, en de [1]- en [2]-knoppen zijn de “spoorknoppen”.
fig.trackbuttons.e
Terwijl u een stuk afspeelt, kunt u elke hand apart inoefenen.
fig.panel3-2
Selecteer eerst het stuk dat u wilt afspelen (p. 18).
Selecteer de partij die u zelf wilt spelen
1. Druk op de [1]- of [2]-knop.
Het indicatielampje van de knop die u hebt ingedrukt, gaat uit. U zult deze
partij niet meer horen.
Als u bijvoorbeeld de rechterhand wilt inoefenen, druk dan op de [2]-knop,
zodat het indicatielampje dooft.
Als u het stuk afspeelt, zult u enkel de linkerhand horen.
Oefen uw rechterhand terwijl de DP-900 de partij van de linkerhand speelt.
Een stuk afspelen
2. Druk op de [Play]-knop.
Het stuk begint te spelen.
De partij die u in stap 1 hebt uitgeschakeld, zult u niet horen.
Druk nogmaals op de knop die u in stap 1 hebt ingedrukt. Het
indicatielampje licht op en het geluid is weer ingeschakeld.
Zelfs tijdens het afspelen van een stuk kunt u de spoorknoppen gebruiken om
het geluid in of uit te schakelen.
Het pianostuk stoppen
3. Druk op de [Play]-knop.
Het stuk stopt.
Spoorknoppen
Linker-
hand
Rechter-
hand
1
2, 3
26
Uw uitvoering opnemen
U kunt uw uitvoeringen gemakkelijk opnemen.
U kunt een opname weer afspelen om uw eigen spel te horen of om stukken
toe te voegen.
Met de DP-900 kunt u kunt de volgende soorten opnames maken:
opname van uw eigen pianospel (“Een nieuw stuk opnemen” (p.
31))
opname terwijl u met een intern stuk meespeelt ( “Opnemen met
een intern stuk” (p. 32))
opname van elke hand afzonderlijk ( “Elke hand op een apart
spoor opnemen” (p. 33))
Opmerkingen over opnames
U kunt slechts één stuk opnemen.
Een opgenomen stuk wordt gewist als u het instrument uitschakelt.
Als u uw uitvoering wilt bewaren, kunt u een extern
opnameapparaat gebruiken of een extern MIDI-apparaat om de data
op een diskette op te slaan. Voor meer details, zie “Externe apparaten
aansluiten” (p. 34).
Als u het volgende ziet...
Als u al een opname hebt gemaakt en u probeert met een ander intern stuk
nog een opname te maken, dan gaat het indicatielampje van de [Rec]-knop
knipperen en verschijnt het volgende op het scherm:
fig.disp-del
Als u de vorige opname wilt wissen, druk dan op de [Rec]-knop.
Als u de opname niet wilt wissen, druk dan op de [Play]-knop.
27
Uw uitvoering opnemen
Een nieuw stuk opnemen
U kunt opnemen wat u op het klavier speelt, zonder dat u met een intern stuk
meespeelt.
fig.panel4-1
Opname-instellingen (selecteer “USr”)
1. Druk op de [Song/Tempo]-knop. Het indicatielampje licht rood
op.
Het nummer van het stuk verschijnt op het scherm.
2. Druk tegelijk op de [+] en [-] knoppen. Op het scherm verschijnt
“USr”.
De klank en het tempo voor de opname selecteren
3. Selecteer de klank die u wilt spelen (p. 20).
4. Schakel eventueel de metronoom in.
Gebruik de metronoom om het tempo en de maat van het stuk in te stellen (p.
23).
5. Druk op de [Rec]-knop.
Het indicatielampje van de [Rec]-knop licht op, het indicatielampje van de
[Play]-knop knippert en alles is klaar om de opname te starten.
De opname starten
6. De opname start als u op de [Play]-knop drukt of op het klavier
speelt.
De DP-900 telt twee maten af en dan begint de opname.
Vergeet niet dat de opname ook start als u iets op het klavier begint te spelen,
zelfs al drukt u niet op de [Play]-knop. Als u op deze manier begint, klinkt er
geen aftelling.
Als de opname begint, gaan de indicatielampjes van de [Play]- en [Rec]-
knoppen branden.
Dan kunt u beginnen spelen.
De opname stoppen
7. Druk op de [Play]- of [Rec]-knop.
De indicatielampjes van de [Play]- en [Rec]-knoppen gaan uit.
3
5, 72 4 1
6, 7, 8
Als u een nieuwe opname
maakt zonder de vorige
opname te wissen, dan
zullen het tempo en de
maat van de eerste
opname geselecteerd
b
lijven.
“USr” op het scherm
Als u de opname stopt,
verandert “ ” op
het scherm in “ ”.
Het punt “.” onderaan
rechts op het scherm
b
etekent dat er al een stuk
is opgenomen.
Als u opneemt zonder het
spoor te selecteren, dan
wordt het stuk onder de [1]-
knop opgenomen.
Als u de linker- en
rechterhand afzonderlijk
wilt opnemen op aparte
sporen, lees dan “Elke
hand op een apart spoor
opnemen” (p. 33).
28
Uw uitvoering opnemen
Het opgenomen stuk afspelen
8. Druk op de [Play]-knop.
U hoort het opgenomen stuk.
Druk nogmaals op de [Play]-knop, en het afspelen stopt.
Opnemen met een intern stuk
U kunt uw eigen uitvoering opnemen terwijl u met een intern stuk meespeelt.
Als u de [1]- of [2]-knop gebruikt, kunt u bijvoorbeeld zelf enkel de
rechterhand van een stuk spelen en opnemen, terwijl u ook de linkerhand van
het interne stuk hoort.
fig.panel4-2
Een stuk voor de opname selecteren
1. Druk op de [Song/Tempo]-knop. Het indicatielampje licht rood
op.
Op het scherm verschijnt het nummer van het stuk.
2. Gebruik de [+] of [-] knop om het stuk te kiezen dat u wilt spelen.
3. Stel de metronoom en het tempo in volgens uw voorkeur (p. 23).
4. Druk op de [Rec]-knop.
Het indicatielampje van de [Rec]-knop licht op.
Een spoor voor de opname selecteren
5. Druk op de [1]- of [2]-knop.
Als u de linkerhand wilt opnemen, drukt u op de [1]-knop; als u de
rechterhand wilt opnemen, drukt u op de [2]-knop.
De indicatielampjes van de gekozen knop en van de [Play]-knop beginnen te
knipperen en de DP-900 is klaar om de opname te starten.
De opname starten
6. Druk op de [Play]-knop.
De opname start na twee maten aftellen.
Speel mee met het stuk.
Als een opgenomen stuk
wordt afgespeeld, gebruikt
de metronoom het geluid
dat geselecteerd was toen
de opname werd gemaakt.
4, 72 31
6, 7, 8
5
Als “dEL” op het scherm
verschijnt, raadpleeg dan
29
Uw uitvoering opnemen
De opname stoppen
7. Druk op de [Play]- of [Rec]-knop.
De opname stopt en de indicatielampjes van de [Play]- en [Rec]-knoppen
gaan uit.
De opname wordt opgeslagen in “USr” (User).
