[70]
Afspeelmodus
BEVEILIGEN
Deze functie wordt gebruikt om te voorkomen dat bepaalde opnames per ongeluk worden verwijderd (LOCK).
Ook kunnen hiermee opnames worden vrijgegeven die eerder waren beveiligd (UNLOCK).
Opnames beveiligen
1. Zet de camera aan.
2. Druk op de knop MODE om de AFSPEELMODUS te
selecteren.
3. Schakel het LCD-scherm niet uit.
4. Selecteer een opname die u wilt beveiligen door op de knop
LINKS ( ) of RECHTS ( ) te drukken.
5. Druk op de knop MENU om het menu voor de
afspeelmodus weer te geven op het LCD-scherm.
6. Druk op de knop OMHOOG ( ) of OMLAAG ( ) en
selecteer [PROTECT].
7. Druk op de knop RECHTS ( ) om het submenu weer te geven.
8. Selecteer [ONE IMAGE] of [ALL IMAGES] door op de knop
OMHOOG ( ) of OMLAAG ( ) te drukken en vervolgens
op de knop RECHTS ( ) te drukken.
- ONE IMAGE : Hiermee wordt een afzonderlijke opname
beveiligd.
- ALL IMAGES : Hiermee worden alle opnames in het geheugen beveiligd.
9. Selecteer [LOCK] of [UNLOCK] door op de knop OMHOOG ( )
of OMLAAG ( ) te drukken en vervolgens op de knop OK te drukken.
- LOCK : Hiermee kunt u de beveiligingsfunctie (PROTECT) instellen.
- UNLOCK : Ontgrendelt de beveiligingsfunctie.
Wanneer u een afbeelding beveiligt,
wordt het beveiligingspictogram ( )
weergegeven op het LCD-scherm.
Beveiligingsindicator
Niet-beveiligde afbeeldingen
hebben geen indicator.
PLAY 1/2
SLIDE SHOW 3 SEC
PROTECT
DELETE ALL
LCD BRIGHTNESS 0
EXIT:MENU CHANGE:
PLAY 1/2
PROTECT
ONE IMAGE
ALL IMAGES
BACK
CHANGE:
