7 Stuurkolom functies
Duimhendelbediening
De duimhendel regelt de achteruit en voorwaartse beweging van de scooter. Druk op de rechter
hendel zal de scooter naar voren rijden, duwt op de linker hendel om de scooter achteruit te
rijden. Het hoeveelheid druk op de hendels bepaalt de snelheid waarmee de scooter de
maximale geselecteerde snelheid bereikt. Meer druk = meer snelheid. Laat de duimhendel los en
de scooter zal automatisch tot stilstand komen als de elektromagnetische rem wordt gebruikt.
Toeter (Horn Button)
De gele knop bedient de toeter. Deze dient alleen gebruikt te worden om anderen te
waarschuwen voor uw aanwezigheid en niet als een vorm van berisping.
Accu meter (Battery Gauge)
Deze meter geeft u een indicatie voor de resterende hoeveelheid lading in de scooteraccu. Dit
geeft de meest nauwkeurige aflezing als de scooter in beweging is.
Laad de accu's altijd volledig op voordat u met uw scooter gaat rijden en laat de accu's nooit
volledig leeglopen, dit kan de accu's permanent beschadigen.
Aan/Uit Sleutelgat (Key switch)
Steek de bij de scooter geleverde sleutel in en draai deze met de klok mee. De naald van de
batterijmeter beweegt. Er kan een kleine vertraging zijn voordat de duimhendels werken terwijl
de controller de scooterschakelingen controleert.
Laat de sleutel in de schakelaar nooit onbeheerd achter om onbevoegd gebruik te voorkomen.
Schakel de stroom niet uit om de scooter te stoppen tenzij het een noodgeval is. De scooter
stopt heel abrupt als hij op deze manier wordt gestopt.
