7
Programma-overzicht –> Tabel verbruikswaar den blz. 8 en opmerkingen op blz. 6 aanhouden!
Programma °C max.
Type
wasgoed
extra functies; Aanwijzing
Witte/bonte was 30, 40, 60, 90 °C
7 kg/
4 kg*
stevig textiel, kookbestendig textiel van katoen of
linnen
i speedPerfect*, j ecoPerfect, Antikreuk, Extra spoelen
+ Voorwas 40 °C
Kreukherstellend 30, 40, 60 °C
3 kg
kreukherstellend textiel van katoen, linnen, synthe-
tisch materiaal of gemengde stoffen
i speedPerfect, j ecoPerfect, Antikreuk, Extra spoelen
Snel + Mix 4 0 °C Textiel van katoen of kreukherstellend textiel
i speedPerfect, j ecoPerfect, Antikreuk, Extra spoelen;
verschillende soorten wasgoed kunnen samen gewassen worden
Fijne was/Zijde 30 °C
2 kg
voor gevoelig, wasbaar textiel bijv. van zijde, satijn,
synthetisch of gemengde stoffen (bijv. gordijnen)
i speedPerfect, j ecoPerfect, Antikreuk, Extra spoelen;
Er wordt tussen de spoelbeurten niet gecentrifugeerd.
ÿ / Wol Koud, 30 °C
handä of machinewasbaar textiel van wol of met een
wolaandeel
bijzonder sparend wasprogramma om krimp van het wasgoed te
vermijden, langere programmapauzes (textiel rust in wassop)
SuperKort 15 30 °C
kreukherstellend textiel van katoen, linnen, synthe-
tisch materiaal of gemengde stoffen
Kort programma ca. 15 minuten,
geschikt voor licht vervuild wasgoed
Extra programma's Spoelen/Centrifugeren, Afpompen
* gereduceerde belading bij extra functie i Speed Perfect.
Als kort programma is -- Snel + Mix 40 ° C met max. centrifugetoerental optimaal geschikt.
Programma zonder voorwas - Wasmiddel in compartiment II doen, Programma met Voorwas - wasmiddel in compartiment I en II verdelen.
0709 / 9000467668
*467668*
WM14E371FG ...
Siemens-Electrogeräte GmbH
Carl-Wery-Str. 34
81739 München / Deutschland
8
Veiligheidsinstructies
– Wij verzoeken u vriendelijk om de bedienings- en plaatsingshandleiding en alle bij de
wasautomaat meegeleverde info rmatie zorgvuldig door te lezen en dienovereenkomstig te
handelen.
– Documentatie voor later gebruik bewaren.
Gevaar voor e lektrische
schokken
– Alleen aan de stekker, nooit aan de kabel trekken!
– Insteken/uittrekken nooit met vochtige handen.
Levensgevaarlijk Bij versleten apparaten:
– Netstekker uit contactdoos trekken.
– Aansluitkabel doorknippen en met stekker verwijderen.
– Slot van de vuldeur onklaar maken. Kinderen kunnen zich zo niet
opsluiten en in levensgevaar komen.
Verstikkingsgevaar – Verpakkingen, folie en verpakkingsonderdelen uit de buurt van
kinderen houden.
Vergiftigingsgevaar – Was- en verzorgingsmiddelen op een voor kinderen niet
toegankelijke plek bewaren.
Explosiegevaar – Met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen, bijv.
vlekkenverwijderaar / wasbenzine voorbehandeld wasgoed kan
na het plaatsen tot een explosie leiden.
Wasgoed van te voren grondig met de hand spoelen.
Letselgevaar – De vuldeur kan zeer heet zijn.
– U moet voorzichtig zijn t ijdens het weg laten lopen van heet water.
– Niet op de wasautomaat klimmen.
– Niet op de geopende vuldeur steunen.
– Niet in de trommel grijpen wanneer deze nog draait.
– Voorzichtig bij het openen van de wasmiddelschuiflade tijdens
bedrijf!