Het opgenomen stuk afspelen
8. Druk op de [Play]-knop.
U hoort het opgenomen stuk.
Druk nogmaals op de [Play]-knop, en het afspelen stopt.
Elke hand op een apart spoor
opnemen
De DP-900 heeft twee opnamesporen, zodat u de rechter- en linkerhand apart
kunt opnemen. Gebruik de [1]- of [2]-knop om het spoor te selecteren.
Als u de opname wilt overdoen, kunt u eventueel slechts één spoor opnieuw
opnemen.
fig.panel4-3
Zoals beschreven in stap 1 en 2 van “Een nieuw stuk opnemen” (p. 31),
selecteert u “USr” voor u doorgaat.
1. Schakel eventueel de metronoom in (p. 23).
2. Druk op de [Rec]-knop.
Het indicatielampje van de [Rec]-knop licht op.
De indicatielampjes van reeds opgenomen sporen lichten op.
Het indicatielampje van het spoor waarop u gaat opnemen, begint te
knipperen.
Een spoor voor de opname selecteren
3.
Druk op de [1]- of [2]-knop om het spoor te kiezen waarop u wilt
opnemen.
Het indicatielampje van de gekozen knop begint te knipperen en de DP-900
is klaar om de opname te starten.
De opname starten
4. Druk op de [Play]-knop.
De DP-900 telt twee maten af en dan begint de opname.
Vergeet niet dat de opname ook start als u iets op het klavier begint te spelen,
Als een opname wordt
afgespeeld, gebruikt de
metronoom het gewone
metronoomgeluid.
2, 51
4, 5, 6
3
Als u bijkomend materiaal
opneemt zonder het reeds
opgenomen stuk eerst te
verwijderen, dan worden
de instellingen voor
tempo, maat en
metronoom van de
originele opname ook voor
het nieuwe materiaal
Dankzij de spoorknoppen
kunt u enkel op de [1]- of
[2]-knop opnemen, elk
spoor apart.
30
Uw uitvoering opnemen
zelfs al drukt u niet op de [Play]-knop. Als u op deze manier begint, klinkt er
geen aftelling.
De opname stoppen
5. Druk op de [Play]- of [Rec]-knop.
De opname stopt en de indicatielampjes van de [Play]- en [Rec]-knoppen
gaan uit.
Uw opname werd op het gekozen spoor opgenomen.
Als u op het andere spoor wilt opnemen, keert u terug naar stap 2 voor een
nieuwe opname. U kunt opnemen terwijl u naar uw eerdere opname luistert.
Het opgenomen stuk afspelen
6. Druk op de [Play]-knop.
U hoort het opgenomen stuk.
Druk nogmaals op de [Play]-knop, en het afspelen stopt.
Opnames wissen
U kunt een opname wissen.
Een opname op een specifiek spoor wissen
U kunt een opname op een specifiek spoor selecteren en wissen.
1. Houd de [1]- of [2]-knop ingedrukt en druk dan op de [Rec]
knop.
Het indicatielampje van de gekozen knop gaat uit, en de opname op dit spoor
wordt gewist.
Een stuk wissen
U kunt een opgenomen stuk wissen.
1. Houd de [Song/Tempo]-knop ingedrukt en druk dan op de [Rec]
knop.
Het indicatielampje van de [Rec]-knop begint te knipperen en op het scherm
verschijnt het volgende:
fig.disp-del
2. Druk nogmaals op de [Rec]-knop.
Het opgenomen stuk wordt gewist.
Als u beslist om de opname niet te wissen, drukt u op de [Play]- of [Song/
Tempo]-knop.
Als een opgenomen stuk
wordt afgespeeld, gebruikt
de metronoom het geluid
dat geselecteerd was toen
de opname werd gemaakt.
31
Allerlei instellingen wijzigen
De resonantie van het
sustainpedaal wijzigen
Als u op een akoestische piano het sustainpedaal indrukt,
resoneren andere snaren mee met de noten die u speelt, wat
een rijke galm en een “vetter” geluid geeft. Het sustainpedaal
van de DP-900 imiteert deze resonantie (“sympathetic
resonance”).
U kunt uit acht niveaus kiezen voor de diepte van de
resonantie (resonantieniveau).
Het niveau staat op “5” als u het instrument inschakelt.
* Deze instelling werkt enkel voor sommige pianoklanken. Bij
andere klanken heeft het geen effect.
1. Houd de [Reverb]- en [Split]-knoppen ingedrukt
en druk dan op de [+] of [-] knop.
Het ingestelde niveau verschijnt op het scherm.
Hogere waarden geven een dieper effect.
fig.disp-reso
Allerlei instellingen (Functie)
U kunt allerlei instellingen wijzigen die uw spel beïnvloeden,
zoals stemming en temperatuur.
Functie-modus starten
1. Houd de [Metronoom]-knop ingedrukt en druk
dan op de [Beat]-knop.
De indicatielampjes van de knoppen die u hebt
ingedrukt, beginnen te knipperen. Het toestel staat nu in
functie-modus.
Op het scherm verschijnt de waarde van de geselecteerde
functie.
De verschillende functies instellen
2. Druk op de knop van de gewenste functie.
Het indicatielampje van de knop die u hebt ingedrukt,
begint te knipperen.
Voor meer informatie over elke functie, zie hieronder.
3. Druk op de [+] of [-] knop om de waarde te
wijzigen.
Als u de [+] en [-] knoppen gelijktijdig indrukt, krijgt u
terug de standaardwaarde (zoals bij het inschakelen van
het toestel).
Functie-modus stoppen
4. Druk op de [Metronoom]- of [Beat]-knop.
Het indicatielampje van de knop keert terug naar zij
vorige status.
Afstemmen op andere
instrumenten (Master Tuning)
Als u samen met andere instrumenten speelt, kunt u de
referentietoonhoogte van de DP-900 afstemmen op de
toonhoogte van een ander instrument. The standard pitch
generally refers to the pitch of the note that’s played when you
finger the middle A key. Het afstellen van alle instrumenten
op dezelfde toonhoogte wordt “stemmen” (“tuning”)
genoemd.
Als u in stap 2 van “Allerlei instellingen (Functie)” (p. 35) de
[Piano]-knop indrukt, verschijnt iets als het volgende op het
scherm:
fig.disp-tune
De laatste drie cijfers verschijnen op het scherm. Op de
afbeelding hierboven ziet u hoe 440,0 Hz wordt weergegeven.
Waarde 415,3 Hz-440,0 Hz-466,2 Hz
Beginwaarde 440.0 Hz
Deze instelling blijft behouden tot u het toestel uitschakelt.
Knop Functie Pagina
[Piano] Master Tuning p. 35
[E. Piano] Temperatuur p. 36
[Harpsichord] Stretch Tuning p. 36
[Organ] Het sustainpedaal aan
de linkerzone van het
klavier toewijzen
p. 37
[Strings] MIDI-zendkanaal p. 35
[Variation] Local Control p. 36
[Play] Een opname versturen p. 36
32
Allerlei instellingen wijzigen
De temperatuur wijzigen
U kunt klassieke stijlen zoals barok met historische
temperaturen (stemmingswijzen) spelen.
