13
Nederlands
2. v
2.1
De toestellen zijn niet geschikt voor
ruimten met brand- of explosiegevaar
door chemicaliën,
In werkplaatsen of o
uitlaatgassen en een olie- en benzinelucht
etc.
middelen en chemicaliën gew
kan er gedurende langer
en ver
Zie ook 1.3 V !
• Het toestel mag alleen aangebracht worden
aan een ver
temperaturen tot ten minste 80 °C
• De minim
objecten dienen aangehouden te worden.
• Alle elektrische aansluit- en installatie-
werkzaamheden dienen volgens de
bepalingen (0100),
het desbetreffende energiebedr
de ov
voorschr
• Het toestel mag niet direct onder een
wandcontactdoos opstellen of aangebracht
worden.
• Het toestel dient z
sche aanpassing aan de specifiek
hoefte mogelijk is.
V
Indien het toestel als vorstbeveiliger gebr
moet worden,
stelknop tegen de wijzers van de klok in ge-
draaid te worden tot de eindaanslag
en dient
één van beide schakelaar
de verwarmingscapaciteit ingeschakeld te zijn.
De thermostaat schakelt de verwarming au-
tomatisch in als de kamer
7 °C daalt.
Bij de CS 20 L kan voor alle instellingen
m.b.v3 ) de ventilator
bijgeschak
V
dienen alle schakelaar
en dient de stekker uit de wandcontactdoos
te worden v
aansluitkabel uit de wandcontactdoos trekken).
1.3 V
Het toestel mag niet
– in ruimten gebruikt wor
van chemicaliën,
vuur
– in de onmiddellijk
of reservoirs gebruikt w
brandbare of explosiege
voer
– gebruikt wor
afstanden tot aangrenzende objecten niet
in acht wor
• Het toestel mag in geen geval gebruikt
worden als er in de opstellingruimte wer
zaamheden zoals het leggen,
reinigen met benzine en het onderhouden
(met spray
lijke uitgevoerd w
• De behuizing van het toestel en de uitge-
blaz
85 °C).Het bestaat ge
Kleinkinderen z
afhouden!
• Es mogen geen v
den op of tegen het toestel of tussen het
verwarmingstoestel en de wand (b.v
was te drogen).
Ook mogen er in de directe nabijheid van
het toestel geen brandbare
bare of warmte-isolerende voorwerpen
of materialen zoals wasgoed,
schriften,
bussen en dergelijke neer
Brandge
• T
mag het verwarmingstoestel nooit worden
afgedekt.
•
A
meubels,
ov
len dienen de volgende minimale afstanden
tot het toestel,
laatrooster
de voorkant van het luchtuitlaatrooster
⇒ 500
de bov
ov
a
<200 mm ⇒ 250
ov
a
>200 mm ⇒ 500
de zijkanten van het toestel ⇒ 100
de achterwand van het toestel ⇒ 20
De warme lucht moet ongehinder
kunnen uitstromen!
• Laat geen v
stelopeningen vallen,
halskettingen).
ten en/of brand veroorzaken.
• Het toestel mag niet als opstapje w
gebr
• Er mogen geen wijzigingen aan het toestel
worden aangebracht.
• Laat het toestel nooit z
werking.
tische inschakeling door voorgeschakelde
componenten (bijv
gelaar
• W
toestel in de buur
met een beperGevaar voor
letsel!
• W
beschadigd,
er sprake is van een stor
niet in bedrijf worden genomen.
1.4 Onderhoud
Vóór de reiniging of het onderhoud dient u
de stekk
verwijder
Mochten er op de kap van het toestel licht-
br
snel mogelijk met een vochtige doek v
derd worden.
Het toestel dient in koude toestand met een
gebr
te worden.
Gebr
gingsmiddelen.
Er mag geen vocht in het toestel binnendringen.
Geen reinigingsspray in de luchtspleten sproeien.
Het toestel dient eerst volledig dr
alvor
wor
genomen!
Het toestel mag uitsluitend in droge toestand
worden opgeslagen of getranspor
scherm het toestel tegen stof,
beschadigingen.
teerd,
bereikbaar is.
• Let op het typeplaatje van het toestel! De
aangegeven spanning moet o
met de netspanning.
• Alleen de installateur mag het netaansluit
ver
derdelen.
2.2 Montag
2.2.1 Montag
B
V7) inclusief bevestigings
zijn als accessoires met het toestel meegeleverd.
De voetstukken met de geleidepennen – van
verschillende dikte – onder in de zijwaar
delen steken en vastschroeven.
voetstuk (7a ) dient erop gelet te w
het netaansluitsnoer door de inkeping in het
voetstuk w
2.2.2 W
C
(alleen mogelijk zonder v
Het toestel dient als volgt bev
De meegeleverde ophangstrippen ( 8)
ver
Gebr
(schroeven,
het betreffende type wand.
Minimale afstand tot de vloer in de gaten
houden.
de achterwand in de ophangstrippen hangen.
Plaatje (aan de bo
hangstrippen) met een schroevendr
met de wijzers van de klok mee in het
toestel draaien – het toestel is tegen onbe-
doeld wegnemen bev
2.3 Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting kan alleen op wissel-
stroom 230
V
van ten minste 10 cm van de zijkant van
het verwarmingstoestel een veiligheidswand-
contactdoos of een toestelcontactdoos voor
een vaste aansluiting geïnstalleerd te worden.
2.4 Over
Leg aan de gebr
Maak hem vooral attent op de veiligheids-
voorschr
installatieaanwijzing aan de gebr
