25
Storing Oorzaak Oplossing
Zonder spanning ■ Zekering defect, niet inge-
schakeld
■ Kortsluiting
■ Nieuwe zekering, netscha-
kelaar inschakelen, kabel
controleren met span-
ningstester
■ Aansluitingen controleren
Schakelt niet in ■ Bij daglicht, instelling van
de schemerschakelaar
staat op nachtstand
■ Gloeilamp defect
■ Netschakelaar UIT
■ Zekering defect
■ Registratiebereik niet
gericht ingesteld
■ Opnieuw instellen
■ Gloeilampen vervangen
■ Inschakelen
■ Nieuwe zekering, evt.
aansluiting controleren
■ Opnieuw afstellen
Schakelt niet uit ■ Permanente beweging in
het registratiebereik
■ Aangesloten lamp bevindt
zich in het registratiebereik
en schakelt door tempera-
tuurverandering
■ Bereik controleren en
evt. opnieuw instellen
resp. afdekken
■ Bereik veranderen resp.
afdekken
Schakelt steeds AAN/UIT ■ Aangesloten lamp bevindt
zich binnen het registratie-
bereik
■ Binnen het registratiebereik
houden zich bewegende
dieren op
■ Bereik veranderen
resp. afdekken,
afstand vergroten
■ Bereik veranderen
resp. afdekken
Schakelt ongewenst aan ■ Wind beweegt bomen en
struiken in het registratie-
bereik
■ Registratie van auto's op
straat
■ Plotselinge verandering van
temperatuur door het weer
(wind, regen, sneeuw) of
afvoerlucht van ventilatoren,
open ramen
■ Bereik veranderen
resp. afdekken
■ Bereik veranderen
resp. afdekken
■ Bereik veranderen,
andere montageplek
kiezen
LED knippert snel ■ Overbelastingsbeveiliging
geactiveerd
■ Apparaat uitschakelen
en na afkoelingsfase weer
inschakelen
Storingen
24
Sensormodus
1) Licht inschakelen (indien lamp UIT):
Schakelaar 1 x UIT en AAN.
De lamp blijft gedurende de ingestelde tijd aan.
2) Licht uitschakelen (indien lamp AAN):
Schakelaar 1 x UIT en AAN.
De lamp gaat uit resp. schakelt over op
sensormodus.
Permanente verlichting
Permanente verlichting
1) Permanente verlichting inschakelen:
Schakelaar 2 x UIT en AAN. De lamp wordt
4 uur lang op permanente verlichting gezet
(rode LED achter de lens is aan). Vervolgens
schakelt de lamp automatisch weer over op
sensormodus (rode LED uit).
2) Permanente verlichting uitschakelen:
Schakelaar 1 x UIT en AAN. De lamp gaat
uit resp. schakelt over op sensormodus.
Als er een netschakelaar in de kabel gemon-
teerd wordt, zijn naast het eenvoudige in- en
uitschakelen ook de volgende functies mogelijk:
Belangrijk: Het meermalig indrukken van de
schakelaar dient snel na elkaar te gebeuren.
Technische gegevens
Afmetingen (H x Ø): 82 x 51 mm
Vermogen: max. 1000 W (gloeilampen)*
max. 5 AX (TL-lampen)*
Schakelvermogen: 50 – 240 V~ / 5 A
Stroomtoevoer: 230 – 240 V, 50 Hz
Registratiehoek: 360° met 180° openingshoek
Reikwijdte: max. 8 m rondom
Sensor: 10 registratiebereiken, 720 schakelzones
Tijdsinstelling: 5 sec. – 20 min.
Schemerinstelling: 2 – 2000 lux
Permanente verlichting: instelbaar 4 uur
Bescherming (boven/onder): IP 20
Temperatuurbereik: -20 °C tot +50 °C
* VDE-getest
Reikwijdte-instelling/afstelling
Bij een montagehoogte van 2,5 m bedraagt de
maximale reikwijdte van de sensor 8 m. Afhan-
kelijk van de behoefte kan het registratiebereik
optimaal worden ingesteld. Het meegeleverde
afdekplaatje dient voor het afdekken van een
willekeurig aantal lenssegmenten resp. voor
het individueel verkorten van de reikwijdte.
Op deze manier worden foutieve schakelingen
door bijv. auto's, voetgangers etc. uitgesloten
of risicoplekken doelgericht bewaakt. Het
afdekplaatje kan langs de inkepingen verticaal
en horizontaal worden afgebroken of doorge-
knipt. Daarna wordt het eenvoudig op de
sensorlens gestoken.
NL