Tegenwoordig worden composities meestal voor een
gelijkzwevende temperatuur gemaakt. Vroeger werden in de
klassieke muziek echter allerlei verschillende temperaturen
gebruikt. Als u een stuk met de originele stemming speelt,
kunt u de sonoriteit van de akkoorden horen zoals de
componist ze oorspronkelijk had bedoeld.
Als u in stap 2 van “Allerlei instellingen (Functie)” (p. 35) de
[E.Piano]-knop indrukt, verschijnt iets als het volgende op
het scherm:
fig.disp-temp.e
U kunt kiezen uit de zeven temperaturen die hieronder
worden beschreven.
Beginwaarde 1 C
Grondtoon
Als u niet met gelijkzwevende stemming speelt, moet u de
grondtoon opgeven van het stuk dat u gaat spelen (de noot die
overeenstemt met C voor een majeurtoonladder en met A voor
een mineurtoonladder).
Terwijl u de [E.Piano]-knop ingedrukt houdt, speelt u een
noot om de gewenste grondtoon aan te geven.
De grondtoon die u opgeeft, verschijnt als volgt op het
scherm:
fig.Chart-note2.e
Als u een gelijkzwevende temperatuur kiest, hoeft u geen
grondtoon op te geven.
* Als u een opname maakt met een andere temperatuur dan de
gelijkzwevende, en u wilt vervolgens uw opname afspelen,
gebruik deze instelling dan om voor het afspelen dezelfde
temperatuur te selecteren als die van tijdens de opname.
* Als u samen met andere instrumenten speelt, moet u er wel
rekening mee houden dat de toonhoogte kan verschillen. Stem
de DP-900 af op de grondtoon van de andere instrumenten.
De stemcurve instellen
(Stretch Tuning)
Over het algemeen wordt een piano gestemd met lagere
bastonen en hogere hoge tonen dan bij gelijkzwevende
temperatuur. Deze speciale stemmingsmethode voor piano's
wordt “stretch tuning” genoemd.
Als u in stap 2 van “Allerlei instellingen (Functie)” (p. 35) de
[Harpsichord]-knop indrukt, verschijnt iets als het volgende
op het scherm:
fig.disp-On
Waarden
OFF Dit is de standaard stemcurve. Dit is de juiste keuze
als u Dual Play gebruikt (p. 21) of als u samen met
andere instrumenten speelt.
Sch
erm
Temperatuur Eigenschappen
1 Gelijkzweven
d
Bij deze stemming is elk octaaf
verdeeld in twaalf gelijke
stappen. Elk interval geeft
ongeveer dezelfde lichte
dissonantie. Deze instelling is
geselecteerd als u het toestel
inschakelt.
2 Pythagorisch Deze stemming werd door de
filosoof Pythagoras ontworpen.
Dissonanties in kwarten en
kwinten worden geëlimineerd.
Dissonantie ontstaat bij tertsen,
maar melodieën zijn welluidend.
3 Zuivere
majeur
Deze stemming zuivert
dissonanties in kwinten en
tertsen. Ze is niet geschikt om
melodieën mee te spelen en kan
niet getransponeerd worden,
maar geeft mooie sonoriteiten.
4 Zuivere
mineur
De zuivere stemmingen
verschillen voor majeur- en
mineurtoonladders. U krijgt
hetzelfde effect met de mineur-
als met de majeurtoonladder.
5 Middentoon Deze stemming maakt een aantal
compromissen tegenover de
zuivere stemming, waardoor
transpositie mogelijk is.
6 Werckmeister
Deze temperatuur combineert de
middentoon- en pythagorische
stemming. Uitvoeringen zijn in
alle toonladders mogelijk (eerste
techniek, III).
Temperatuur Grondtoon
7 Kirnberger Dit is een verbetering van de
middentoon- en zuivere
stemmingen, die een hoge mate
van modulatievrijheid geeft.
Uitvoeringen zijn in alle
toonladders mogelijk (III).
Sch
erm
Temperatuur Eigenschappen
C d_ d E_ E F G A_ A b_ b
CD EFGAB
D E
A B
F
F
Scherm
Noot
naam
33
Allerlei instellingen wijzigen
On Deze stemcurve accentueert de bassen en hoge tonen
enigszins. Dit is onder meer geschikt voor pianosolo's.
Deze instelling is geselecteerd als u het toestel
inschakelt.
Beginwaarde On
Dit effect werkt alleen bij pianoklanken.
Het sustainpedaal aan de
linkerzone van het klavier
toewijzen
Als u Split Play gebruikt (p. 22), dan kunt u het sustainpedaal
toewijzen aan de klank die u in de linkerzone van het klavier
speelt.
Als u in stap 2 van “Allerlei instellingen (Functie)” (p. 35) de
[Organ]-knop indrukt, verschijnt iets als het volgende op het
scherm:
fig.disp-Off
Waarden
On Het sustainpedaal heeft effect in de linker- en
rechterzone van het klavier.
OFF Het sustainpedaal heeft geen effect in de linkerzone
van het klavier.
Beginwaarde OFF
Instellingen vergrendelen
voor een uitvoering
Tone Lock
U kunt het instrument zo instellen dat alle knoppen
vergrendeld zijn (de geselecteerde instellingen blijven
bewaard). Zo kunnen de instellingen niet per ongeluk
gewijzigd worden, zelfs als kinderen op de knoppen drukken.
1. Houd de [Brilliance]-knop ingedrukt en druk op
de [Key Touch]-knop.
Het pianostuk of het metronoomgeluid stopt.
Op het scherm verschijnt het volgende:
fig.disp—-
Alle knoppen zijn vergrendeld als het instrument zo is
ingesteld.
Om de vergrendeling van de klank te annuleren, houdt u
de [Brilliance]-knop ingedrukt en drukt u nogmaals op de
[Key Touch]-knop U kunt ook het volume van het
instrument helemaal dichtzetten en het toestel
uitschakelen. Schakel het vervolgens weer in.
Alles vergrendelen behalve
pianospel (Panel Lock)
De “Panel Lock” functie zorgt ervoor dat de DP-900 alleen
gebruikt kan worden om piano te spelen. Alle knoppen zijn
vergrendeld. Als Panel Lock geactiveerd is, kunt u enkel met
de grand piano klank spelen.
1. Zet het volume helemaal dicht en druk op de
[Power]-knop om het toestel uit te schakelen.
2. Houd de [Piano]-knop ingedrukt en druk op de
[Power]-knop om het instrument in te
schakelen.
Houd deze knoppen enkele seconden ingedrukt.
Op het scherm verschijnt het volgende:
fig.disp—-
Alle knoppen zijn vergrendeld.
Regel het volume.
Als u op het klavier speelt, hoort u de grand piano klank.
Om de Panel Lock functie te annuleren, zet u het volume
helemaal dicht, en schakelt u het toestel uit en weer aan.
34
Externe apparaten aansluiten
Audio-apparaten aansluiten
U kunt audioapparaten aansluiten om het geluid van de DP-
900 door de luidsprekers van uw audiosysteem weer te geven
of om uw uitvoering op te nemen (bijvoorbeeld op band).
Gebruik voor het aansluiten een geluidskabel met een
standaard jack (wordt apart verkocht).
