88
Voeding
Sluit de stroomvoorziening (voeding) alleen aan op de daarvoor
bestemde stroombronnen zoals aangegeven op de mobiele telefoon.
Plaats het snoer zo, dat er geen druk op wordt uitgeoefend en dat het
niet kan beschadigen. Koppel de eenheid los van de voeding voordat
u deze reinigt om de kans op elektrische schokken te verkleinen.
Gebruik de oplader niet buiten of in vochtige ruimten. Breng geen
wijzigingen aan in het snoer of de stekker. Laat een passend
stopcontact installeren door een erkend elektricien wanneer
de stekker niet in het stopcontact past.
Alarmnummers
Mobiele telefoons werken door middel van radiosignalen, waardoor
u niet onder alle omstandigheden zeker kunt zijn van een verbinding.
Daarom moet u voor essentiële communicatie (bijvoorbeeld medische
hulp in noodgevallen) nooit uitsluitend op een mobiele telefoon
vertrouwen.
Het kan zijn dat noodoproepen bij een aantal cellulaire netwerken
of bij gebruik van bepaalde netwerkservices en/of mobiele
telefoonfuncties niet mogelijk zijn. Voor meer informatie kunt u terecht
bij uw plaatselijke serviceprovider.
Gebruik en onderhoud van de batterij
U wordt geadviseerd de batterij volledig op te laden voordat u deze
voor het eerst gaat gebruiken. De batterij kan alleen worden
opgeladen bij een temperatuur tussen de +5 °C en +45 °C.
Een nieuwe batterij, of een batterij die lang niet is gebruikt, heeft
de eerste paar keer dat deze wordt gebruikt minder vermogen.
De spreek- en stand-bytijd hangen af van de daadwerkelijke
zendomstandigheden op het moment dat u de mobiele telefoon
gebruikt. Als de mobiele telefoon dichtbij een basisstation wordt
gebruikt, is minder energie nodig en wordt de spreek- en stand-bytijd
verlengd.
This is the Internet version of the user’s guide © Print only for private use.