Verbruikswaarden
Programma Extra functies Belading Stroom*** Water***
Programma-
duur
***
Witte/bonte was 30 °C** 7 kg 0,55 kWh 6 0 l 2:36 h
Witte/bonte was 40 °C** 7 kg 0,69 kWh 6 0 l 2:36 h
Witte/bonte was 60 °C** 7 kg 1,33 kWh 6 0 l 2:39 h
Witte/bonte was 60 °C j EcoPerfect* 7 kg 1,05 kWh 4 7 l 3:08 h
Witte/bonte was 90 °C 7 kg 2,00 kWh 6 4 l 2:47 h
Kreukherstellend 40 °C** 3 kg 0,55 kWh 5 5 l 1:17 h
Snel+Mix 40 °C** 3 kg 0,48 kWh 3 2 l 1:03 h
Fijn/Zijde 30 °C 2 kg 0,21 kWh 3 1 l 0:41 h
: / Wol koud 2 kg 0,10 kWh 3 9 l 0:40 h
: / Wol 30 °C 2 kg 0,19 kWh 3 9 l 0:40 h
* Progra mma-instelling voor het testen van het energielabel conform Richtljin 92/75/EWG.
** Programma-instelling voor controle volgens geldende EN60456.
Instructies voor vergelijkingstests: De testprogrammas testen met de aangegeven belading en maximaal centrifugetoerental.
Als Kort programma voor bonte was het programma Snel+Mix 40 °C met maximale centrifugetoerental kiezen.
*** De waarden wijken afhankelijk van de waterdruk, hardheid, inlooptemperatuur, ruimtetemperatuur, wasgoedsoort en ver-
vuiling, gebruikt wasmiddel, variaties in de netspanning en gekozen extra functies af van de aangegeven waarden.
9
Onderhoud
Voor de eerste keer wassen
Geen wasgoed in de machine doen! Waterkraan openen, ca. 1 liter water en vervolgens
½ maatbeker wasmiddel in compartiment II doen. Programmakiezer op Kreukherstellend
60 °C zetten en Start/Bijvullen kiezen. Aan het einde van het programma de
programmakiezer op Uit zetten.
Behuizing machine, bedieningspaneel
– Met een zachte, vochtige doek afnemen.
– Geen schurende doeken, schuursponsjes of reinigingsmiddelen (RVS-reiniger) gebruiken.
– Wasmiddelä en reinigerresten direct verwijderen.
– Reinigen met waterstraal niet toegestaan.
Doseerbakje reinigen ...
... wanneer was- of wasverzachterresten aanwezig zijn.
1. Er uit trekken, borging naar beneden drukken, lade volledig uitnemen.
2. Inzet uitnemen: Met de vinger de inzet van onderen naar boven drukken.
3. Doseerbakje en inzet met water en borstel reinigen en drogen.
4. Inzet plaatsen en inklikken (cilinder op geleidepen steken).
5. Doseerbakje inschuiven.
Doseerbakje open laten zodat restvocht kan opdrogen.
Wastrommel
Vuldeur open laten zodat de trommel kan drogen.
Roestvlekken- chloorvrij poetsmiddel gebruiken, geen staalwol.
Ontkalken Geen was in de wasmachine!
Ontkalken volgens opgave van de producent van het ontkalkingsmiddel, bij een juiste
wasmiddeldosering niet nodig.
Noodontgrendeling, bijv. bij uitval van de elektriciteit
Het programma loopt verder, wanneer de stroom weer is ingeschakeld. Moet toch het
wasgoed worden verwijderd, dan kan de vuldeur als volgt worden geopend:
Verbrandingsgevaar!
Wassop en wasgoed kunnen heet zijn. Eventueel eerst laten afkoelen.
Niet in de trommel grijpen wanneer deze nog draait.
Niet de vuldeur openen wanneer er nog water achter het venster
zichtbaar is.