Voorbeelden
921
* Om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen
te voorkomen, dient u steeds het volume dicht te zetten en alle
toestellen uit te schakelen alvorens ze aan te sluiten.
Het geluid van de DP-900 door de luidsprekers van
een audiosysteem weergeven/Een uitvoering op de
DP-900 met een opnameapparaat vastleggen
fig.audio1.e
Volg deze procedure als u de apparaten inschakelt:
1. Schakel de DP-900 in.
2. Schakel het aangesloten apparaat in.
3. Regel het volume van elk apparaat.
Als u een uitvoering op de DP-900 met een
opnameapparaat vastlegt:
4. Start de opname met het aangesloten apparaat.
5. Speel op de DP-900.
6. Als de uitvoering gedaan is, stopt u de opname
op het aangesloten apparaat.
Het geluid van een audioapparaat door de
luidsprekers van de DP-900 weergeven
fig.audio2.e
Volg deze procedure als u de apparaten inschakelt:
1. Schakel het aangesloten apparaat in.
2. Schakel de DP-900 in.
3. Regel het volume van elk apparaat.
Het toestel uitschakelen
1. Zet het volume van de DP-900 en de
aangesloten apparaten op het minimum.
2. Schakel de DP-900 uit.
3. Schakel de aangesloten apparatuur uit.
MIDI-apparaten aansluiten
Door een extern MIDI-apparaat aan te sluiten en muzikale
gegevens uit te wisselen, kunt u een apparaat gebruiken om
een ander apparaat te sturen. U kunt bijvoorbeeld een klank
van het andere instrument gebruiken of op het andere
instrument van klank wisselen.
Wat is MIDI?
MIDI staat voor Musical Instrument Digital Interface, een
internationale standaard om communicatie van muzikale
gegevens tussen muziekinstrumenten en computers mogelijk
te maken.
De DP-900 heeft MIDI-aansluitingen, waardoor het toestel data
met externe apparaten kan uitwisselen. Als deze aansluitingen
gebruikt worden om de DP-900 op andere apparaten aan te
sluiten, neemt het aantal mogelijkheden sterk toe.
984
* Een aparte publicatie met als titel “MIDI-implementatie” is
eveneens verkrijgbaar. Deze brochure geeft meer details over de
manier waarop MIDI in dit toestel werd geïmplementeerd. Als
u deze publicatie nodig hebt (wanneer u bijvoorbeeld op byte-
niveau gaat programmeren), contacteer dan het dichtstbijzijnde
Roland Service Center of een erkende Roland-verdeler.
Input R/L
(Line In, Aux In)
DP-900
Output R/L
(Line Out, Aux Out)
DP-900
35
Externe apparaten aansluiten
Voorbeelden
921
* Om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen
te voorkomen, dient u steeds het volume dicht te zetten en alle
toestellen uit te schakelen alvorens ze aan te sluiten.
De DP-900 met een MIDI-sequencer bespelen/Een
uitvoering op de DP-900 met een MIDI-sequencer
opnemen
fig.midi2.e
* Selecteer Local Off als u de DP-900 op een MIDI-sequencer
hebt aangesloten. Zie “Schakelen tussen Local On en Off” (p.
40). Zet uw MIDI-sequencer op MIDI Thru modus (zodat
gegevens die het apparaat via MIDI IN ontvangt, ongewijzigd
via MIDI OUT doorgestuurd worden). Meer details vindt u in
de handleiding van uw MIDI-sequencer.
Met de DP-900 een MIDI-klankbron bespelen
fig.midi1.e
MIDI-instellingen selecteren
Hieronder leest u hoe u MIDI-kanalen en andere instellingen
selecteert.
Functie-modus starten
1. Houd de [Metronoom]-knop ingedrukt en druk
dan op de [Beat]-knop.
De indicatielampjes van de knoppen die u hebt
ingedrukt, beginnen te knipperen. Het toestel staat nu in
functie-modus.
Op het scherm verschijnt de waarde van de geselecteerde
functie.
Verschillende functies instellen
2. Druk op de knop van de gewenste functie.
Het indicatielampje van de knop die u hebt ingedrukt,
begint te knipperen.
Voor meer informatie over de betekenis van elke functie,
zie hieronder.
3. Druk op de [+] of [-] knop om de waarde te
wijzigen.
Als u de [+] en [-] knoppen gelijktijdig indrukt, krijgt u
terug de beginwaarde.
Functie-modus stoppen
4. Druk op de [Metronoom]-knop of op de [Beat]-
knop.
Het indicatielampje van de knop keert terug naar zijn
vorige status.
Instellingen voor het MIDI-
zendkanaal
MIDI biedt zestien MIDI-kanalen, genummerd van 1 tot 16.
Gewoon een kabel aansluiten is niet voldoende voor
geslaagde communicatie. De aangesloten apparaten moeten
dezelfde MIDI-kanalen gebruiken. Anders klinkt er geen
geluid en kunnen geen klanken geselecteerd worden.
* De DP-900 kan alle kanalen ontvangen (1-16).
* Als u Dual Play (p. 21) of Split Play (p. 22) op de DP-900
gebruikt, wordt alleen het kanaal dat u hier opgeeft verzonden.
Als u in stap 2 van “MIDI-instellingen selecteren” de
[Strings]-knop indrukt, verschijnt iets als het volgende op het
scherm:
InOut
MIDI
MT Series
* MT-90s heeft geen MIDI Out aansluiting.
DP-900
OUTTHRU IN
MIDI
DP-900
Klankmodule
36
Externe apparaten aansluiten
fig.disp-1
Waarde 1-16
Beginwaarde 1
Schakelen tussen Local On en Off
Als u een MIDI-sequencer aansluit, zet u Local Control op
“Off”.
Zoals u op de afbeelding ziet, worden de signalen van het
klavier via twee verschillende wegen naar de interne
klankbron gestuurd: (1) en (2). Het resultaat is dat u
overlappende geluiden hoort. Om dit te vermijden, moet route
(1) verbroken worden. Dat kan met de instelling “Local Off”.
fig.localcont.e
Local Control ON: het klavier en de interne klankbron zijn
verbonden.
fig.localon.e
Local Control OFF: de verbinding tussen het klavier en de
interne klankbron is verbroken. Als u op het klavier speelt,
klinkt er geen geluid.
fig.localoff.e
* Als u een instrument uit de Roland MT-reeks aansluit, is het
niet nodig om zelf Local Off te selecteren. MT-apparaten sturen
een Local Off boodschap bij het inschakelen. Als u eerst de DP-
900 inschakelt en daarna de apparaten uit de MT-reeks, dan
wordt Local Off automatisch ingesteld.
Als u in stap 2 van “MIDI-instellingen selecteren” de
[Variation]-knop indrukt, verschijnt iets als het volgende op
het scherm:
fig.disp-On
Waarde On, OFF
Beginwaarde On
Een opname verzenden
Als u een stuk dat u op de DP-900 hebt opgenomen naar een
extern MIDI-apparaat of een computer wilt verzenden, zet u
deze instelling op “On”. Als “Off” geselecteerd is, zullen er
geen gegevens verstuurd worden.
