56
DCR-DVD92E/DVD202E/DVD203E/DVD403E/DVD602E/DVD653E/DVD703E/
DVD803E 2-587-623-52(1)
De standaardinstellingen zijn
aangeduid met
.
De aanduidingen tussen haakjes worden
weergegeven als de items zijn geselecteerd.
Zie pagina 52 voor meer informatie
over het selecteren van Setup-items.
BELICHT.PROG
U kunt beelden op efficiënte wijze
opnemen in verschillende omstandigheden
met de functie BELICHT.PROG.
AUTO
Selecteer deze optie om beelden
automatisch op te nemen zonder
de functie [BELICHT.PROG].
SPOTLIGHT
*
( )
Selecteer deze optie om te voorkomen
dat gezichten er bleek uitzien bij
felle belichting.
PORTRET (portretprogramma) ( )
Selecteer deze optie om het onderwerp,
zoals personen of bloemen, naar
voren te halen en een zachte, diffuse
achtergrond te maken.
SPORT
*
(Sportprogramma) ( )
Selecteer deze optie om trillingen
te beperken wanneer u snelbewegende
onderwerpen opneemt.
STRAND&SKI
*
( )
Selecteer deze optie om te voorkomen
dat gezichten er te donker uitzien onder
fel of gereflecteerd licht, zoals op het
strand in de zomer of op de wintersport
in de sneeuw.
ZONSON MAAN
**
( )
Selecteer deze optie om de sfeer van
bepaalde situaties, zoals een zonsopgang,
een donkere nacht of vuurwerk,
vast te leggen.
LANDSCHAP
**
( )
Selecteer deze optie om onderwerpen
op afstand duidelijk op te nemen. Met
deze instelling voorkomt u dat de camera
scherpstelt op het glas of de tralies voor
de ramen die zich tussen de camcorder
en het onderwerp bevinden.
• Items met één sterretje (*) kunnen worden
aangepast zodat niet wordt scherpgesteld
op onderwerpen die dichtbij zijn.
Items met twee sterretjes (**) kunnen
worden aangepast om scherp te stellen
op onderwerpen die verweg zijn.
• De instelling [AUTO] wordt hersteld
wanneer u de stroombron langer dan
5 minuten loskoppelt van de camcorder.
SPOTMETER (flexibele spotmeter)
U kunt de belichting van een onderwerp
aanpassen en vastleggen, zodat het
onderwerp wordt opgenomen met de
meest geschikte helderheid, zelfs als er een
scherp contrast is tussen het onderwerp
en de achtergrond, zoals bij personen die in
de spotlight op het toneel staan.
CAMERA INST.
Instellingen waarmee u de
camcorder kunt aanpassen aan de
opnameomstandigheden
(BELICHTING/WITBALANS/
STEADYSHOT, enz.)