Bedienungsanleitung Roland Juno-Gi (Seite 40 von 152) (Holländisch)

537619

Zoom out

Zoom in

Vorherige Seite

1/152

Nächste Seite

2. PITCH ENV

Parameter Waarde Uitleg

P-Env V-Sens -64–+63

De speeldynamiek op het klavier kan gebruikt

worden voor besturing van de diepte van de

Pitch Envelope.

Als u wilt dat de Pitch Envelope meer eect heeft

bij sterk gespeelde noten, zet u deze parameter

op een positieve (+) waarde.

P-Env T1 V-Sens -64–+63

Hiermee kan de speeldynamiek de T1 van de

Pitch Envelope beïnvloeden.

Als u wilt dat T1 sneller wordt bij sterk gespeelde

noten, zet u deze parameter op een positieve

(+) waarde.

P-Env T4 V-Sens -64–+63

Gebruik deze parameter als u wilt dat het

loslaten van de toets de T4 waarde van de Pitch

Envelope beïnvloedt.

Als u wilt dat T4 sneller wordt bij snel losgelaten

noten, zet u deze parameter op een positieve

(+) waarde.

P-Env Time KF

(Time Keyfollow)

-64–+63

Gebruik deze instelling als u wilt dat de Pitch

Envelope tijden (T2-T4) door de locatie van het

klavier worden beïnvloed.

Gebaseerd op de Pitch Envelope tijden van de

C4 toets, maken positieve (+) instellingen dat

noten hoger dan C4 toenemend kortere tijden

hebben.

P-Env Depth -12–+12

Diepte van de Pitch Envelope.

Hogere instellingen maken dat de Pitch

Envelope meer verandering produceert.

Negatieve (-) instellingen keren de vorm van de

Envelope om.

P-Env Time1 [A]

-64–+63

Pitch Envelope niveaus (L0-L4).

Speciceer hoe de toonhoogte op elk punt zal

veranderen, gerelateerd aan de toonhoogte die

met Coarse Tune of Fine Tune is ingesteld.

P-Env Time2

P-Env Time3 [D]

P-Env Time4 [R]

P-Env Level0

-64–+63

Pitch Envelope niveaus (L0-L4).

Speciceer hoe de toonhoogte op elk punt zal

veranderen, gerelateerd aan de toonhoogte die

met Coarse Tune of Fine Tune is ingesteld.

P-Env Level1

P-Env Level2

P-Env Level3 [S]

P-Env Level4

C4C3C2C1 C5 C6 C7

+50

+100

-50

-100

Time Keyfollow

Tijd

Toets

T1 T2 T3 T4

Pitch Envelope

Tijd

Noot uitNoot aan

Toon-

hoogte

3. TVF PARAMETER

Parameter Waarde Uitleg

Filter Type

OFF Er wordt geen lter gebruikt.

LPF

Laagpas lter.

Dit verlaagt het volume van alle frequenties boven de

Cuto frequentie om het geluid ronder of minder helder

te maken.

BPF

Bandpas lter.

Dit laat alleen de frequenties in de regio van de Cuto

frequentie in tact, en kapt de rest af. Dit kan bruikbaar

zijn bij het creëren van onderscheidende klanken.

HPF

Hoogpas lter.

Dit kapt de frequenties in de regio onder de Cuto

frequentie af. Dit is bruikbaar voor het creëren van

percussiegeluiden, waarbij hun hogere Tones worden

benadrukt.

PKG

Peaking lter.

Dit benadrukt de frequenties in de regio van de Cuto

frequentie. U kunt dit gebruiken om Wah-Wah eecten

te creëren, door een LFO te gebruiken om de Cuto

frequentie cyclisch te veranderen.

LPF2

Laagpas lter 2.

Hoewel frequentiecomponenten boven de Cuto

frequentie worden afgekapt, is de gevoeligheid van

dit lter de helft van die van de LPF. Dit lter kan goed

gebruikt worden met gesimuleerde instrumentklanken,

zoals de akoestische piano.

* Als u ‘LPF2’ instelt, wordt de instellingen van

de Resonance parameter genegeerd.

LPF3

Laagpas lter 3.

Hoewel frequentiecomponenten boven de Cuto

frequentie worden afgekapt, verandert de gevoeligheid

van dit lter volgens de Cuto frequentie. Hoewel dit

lter ook goed gebruikt kan worden voor gesimuleerde

akoestische instrumentklanken, verschilt de nuance die

het vertoont van die van de LPF2, zelfs met dezelfde TVF

Envelope instellingen.

* Als u ‘LPF3’ instelt, wordt de instellingen van

de Resonance parameter genegeerd.

TONE

De instelling van de Tone die aan de Layer is toegewezen

wordt gebruikt.

Cuto

Frequency

-63–+63

Frequentie waarop het lter eect begint te krijgen op de

frequentiecomponenten van de golfvorm.

Resonance -64–+63

Benadrukt het gedeelte van het geluid in de regio van de

Cuto frequentie, geeft het geluid meer karakter.

Overmatig hoge instellingen kunnen oscillatie

produceren, waardoor het geluid kan vervormen.

Cuto

Keyfollow

-200–

+200

Gebruik deze parameter als u wilt dat de Cuto frequen-

tie verandert volgens de toets die wordt ingedrukt.

In verhouding tot de Cuto frequentie op de C4 toets

(middelste C), maken positieve (+) instellingen dat de

Cuto frequentie stijgt voor noten hoger dan C4. Hogere

instellingen produceren meer verandering.

Cuto

V-Curve

FIX,

1–7,

TONE

Curve die bepaalt hoe de speeldynamiek (Velocity) de

Cuto frequentie beïnvloedt.

Zet dit op ‘FIX’ als u niet wilt dat de Cuto frequentie door

de speeldynamiek wordt beïnvloed.

1 2 3 4

5 6 7

1 2 3 4

5 6 7

Cuto

V-Sens

-64–+63

Gebruik deze parameter wanneer de Cuto frequentie

wordt veranderd om als resultaat van veranderingen in

speeldynamiek toegepast te worden.

Als u wilt dat sterk gespeelde noten de Cuto frequentie

laten stijgen, zet u deze parameter op een positieve (+)

instelling.

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Libble nimmt den Missbrauch seiner Dienste sehr ernst. Wir setzen uns dafür ein, derartige Missbrauchsfälle gemäß den Gesetzen Ihres Heimatlandes zu behandeln. Wenn Sie eine Meldung übermitteln, überprüfen wir Ihre Informationen und ergreifen entsprechende Maßnahmen. Wir melden uns nur dann wieder bei Ihnen, wenn wir weitere Einzelheiten wissen müssen oder weitere Informationen für Sie haben.

Roland Juno-Gi Seite 40

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Art des Missbrauchs:

Forenregeln

Neu registrieren

Andere Handbücher von Roland Juno-Gi

Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Info