Als u in stap 2 van “MIDI-instellingen selecteren” de [Play]-
knop indrukt, verschijnt iets als het volgende op het scherm:
fig.disp-OFF
Waarde On, OFF
Beginwaarde OFF
Als u de opname wilt bewaren, volgt u deze procedure: In dit
geval staat MIDI Thru op uw externe sequencer op OFF. Meer
details vindt u in de handleiding van uw MIDI-sequencer.
1. Sluit een MIDI-sequencer aan, zoals een
apparaat van de MT-reeks (p. 38).
2. Neem een stuk op met de DP-900 (p. 31).
3. Zet deze optie op “On”.
4. Start de opname met het aangesloten MIDI-
apparaat.
5. Speel het opgenomen stuk af op de DP-900.
6. Als het afspelen beëindigd is, stopt u de
opname op het aangesloten MIDI-apparaat.
7. Gebruik de MIDI-sequencer om de gegevens op
een diskette of ander medium op te slaan.
(1)
MIDI
MIDI
MIDI
MIDI
(2)
IN
IN
OUT
OUT
Sequencer
Geheugen
Klankbron
Elke gespeelde noot
klinkt tweemaal
Thru functie aan
Local On
Local On
Produceert geluid
Klankbron
Local Off
Produceert geen geluid
Klankbron
37
Problemen oplossen
Als u denkt dat er een probleem is, lees dan eerst dit
hoofdstuk.
Probleem Oorzaak/remedie
Het lukt niet om
het toestel in te
schakelen
Is de stroomkabel goed aangesloten?
(p. 14)
De knop werkt
niet
Is Tone of Panel Lock geactiveerd? (p.
37)
Schakel het toestel uit en weer aan.
Er klinkt geen
geluid
Staat het volumeniveau van de DP-900
helemaal dicht? (p. 17)
Is er een hoofdtelefoon aangesloten?
(p. 15)
Zit er nog een stekker in de PHONES
jack?
Als een hoofdtelefoon wordt
aangesloten, werken de ingebouwde
luidsprekers niet meer.
Is Local Off geselecteerd? (p. 40)
Zet Local Control op “ON”.
Er klinkt geen
geluid (als een
MIDI-instrument
is aangesloten)
Staan alle toestellen aan?
Zijn de MIDI-kabels correct
aangesloten?
Stemt het MIDI-kanaal overeen met
dat van het aangesloten instrument?
(p. 39)
Het geluid klinkt
dubbel als het
klavier bespeeld
wordt
Staat de DP-900 in Dual Play? (p. 21)
Als de DP-900 op een externe
sequencer is aangesloten, selecteer dan
Local OFF (p. 40).
Eventueel kunt u ook MIDI Thru op de
sequencer uitschakelen (OFF).
In Split of Dual
Play is de klank
veranderd
Als u Dual Play of Split Play gebruikt
met een Tone-knop die op klank 3 of 4
staat, dan zal klank 1 voor die Tone-
knop geselecteerd worden (p. 21).
Voor sommige klanken wordt de
klank die geselecteerd was voor u op
de [Split]-knop drukte, aan de
linkerzone van het klavier toegekend.
Zie “Klankenlijst” (p. 40).
De klank
verandert niet
Is Tone of Panel Lock geactiveerd? (p.
37)
Schakel het toestel uit en weer aan.
Knipperen de indicatielampjes van de
[Metronome]- en [Beat]-knoppen?
Het instellen van functies is aan de
gang. Druk op de [Metronoom]- of
[Beat]-knop om functie-modus te
verlaten (p. 35, p. 39).
Niet alle
gespeelde noten
zijn hoorbaar
Het maxi male aantal noten dat de DP-
900 gelijktijdig kan spelen, is 64.
Intensief gebruik van het
sustainpedaal bij het meespelen met
een intern stuk kan leiden tot een te
hoog aantal noten. Sommige noten
vallen dan weg.
Het klavier of het
stuk klinken vals
of ontstemd
Is de Transpose-functie geactiveerd?
(p. 26)
Zijn de instellingen voor
“temperatuur” en “Stretch Tuning”
correct? (p. 36)
Is de instelling voor “Master Tuning
correct? (p. 35)
Het stuk wordt
niet afgespeeld/
Een bepaald
instrument in een
stuk wordt niet
afgespeeld
Zijn de indicatielampjes voor de
spoorknoppen ([1]- en [2]-knoppen)
gedoofd? (p. 29)
Als het lampje van een spoor gedoofd
is, dan wordt dat spoor niet afgespeeld.
Druk op de spoorknop zodat het
indicatielampje oplicht.
Opnemen lukt
niet
Is er wel een spoor voor de opname
geselecteerd? (p. 32–p. 33)
Het tempo van
een opgenomen
stuk of de
metronoom zijn
niet in de maat
Als u een intern stuk opneemt en het
tempo verandert tijdens het stuk, dan
zal het tempo van de uitvoering op
dezelfde manier veranderen. Het
tempo van de metronoom verandert
op dezelfde manier.
Als u bijkomend materiaal opneemt
zonder het eerder opgenomen stuk te
wissen, dan wordt het nieuwe stuk
opgenomen met het tempo van de
eerste opname. Wis de eerder opname
voor u er een nieuwe maakt (p. 34).
Het
metronoomgelui
d verandert niet
Als een intern stuk wordt afgespeeld,
gebruikt de metronoom het gewone
metronoomgeluid.
Als een opgenomen stuk wordt
afgespeeld, gebruikt de metronoom
het geluid dat geselecteerd was toen
de opname werd gemaakt.
Het opgenomen
stuk is
verdwenen
Elke opname wordt gewist als de DP-
900 wordt uitgeschakeld. Een opname
die gewist is, kan niet meer hersteld
worden.
Het pedaal heeft
geen effect of het
effect stopt niet
Is het pedaal goed aangesloten?
Zorg ervoor dat de kabel van het
pedaal zorgvuldig is aangesloten op
de ingang voor het pedaal op de
achterkant van het toestel (p. 15).
Probleem Oorzaak/remedie
38
Problemen oplossen
926b
Er is nog altijd
galm te horen,
zelfs al is het
reverb-effect
uitgeschakeld
De pianogeluiden van de DP-900
geven een natuurgetrouwe weergave
van het ruimtelijke gevoel van een
akoestische piano. Daarom is er altijd
een zekere galm te horen, ook al is het
reverb-effect uitgeschakeld.
Het geluid klinkt
vervormd
Het geluid kan vervormen als het
volume te hoog staat. Regel het
volume met de [Volume]-knop (p. 17).
Bovendien kan bij bepaalde klanken
het geluid vervormd klinken.
In de hoge noten
verandert het
geluid abrupt
vanaf een
bepaalde toon
Op een akoestische piano klinken
noten in het bovenste anderhalve
octaaf van het klavier door, tot ze
vanzelf uitsterven, ongeacht het
gebruik van het sustainpedaal. Er is
ook een verschillend timbre hoorbaar.
Roland piano's imiteren dergelijke
eigenschappen van een akoestische
piano natuurgetrouw. Het bereik waar
het sustainpedaal geen effect heeft, is
op de DP-900 afhankelijk van de Key
Transpose instelling.