1. Programmakiezer op Uit zetten en de stekker uit het stopcontact halen.
2. Sop afvoeren –> blz. 10.
3. Noodontgrendeling met een gereedschap naar onder trekken e n loslaten.
Vervolgens kan de vuldeur worden geopend.
Instructies op het display afhankelijk van model
F: 16 Vuldeur goed sluiten; evtl. wasgoed ingeklemd.
F: 17 Waterkraan volledig openen, toevoerslang geknikt/afgeklemd;
Zeef reinigen –> blz. 10 , waterdruk te laag.
F: 18 Soppomp verstopt; Soppomp reinigen –> blz. 10.
Afvoerslang/afvoerbuis verstopt; Afvoerslang bij sifon reinigen –> blz. 10 .
F: 21 Motorstoring. Contact opnemen met de Servicedienst!
F: 23 Water in bodembak, apparaat lek. Contact opnemen met de Servicedienst!
– Elektrocutiegevaar!
Netstekker uit het stopcontact halen!
– Explosiegevaar! Geen oplosmiddelen!
1 0
Onderhoud
Soppomp
Programmakiezer op Uit zetten, stekker uit het stopcontact halen.
1. Serviceä klep openen en verwijderen.
2. Voor modellen met slang voor legen: Slang voor het legen uit de
houder nemen en uit de behuizing trekken. Een bak er onder plaatsen.
Afsluitkap verwijderen, wassop weg laten lopen.
Afsluitdop er op drukken en slang voor het legen in de houder duwen.
2* Voor modellen zonder slang voor legen: Pompdeksel voorzichtig
losdraaien, tot het sop er begint uit te lopen. Wanneer de serviceklep half
vol is, pompdeksel vastdraaien en s ervice-klep legen. Stappen herhalen
tot het sop er volledig er is uitgelopen.
3. Pompdeksel voorzichtig losschroeven (restwater)
4. Binnenruimte, schroefdraad van het pompdeksel en po mphuis reinigen
(waaier van de pomp moet gedraaid kunnen worden).
5. Pompdeksel weer plaatsen en vastschroeven.
6. Serviceklep plaatsen en sluiten.
Om te voorkomen dat bij de volgende keer wassen het wasmiddel ongebruikt in de afvoer
stroomt: 1 liter water in compartiment II gieten en programma Afpompen starten.
Afvoer slang op sifon
Programmakiezer op Uit zetten, stekker uit het stopcontact halen.
1. Slangenklem losmaken, afvoerslang voorzichtig lostrekken (restwater).
2. Afvoerslang en sifonklemmen reinigen.
3. Afvoerslang weer plaatsen en aansluitplek met slangenklem borgen.
Zeef in watertoevoer
Elektrocutiegevaar!
Aquaä Stopä veiligheidsvoorziening niet in water onderdompelen (bevat elektrische
afsluiter).
Waterdruk in toevoerslang afbouwen:
1. Waterkraan sluiten!
2. Gewenst programma instellen (behalve Spoelen/Centrifugeren /
Afpompen).
3. Start/Bijvullen kiezen. Programma ca. 40 seconden laten lopen.
4.
Programmakiezer op
Uit
zetten. Netstekker uit contactdoos trekken.
Zeef reinigen:
1. Afhankelijk van model:
Slang van waterkraan nemen.
Zeef met een kleine borstel reinigen.
en/of bij modellen Standard en Aqua-Secure:
Slang aan de achterzijde van het apparaat afnemen,
zeef met tang verwijderen en reinigen.
2. Slang aansluiten en op lekdichtheid controleren.
– Verbrandingsgevaar!
Wassop laten afkoelen!
– Waterkraan dichtdraaien!
1 1
Wat te doen wanneer...
ʑ
Er water uitstroomt – Afvoerslang juist bevestigen / vervangen.
– Schroefaansluiting van de toevoerslang vastdraaien.
ʑ
Geen watertoevoer.
Wasmiddel niet
ingespoeld.
– Start/ Bijvullen niet gekozen?
