Instellingen
155
•
Naam verbinding
: hier geeft u een beschrijvende naam in
voor de verbinding.
•
Drager gegevens
: hier selecteert u een gegevensdrager
op het netwerk.
•
Naam toegangspunt
: de naam van het toegangspunt is
nodig voor het totstandbrengen van een verbinding met het
netwerk. U krijgt de naam van het toegangspunt van uw
provider.
•
Gebruikersnaam
: hier geeft u een gebruikersnaam in als
dat wordt vereist door de provider. De gebruikersnaam is
wellicht nodig voor het totstandbrengen van een
gegevensverbinding en wordt meestal verstrekt door de
provider. De gebruikersnaam maakt vaak onderscheid
tussen hoofd- en kleine letters.
•
Vraag om wachtw.
: als u iedere keer dat u zich aanmeldt
bij een server een nieuw wachtwoord moet ingeven of als u
uw wachtwoord niet op de telefoon wilt opslaan, kiest u
Ja
.
•
Wachtwoord
: een wachtwoord is wellicht nodig voor het
totstandbrengen van een gegevensverbinding en wordt
meestal verstrekt door de provider. Geef het wachtwoord
in. Gebruik de juiste hoofdletters en kleine letters.
•
Verificatie
: hier kiest u een methode voor de verificatie
van de gebruiker:
Normaal
of
Beveiligd
.
•
Startpagina
: afhankelijk van wat u instelt, geeft u hier het
URL-adres van de webservice of het adres van de
multimediaberichtcentrale in.
Als u
Opties
→
Geavanceerd
selecteert, kunt u de volgende
opties instellen:
•
Netwerktype
: hier kunt u het netwerktype wijzigen in
IPv6
of
IPv4
.
•
IP-adres telefoon
(IPv4): hier geeft u het IP-adres van de
telefoon in.