Aanwijzingen omtrent wasgoed ...
Identificatie van textiel
De onderhoudsinstructies van de producent aanhouden!
(cDrogen met normale temperatuur.
'cDrogen met lage temperatuur a daarnaast Delicaat / Délicat kiezen.
)cNiet machinaal drogen.
Absoluut veiligheidsinstructies blz. 11 aanhouden!
Het volgende textiel bijvoorbeeld niet in de droogautomaat drogen:
– Niet luchtdoorlatend textiel (bijv. met rubberlaag).
– Gevoelige stoffen (zijde, synthetische vitrage) a kreukvorming!
– Drupnat wasgoed a hoger energieverbruik!
– Met olie verontreinigd wasgoed.
Tips voor het drogen
– Voor een gelijkmatig droogresultaat: wasgoed sorteren op weefsel en droogprogramma.
– Zeer kleine stukken textiel (bijv. babysokjes) altijd in combinatie met grotere stukken
wasgoed drogen (bijvoorbeeld handdoek).
– Ritssluitingen dichtdoen, haken en ogen sluiten, overtrekken dichtknopen.
ceintuurs van stof, schortbanden enz. samenbinden.
– Kreukherstellend wasgoed niet te droog laten worden a kans op kreuken!
Wasgoed in de frisse lucht laten nadrogen.
– Wol niet in de droger drogen, uitsluitend opfrissen a blz. 7 programma Wol finish
(afh. van model).
– Wasgoed na het drogen niet onmiddellijk strijken, maar samenrollen en een tijdje laten
liggen a het restvocht verdeelt zich dan gelijkmatig.
– Geweven textiel (bijv. T-shirts, tricot) krimpt bij de eerste keer drogen.
aNiet het programma Extra droog / Extra sec gebruiken.
– Gesteven wasgoed is maar beperkt geschikt voor de droogautomaat a stijfsel laat een
laag achter die het droogproces nadelig beïnvloedt..
– Wasverzachter bij het wassen van de te drogen volgens opgave van de fabrikant doseren.
– Voor voorgedroogd, gevoelig textiel met meer lagen of voor losse kleine stukken het
tijdprogramma gebruiken. Ook geschikt om na te drogen.
Milieubescherming / besparingstips
– Vóór het drogen het wasgoed in de wasmachine grondig centrifugeren a hoe hoger het
centrifugetoerental des te korter de droogtijd en des te lager het energieverbruik. Ook
kreukherstellend wasgoed centrifugeren.
– Maximaal aanbevolen vulgewicht benutten, maar niet overschrijden
a Programma-overzicht blz. 7.
– Tijdens het drogen de ruimte goed ventileren.
– Pluizenfilter na elke droogcyclus reinigen
a blz. 4
– Luchtinlaat niet afsluiten of dichtplakken.
Onderhoud en reiniging
Drogerbehuizing, Bedieningspaneel, Luchtinlaat, Vochtigheidssensor
– Met een zachte, vochtige doek afnemen.
– Geen agressieve reinigings-/oplosmiddelen gebruiken.
– Resten wasmiddel en reinigingsmiddel direct verwijderen.
Afvoerleiding
Afvoerleiding controleren. Afvoerleiding elke 6 maanden reinigen. Afvoerleiding niet
knikken.
1. Droger uitschakelen en laten afkoelen.
2. Stekker uit stopcontact halen.
3. Afvoerleiding demonteren.
4. Afvoerleiding reinigen.
5. Afvoerleiding monteren a Installatiehandleiding voor afvoerleiding.
Vochtigheidssensor
De droger is uitgerust met vochtigheidssensoren van roestvaststaal.
Vochtigheidssensoren meten de vochtigheidsgraad van het wasgoed.
Na een langere bedrijfstijd kan zich op de vochtigheidssensoren een
kalklaag vormen.
1. Deur openen.
2. Vochtigheidssensoren met een vochtig gemaakte spons met ruw
oppervlak reinigen.
Geen staalvol of schuurmiddel gebruiken!
ʋ '
ʋ
ʋ
a a
Ç
a
ʋ
Alleen in uitgeschakelde toestand!