Een hoge
fluittoon is
hoorbaar
Als u met een hoofdtelefoon luistert:
Enkele van de meer flamboyante
en bruisende pianoklanken
hebben rijke boventonen,
waardoor het geluid een
metaalachtige galm kan krijgen.
Omdat deze galm vooral hoorbaar
is als een zwaar reverb-effect
wordt toegevoegd, kunt u het
probleem allicht verminderen
door minder galm aan het geluid
toe te voegen.
Als u het probleem niet hoort in een
hoofdtelefoon:
In dit geval is er vermoedelijk een
andere oorzaak (zoals resonantie
van de DP-900). Raadpleeg uw
Roland-dealer of dichtstbijzijnde
Roland Service Center.
Probleem Oorzaak/remedie
De lage tonen
klinken raar of er
is een trillende
resonantie
Als u het probleem niet hoort in een
hoofdtelefoon:
Als u luid speelt, kunnen
instrumenten in de buurt van de
DP-900 beginnen resoneren.
Resonantie kan ook voorkomen bij
neonlichten, glazen deuren en
andere voorwerpen. Het probleem
komt vooral voor als de bastonen
versterkt worden of als u met een
hoog volume speelt. Neem deze
maatregelen om deze resonantie te
onderdrukken:
• Plaats luidsprekers 10–15 cm van
muren en andere oppervlaktes.
• Zet het volume lager.
• Verwijder de luidsprekers van
resonerende voorwerpen.
Als u met een hoofdtelefoon luistert:
In dit geval is er vermoedelijk een
andere oorzaak (zoals resonantie
van de DP-900). Raadpleeg uw
Roland-dealer of dichtstbijzijnde
Roland Service Center.
Het volume van
het instrument
dat op de ingang
is aangesloten is
te laag
Gebruikt u misschien een
verbindingskabel met een weerstand?
Gebruik liever een verbindingskabel
zonder weerstand.
Probleem Oorzaak/remedie
39
Foutmeldingen/Andere meldingen
* Foutmeldingen hebben een “E.” voor het nummer. Druk op een knop om de foutmelding te annuleren.
Scherm Betekenis
USr User (gebruiker). Bij het opslaan van opnames (p. 31).
USr. Het “.” op het scherm betekent dat er al een opname is opgeslagen (p. 31).
d. Nummer van intern pianostuk (p. 18).
t. Nummer van het metronoomgeluid (p. 25).
PU Dit verschijnt als een stuk wordt afgespeeld dat begint met een opmaat (pickup).
dEL Dit verschijnt als u probeert een opname te wissen (p. 30, p. 34).
E.32 De uitvoering stuurt te veel gegevens; het is niet mogelijk nog meer gegevens op te nemen.
E.41 Er is een probleem met een MIDI-kabel. Zorg ervoor dat alle MIDI-kabels stevig aangesloten
zijn.
40
Klankenlijst
* A+B spelen tegelijk twee klanken
U kunt de balans tussen de twee klanken regelen (zie “De balans regelen bij Dual Play” (p. 21)).
A/B: A voor de rechterhand en B voor de linker (Split Play)
[Split] Off [Split] Off
Knop
[Variation]
Klank [Variation] gedoofd [Variation] rood [Variation] groen
[Piano]
Gedoofd Grand Piano1
Grand Piano1
/Acoustic Bass
Grand Piano1
/Acoustic Bass &
Cymbal
Grand Piano1
/Strings
Rood Grand Piano2
Grand Piano2
/Acoustic Bass
Grand Piano2
/Acoustic Bass &
Cymbal
Grand Piano2
/Strings
Groen Piano + Strings
Oranje Piano + Choir
[E. Piano]
Gedoofd Electric Piano1
Electric Piano1
/Electric Bass
Electric Piano1
/Acoustic Bass
Electric Piano1
/Strings
Rood Electric Piano2
Electric Piano2
/Electric Bass
Electric Piano2
/Acoustic Bass
Electric Piano2
/Strings
Groen Vibraphone
Oranje Electric Piano+Choir
[Harpsi-
chord]
Gedoofd Harpsichord
Harpsichord
/Strings
Harpsichord
/Organ Flute
Harpsichord
/Acoustic Bass
Rood Organ Flute
Organ Flute
/Organ Bass
Organ Flute
/Strings
Organ Flute
/Choir
Groen Harpsichord + Strings
Oranje Harpsichord + Choir
[Organ]
Gedoofd Church Organ
Church Organ
/Organ Bass
Church Organ
/Strings
Church Organ
/Choir
Rood Rotary Organ
Rotary Organ
/Lower Organ
Rotary Organ
/Electric Bass
Jazz Organ
/Rotary Organ
Groen Organ + Strings
Oranje Organ + Choir
[Strings]
Gedoofd Strings
Strings
/Pizzicato
Strings
/Choir
Oboe
/Strings
Rood Slow Strings
Slow Strings
/Pizzicato
Slow Strings
/Choir
Flute
/Slow Strings
Groen Strings + Choir
Oranje Strings + Brass
41
Lijst van interne pianostukken
Stuk
nr.
Titel Componist Copyright
d. 1 1ére Arabesque C. Debussy © 1995 Roland Corporation
d. 2 Late Night Chopin F. Chopin/
Arranged by John Maul
© 2002 Roland Corporation
d. 3 Sonate für Klavier No. 15 W. A. Mozart © 1996 Roland Corporation
d. 4 Fly Free J. Maul © 1998 Roland Corporation
d. 5 Liebesträume III F. Liszt © 2001 Roland Corporation
d. 6 Étude, op.10-3 F. Chopin © 2001 Roland Corporation
d. 7 Je te veux E. Satie © 1997 Roland Corporation
d. 8 Valse, op.64-1 F. Chopin © 2001 Roland Corporation
d. 9 Golliwog’s Cake walk C. Debussy © 1995 Roland Corporation
d. 10 Fantaisie-Impromptu F. Chopin © 2001 Roland Corporation
d. 11 An der schönen, blauen Donau J. Strauss © 1996 Roland Corporation
d. 12 Auf Flügeln des Gesanges F. Mendelsshon © 1996 Roland Corporation
d. 13 Mazurka No.5 F. Chopin © 1995 Roland Corporation
d. 14 1ère Gymnopédie E. Satie © 1997 Roland Corporation
d. 15 Étude, op.25-1 F. Chopin © 1995 Roland Corporation
d. 16 Clair de Lune C. Debussy © 1998 Roland Corporation
d. 17 Étude, op.10-5 F. Chopin © 2001 Roland Corporation
d. 18 Doctor Gradus ad Parnassum C. Debussy © 1995 Roland Corporation
d. 19 Grande Valse Brillante F. Chopin © 1995 Roland Corporation
d. 20 La prière d’une Vierge T. Badarzewska © 1996 Roland Corporation
d. 21 Course en Troïka P. Tchaikovsky © 1996 Roland Corporation
d. 22 To The Spring E. Grieg © 1996 Roland Corporation
d. 23 Valse, op.64-2 F. Chopin © 1996 Roland Corporation
d. 24 Radetzky Marsch J. Strauss © 1996 Roland Corporation
d. 25 Träumerei R. Schumann © 1996 Roland Corporation
d. 26 Moments Musicaux III F. Schubert © 1996 Roland Corporation
d. 27 Prélude, op.28-15 F. Chopin © 1996 Roland Corporation
d. 28 The harmonious blacksmith G. Handel © 1996 Roland Corporation
d. 29 Ungarische Tänze V J. Brahms © 1996 Roland Corporation
d. 30 Türkischer Marsch (Beethoven) L. v. Beethoven © 1996 Roland Corporation
d. 31 Nocturne No.2 F. Chopin © 1996 Roland Corporation
d. 32 Frühlingslied F. Mendelsshon © 1996 Roland Corporation
d. 33 Präludium J. S. Bach © 1996 Roland Corporation
d. 34 Jägerlied F. Mendelsshon © 1996 Roland Corporation
d. 35 Menuet Antique M. Ravel © 1996 Roland Corporation
d. 36 Für Elise L. v. Beethoven © 1996 Roland Corporation
d. 37 Türkischer Marsch (Mozart) W. A. Mozart © 1996 Roland Corporation
42
Lijst van interne pianostukken
981a
* Alle rechten voorbehouden. Dit materiaal is enkel voor persoonlijk gebruik bestemd. Ongeoorloofd gebruik is een schending van de wet.
d. 38 Ständchen F. Schubert © 1996 Roland Corporation
d. 39 Humoreske A. Dvorjak © 1996 Roland Corporation
d. 40 Blumenlied G. Lange © 1996 Roland Corporation
d. 41 Alpenglöckchen T. Oesten © 1996 Roland Corporation
d. 42 Menuett G dur (Beethoven) L. v. Beethoven © 1996 Roland Corporation
d. 43 Venezianisches Gondellied F. Mendelsshon © 1996 Roland Corporation
d. 44 Alpenabendröte T. Oesten © 1996 Roland Corporation
d. 45 Farewell to the Piano L. v. Beethoven © 1996 Roland Corporation
d. 46 Brautchor W. Wagner © 1996 Roland Corporation
d. 47 Battle of Waterloo W. Anderson © 1996 Roland Corporation
d. 48 Wiener Marsch C. Czerny © 1996 Roland Corporation
d. 49 Le Coucou L. C. Daquin © 1996 Roland Corporation
d. 50 Menuett G dur (Bach) J. S. Bach © 1992 Roland Corporation
d. 51 Spinnerlied A. Ellmenreich © 1996 Roland Corporation
d. 52 Gavotte F. Gossec © 1996 Roland Corporation
d. 53 Heidenröslein G. Lange © 1996 Roland Corporation
d. 54 Zigeuner Tanz H. Lichner © 1996 Roland Corporation
d. 55 La Cinquantaine G. Marie © 1996 Roland Corporation
d. 56 Csikos Post H. Necke © 1996 Roland Corporation
d. 57 Dolly’s Dreaming Awakening T. Oesten © 1996 Roland Corporation
d. 58 La Violette L. Streabbog © 1996 Roland Corporation
d. 59 Fröhlicher Landmann R. Schumann © 1996 Roland Corporation
d. 60 Sonatine op.36-1 (Clementi) M. Clementi © 1996 Roland Corporation
d. 61 Sonatine op.20-1 (Kuhlau) F. Kuhlau © 1996 Roland Corporation
d. 62 Sonatine No.5 (Beethoven) L. v. Beethoven © 1996 Roland Corporation
d. 63 Hungarian Rag: Hungarian Dance No. 5
Ragtime Arrangement For Solo Piano
J. Brahms/
Arranged by John Maul
© 1996 Roland Corporation
d. 64 Paganoogie Variation:
Jazz Variation Based on “Caprice No. 24 in A Minor”
N. Paganini/
Arranged by John Maul
© 1998 Roland Corporation
d. 65 L’éveil del l’amour Masashi &
Kazuko Hirashita
© 2000 Roland Corporation
Stuk
nr.
Titel Componist Copyright
43
Bedieningsoverzicht
1
2
3
4
5
6
7
1
12
2
4
3
Nr. Wat wilt u doen? Knoppen Pagina
Druk de [Metronome]- en [Beat]-knoppen gelijktijdig in en druk dan op de []-knop.
Master Tuning
[Metronome]+ [Beat] [Piano]
p. 35
Een temperatuur selecteren
De grondtoon selecteren
[Metronome] + [Beat] [E. Piano]
[E. Piano] + toets
p. 36
Stretch Tuning
[Metronome] + [Beat] [Harpsichord] p. 36
Het sustainpedaal aan de linkerzone van het
klavier toewijzen
[Metronome] + [Beat] [Organ] p. 37
MIDI-zendkanaal instellen
[Metronome] + [Beat] [Strings] p. 39
Local Control
[Metronome] + [Beat] [Variation] p. 40
Een opname versturen
[Metronome]+ [Beat] [Play] p. 40
Druk op de [ ]-knop en druk dan op de [-] of [+] knop.
Maat van de metronoom
[Beat] [-] [+] p. 24
Balans van Dual Play
[Transpose] + [Split] [-][+] p. 21
Houd de [ ]-knop ingedrukt en druk dan op de [-] of [+] knop.
Volume van de metronoom
[Metronome] + [-] [+] p. 24
Metronoomgeluid
[Beat] + [-] [+] p. 25
Diepte van het galmeffect
[Reverb] + [-] [+] p. 25
Resonantieniveau van het sustainpedaal
[Reverb] + [Split] + [-] [+] p. 35
Houd de [Split]- of [Transpose]-knop ingedrukt en druk dan op de toets.
Splitpunt
[Split] + toets p. 23
Transponeren
[Transpose] + key p. 26
1
2
3
4
5
6
7
1
2
1
2
3
4
44
MIDI-implementatietabel
MIDI-implementatietabel
Functie...
