[87]
INSTELLING
Controleer het volgende:
Voordat u contact opneemt met een servicecentrum
Probleem
De camera kan niet
worden ingeschakeld.
De camera wordt
tijdens het gebruik
uitgeschakeld.
De batterijen raken
snel leeg.
De camera maakt
geen foto's wanneer u
op de sluiterknop
drukt.
Oorzaken
- De batterijen zijn bijna leeg.
- Er is geen wisselstroomadapter
aangesloten.
- De batterijen zijn zwak.
- De camera wordt automatisch
uitgeschakeld door de functie voor
automatisch uitschakelen.
- De adapter is niet goed
aangesloten.
- De camera wordt gebruikt bij lage
temperaturen.
- U gebruikt zowel nieuwe als oude
batterijen of batterijen van
verschillende typen.
- Er is onvoldoende geheugen
beschikbaar.
- De geheugenkaart is niet
geformatteerd.
- Het geheugen is vol.
- De camera is uitgeschakeld.
- De batterijen zijn zwak.
- De SD-kaart is vergrendeld.
- Plaats nieuwe batterijen.
- Sluit een wisselstroomadapter
aan.
- Plaats nieuwe batterijen.
- Zet de camera opnieuw aan met
de aan/uit-schakelaar.
- Verwijder de adapter en sluit deze
opnieuw aan.
- Zorg ervoor dat de camera warm
blijft (bijvoorbeeld in uw
binnenzak) en haal deze alleen te
voorschijn om opnames te maken.
- Plaats nieuwe batterijen.(die
allemaal van hetzelfde type
moeten zijn)
- Verwijder afbeeldingsbestanden
die u niet meer nodig hebt.
-
Formatteer de geheugenkaart.(p.67)
-
Plaats een nieuwe geheugenkaart.
- Zet de camera aan.
- Plaats nieuwe batterijen.
- Schuif de schakelaar voor
schrijfbeveiliging naar de
bovenkant van de SD-
geheugenkaart.
Oplossing