– Waterkraan niet geopend?
– Evtl. zeef verstopt? Zeef reinigen –> blz. 10.
– Toevoerslang geknikt of ingeklemd?
ʑ
Vuldeur gaat niet open. – Veiligheidsfunctie actief. Programma afbreken? –> blz. 4 .
– (= zonder eindcentrifugeren) gekozen? –> blz. 3,4.
– Openen alleen via de noodontgrendeling mogelijk? –> blz. 9.
ʑ
Het programma start niet. – Start/ Bijvullen of Klaar in - tijd gekozen?
– Vuldeur gesloten?
– Kinderslot actief? Deactiveren –> blz. 5 .
ʑ
Wassop wordt niet
afgepompt.
– (= zonder eindcentrifugeren) gekozen? –> blz. 3,4.
– Soppomp reinigen –> blz. 10.
– Afvoerbuis en/of afvoerslang reinigen.
ʑ
Water in de trommel niet
zichtbaar.
– Geen storing - Waterniveau onder het zichtbare bereik.
ʑ
Centrifugeresultaat niet
naar tevredenheid.
– Kleine en grote stukken wasgoed gelijkmatig in de trommel
verdelen.
– Antikreuk gekozen? –> blz. 5.
– Te laat toerental gekozen? –> blz. 5 .
ʑ
Meermalen beginnen met
centrifugeren.
– Geen storing - Het onbalans controlesysteem zorgt er voor dat
onbalans verdwijnt.
ʑ
Restwater in het
compartiment voor
verzorgingsproduct.
– Geen fout - Werking als verzorgingsmiddel wordt niet beïnvloed
– Eventueel lade reinigen –> blz. 9 .
ʑ
Geurvorming in
wasautomaat.
– Programma Witte/bonte was 90 °C zonder wasgoed doorvoeren.
Hiervoor hoofdwasmiddel gebruiken.
ʑ
Er komt schuim uit het
wasmiddelvullade.
– Teveel wasmiddel gebruikt?
Wanneer schuim uit de wasmiddelenlade komt:
1 eetlepel wasverzachter met een ½ liter water mengen en in
compartiment II doen (niet bij Outdoor- en dons-textiel!).
– Wasmiddeldosering bij de volgende wasbeurt reduceren.
ʑ
Sterke
geluidsontwikkeling,
trillingen en “wandelen”
bij het centrifugeren.
– Apparaatvoeten gefixeerd?
Apparaatvoeten borgen –> Opstellingshandleiding .
– Transportbeveiligingen verwijderd?
Transportbeveiligingen verwijderen –> Opstellingshandleiding .
ʑ
Display / displaylampen
werken tijdens het bedrijf
niet.
– Stroomstoring?
– Zekeringen geschakeld? Zekeringen inschakelen/vervangen.
– Wanneer de storing herhaald optreedt de servicedienst
inschakelen.
ʑ
Programmaduur langer
dan gewoonlijk.
– Geen storing- Onbalans controlesysteem verhelpt de onbalans
door het meermalen verdelen van het wasgoed.
– Geen fout - schuimcontrolesysteem actief - er wordt een
spoelcyclus toegevoegd.
ʑ
Resten wasmiddel op het
wasgoed.
– Soms bevatten fosfaatvrije wasmiddelen resten die niet in water
oplosbaar zijn.
– Spoelen /Centrifugeren kiezen of het wasgoed na het wassen
afborstelen.
Wanneer een storing niet zelf verholpen kan worden (Uit-/aanschakelen) of een reparatie nodig
is:
– Programmakiezer op Uit zetten en stekker uit het stopcontact halen.
– Waterkraan dichtdraaien en contact opnemen met de servicedienst –> Plaatsings-
handleiding.
Gebruikershandleiding
Was-
automaat
Veiligheids-
instructies blz. 8
aanhouden!
nl
De wasautomaat pas na het lezen van deze handleiding en
de afzonderlijke plaatsingshandleiding in gebruik nemen!