Basic
Channel
Mode
Note
Number :
Velocity
After
Touch
Pitch Bend
Control
Change
Prog
Change
System Exclusive
System
Common
System
Real Time
Aux
Message
Notes
Verstuurt Ontvangt Opmerkingen
Default
Changed
Default
Messages
Altered
True Voice
Note ON
Note OFF
Key’s
Ch’s
6, 38
7
11
64
66
67
91
100, 101
: True Number
: Song Pos
: Song Sel
: Tune
: Clock
: Commands
: All sound off
:
Reset all controllers
: Local Control
: All Notes OFF
: Active Sense
: Reset
1
1-16
Mode 3
x
O
x 8n v=64
15-113
x
x
x
O
x
x
O
x
O
O
O
O
O *1
O *1
O *1
O *1
O *1
O
O
O (0...117)
**************
O
x
x
x
x
x
x
x
x
x
O
x
1
1-16
Mode 3
O
x
0-127
15-113
x
x
x
O (0-127)
0...119
O
x
x
x
x
x
x
O
O
O (123-127)
O
x
Data entry
Volume
Expression
Hold 1
Sostenuto
Soft
Effect 1 (Reverb)
RPN LSB, MSB
Digital Piano
Model DP-900
Datum : 1 sep. 2003
Versie : 1.00
MIDI Implementatietabel
**************
**************
Mode 1 : OMNI ON, POLY
Mode 3 : OMNI OFF, POLY
Mode 2 : OMNI ON, MONO
Mode 4 : OMNI OFF, MONO
O : ja
X : nee
45
Belangrijkste specificaties
962a
* Met het oog op productverbetering kunnen de specificaties en/of het uiterlijk van dit toestel zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
Klavier
Klavier 88 toetsen (Progressive Hammer-Action klavier)
Aanslaggevoeligheid Licht, medium, zwaar, vast
Klaviermodi Whole, Dual (balans instelbaar), Split (splitpunt instelbaar)
Klankbron
Max. polyfonie 64 stemmen
Klanken 5 groepen, 20 variaties
Temperatuur 7 types, grondtoon instelbaar
Stretch Tuning 2 types
Master Tuning 415,3 Hz–466,2 Hz (instelbaar in stappen van 0,1 Hz)
Transpositie Key Transpose (-6 – +5 in halve tonen)
Effecten Reverb (8 niveaus), chorus (alleen voor E. Piano), sympathetic resonance (alleen voor Piano, 8
niveaus)
Metronoom
Maat 2/2, 0/4, 2/4, 3/4, 4/4, 5/4, 6/4, 7/4, 3/8, 6/8, 9/8, 12/8
Volume 8 niveaus
Recorder
Sporen 2 sporen
Stuk 1 stuk
Opslagcapaciteit Ongeveer 5.000 noten
Tempo Vierde noot = 20–250
Resolutie 96 per vierde noot
Bediening Play/Stop, Rec, Tempo, All Song Play, Track Select
Interne stukken 65 stukken
Overige
Gemeten uitgangsvermogen 7 W x 2
Luidsprekers 12 cm x 2
Scherm 7 segmenten, 3 karakters (LED)
Bediening Volume, Brilliance (3 niveaus)
Pedalen Sustain, zacht
Andere functies Tone Lock (volledige vergrendeling), Panel Lock (vergrendeling van bedieningspaneel)
Aansluitingen Uitgangen (jacks L/Mono, R), ingangen (jacks L/Mono, R), hoofdtelefoon x 2 (stereo jack),
MIDI In/MIDI Out, pedaalaansluiting
Stroomvoorziening DC 9 V (AC Adaptor)
Stroomverbruik 23 W
Afmetingen
(inclusief stand)
(deksel gesloten)
1.398 (B) x 344 (D) x 781 (H) mm
(deksel open)
1.398 (B) x 339 (D) x 974 (H) mm
Gewicht
(inclusief stand)
43,5 kg
Accessoires Handleiding, adapter, stroomkabel
46
INDEX
A
Aanslag ................................................................ 23
Adapter ............................................................... 11
Afspelen
Alle stukken na elkaar ................................. 15
Een stuk selecteren ....................................... 15
Elke hand ....................................................... 25
Aftellen ................................................................ 24
All Song Play ...................................................... 15
Audioapparatuur ............................................... 34
D
Demperpedaal .................................................... 12
Dual Play ............................................................. 17
E
Effecten ................................................................ 21
G
Galm .................................................................... 21
H
Hoofdtelefoon .................................................... 12
I
Instellingen ......................................................... 31
MIDI ............................................................... 35
Interne pianostukken .................................. 15, 24
K
Key Touch ........................................................... 23
Klankvariaties .................................................... 16
L
Local Control ...................................................... 36
M
Maat ..................................................................... 20
Master Tuning .................................................... 31
Metronoom ......................................................... 19
Geluid ............................................................ 21
Volume .......................................................... 20
MIDI ..................................................................... 35
MIDI-apparaten ................................................. 34
MIDI-kanaal ........................................................ 35
MIDI-zendkanaal ............................................... 35
Monteren ............................................................... 6
Muziekstandaard ............................................... 13
O
Opnemen ............................................................ 26
Met een intern stuk ...................................... 28
P
Panel Lock .......................................................... 33
Pedalen ................................................................ 12
Power .................................................................. 14
R
Referentietoonhoogte ........................................ 31
Resonantie .......................................................... 31
S
Split ...................................................................... 18
Split Play ............................................................. 18
Splitpunt ............................................................. 19
Spoorknoppen .............................................. 25, 29
Stemcurve ........................................................... 32
Stretch Tuning .................................................... 32
Sustainpedaal ............................................... 12, 33
Resonantie ..................................................... 31
Sympathetic resonance ..................................... 31
T
Temperatuur ...................................................... 32
Tempo ........................................................... 19, 24
Tone-knop ........................................................... 16
Transpose ............................................................ 22
V
Volume ................................................................ 14
Metronoom ................................................... 20
W
Wissen ................................................................. 30
IMPORTANT: THE WIRES IN THIS MAINS LEAD ARE COLOURED IN ACCORDANCE WITH THE FOLLOWING CODE.
BLUE:
BROWN:
As the colours of the wires in the mains lead of this apparatus may not correspond with the coloured markings identifying
the terminals in your plug, proceed as follows:
The wire which is coloured BLUE must be connected to the terminal which is marked with the letter N or coloured BLACK.
The wire which is coloured BROWN must be connected to the terminal which is marked with the letter L or coloured RED.
Under no circumstances must either of the above wires be connected to the earth terminal of a three pin plug.
NEUTRAL
LIVE
For the U.K.
This product complies with the requirements of European Directive 89/336/EEC.
For EU Countries
For Canada
This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
Cet appareil numérique de la classe B respecte toutes les exigences du Règlement sur le matériel brouilleur du Canada.
NOTICE
AVIS
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION
RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the
FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential
installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in
accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee
that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or
television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the
interference by one or more of the following measures:
– Reorient or relocate the receiving antenna.
– Increase the separation between the equipment and receiver.
– Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected.
– Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions:
(1) This device may not cause harmful interference, and
(2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation.
Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment.
This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
43

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Forenregeln

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Art des Missbrauchs:

Zum Beispiel antisemitische Inhalte, rassistische Inhalte oder Material, das zu einer Gewalttat führen könnte.

Beispielsweise eine Kreditkartennummer, persönliche Identifikationsnummer oder unveröffentlichte Privatadresse. Beachten Sie, dass E-Mail-Adressen und der vollständige Name nicht als private Informationen angesehen werden.

Forenregeln

Um zu sinnvolle Fragen zu kommen halten Sie sich bitte an folgende Spielregeln:

Neu registrieren

Registrieren auf E - Mails für Roland DP-900 wenn:


Sie erhalten eine E-Mail, um sich für eine oder beide Optionen anzumelden.


Andere Handbücher von Roland DP-900

Roland DP-900 Bedienungsanleitung - Deutsch - 48 seiten

Roland DP-900 Bedienungsanleitung - Englisch - 48 seiten


Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Wenn Sie innerhalb von 15 Minuten keine E-Mail mit dem Handbuch erhalten haben, kann es sein, dass Sie eine falsche E-Mail-Adresse eingegeben haben oder dass Ihr ISP eine maximale Größe eingestellt hat, um E-Mails zu erhalten, die kleiner als die Größe des Handbuchs sind.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Möchten Sie eine E-Mail erhalten, wenn neue Antworten und Fragen veröffentlicht werden? Geben Sie bitte Ihre Email-Adresse ein.



Info