Let op: mocht u enkele druppels (of andere tekenen van condens) op of
rond het apparaat waarnemen, is dit gecondenseerd water afkomstig van
de luchtbevochtiger. Dit betekent dat de lucht niet langer in staat is om het
vocht van de luchtbevochtiger te absorberen. Activeer de automatische mo-
dus met een gewenste luchtvochtigheid van 45 %. De waterdruppels zouden
nu niet meer moeten vermeerderen.
Reiniging
Vóór willekeurig onderhoud of reiniging en na elk gebruik, schakel het appa-
raat uit en haal de netkabel (1) uit het stopcontact.
Let op: het apparaat nooit in water onderdompelen (kortsluitingsgevaar).
Als voorverwarming wordt ingeschakeld (de led Warme modus is ingescha-
keld (13)), wordt het water in het apparaat verwarmd: het water in de wa-
terlade (9) en de verwarmingsplaat (17) worden heet. Raak het water en de
verwarmingsplaat niet aan!
• De buitenkant met een vochtige doek schoonwrijven en daarna goed
drogen.
• Voer minimaal één keer per maand de reinigingsmodus uit. Het ap-
paraat moet gedurende ten minste 15 minuten zijn uitgeschakeld voordat
u het apparaat aan de binnenkant gaat reinigen! Verwijder vervolgens de
watertank (6), de nevelkamer (23), de afdekking (18), de Silver Cube (24)
en de aromacontainer (20). Vul een dop met 200 ml leidingwater, gemengd
met een ontkalkingsmiddel (verhouding volgens de instructies van de fa-
brikant). Giet de vloeistof zorgvuldig in de waterlade (9) door deze direct
boven de waterlade te houden (zie pagina 5). Giet de vloeistof voorzichtig
in de lade! Let op dat er geen vloeistof in de luchtuitlaat (26) komt. Hier-
door kan het apparaat beschadigd raken en vervallen alle aanspraken op
garantie.
• Om de reinigingsmodus te starten, moet de voedingskabel zijn aange-
sloten op een stopcontact. Druk gedurende 5 seconden de knop Night
Mode (Nachtmodus) aan de onderzijde van de rechterhoek in om de reini-
gingsmodus te activeren. Nu gaat de indicator voor het waterpeil (16) op
het apparaat rood knipperen. De reinigingsmodus draait gedurende ca. 5
minuten en schakelt automatisch uit (de indicator voor het waterpeil stopt
met knipperen).
• Controleer in de waterlade (9) of de kalk op het ultrasone membraan (19)
en de verwarmingsplaat (17) is opgelost. Attentie: het water en de ver-
warmingsplaat zijn heet, risico op verbranding!
• Als er kalkresten achterblijven, kunnen het ultrasone membraan (19) en
de verwarmingsplaat (17) worden gereinigd met een reinigingsborstel (25)
(voor- en achterzijde). Schraap het kalk er niet af met een scherp voor-
werp.
• Voor ernstige kalkafzetting adviseren wij om het apparaat meerdere ke-
ren achter elkaar te reinigen met behulp van de reinigingsmodus (21). Laat
het ontkalkingsmiddel in de waterlade gedurende max. 20 minuten en giet
deze na afloop weg zoals hieronder beschreven.
• Belangrijk: giet het ontkalkingsmiddel via de linkervoorzijde uit het ap-
paraat (zie de pijl op het apparaat). Er mag geen water in de luchtuitlaat
(26) terechtkomen. Hierdoor kan er schade aan het apparaat optreden en
vervallen alle aanspraken op garantie.
• Om te spoelen, vult u de dop met 200 ml leidingwater en giet u de vloeistof