NEDERLANDS
NL NL
+15°C). De accu moet minimaal één keer per winterseizoen
worden opgeladen.
Vóór het begin van het seizoen de accu nogmaals 24 uur
opladen.
KOPPELINGSKABEL AFSTELLEN (*)
Wanneer de overbrenging niet is ingekoppeld wanneer de
koppelingsbeugel tegen het stuur wordt geknepen, of wan-
neer de maaier als traag of langzaam wordt ervaren, kan de
oorzaak zijn dat de koppeling in de transmissie slipt. Om dit
te herstellen, stelt u de koppelingskabel als volgt af (bij stil-
staande motor):
1. Wanneer de koppelingsbeugel is losgelaten moet de
machine zonder weerstand naar achteren geduwd kun-
nen worden. Als dat niet het geval is, schroef dan stel-
nippel T in totdat de machine kan rollen (afb. 19).
2. Als de koppelingsbeugel ong. 2 cm (stand 1) wordt inge-
drukt, moet er weerstand zijn als de grasmaaier vooruit
wordt geduwd. Met de beugel geheel ingedrukt (stand 2)
zou rollen niet moeten gaan. Schroef de stelnippel T
helemaal uit tot deze stand is bereikt.
KABEL TOERENREGELAAR AFSTELLEN (*)
Als het verschil tussen de instellingen in de toerenregelaar
met de hoogste snelheid (stand 3 en ) niet groot is of
als er geen verschil is, moet de toerenregelaar misschien
strakker worden afgesteld (afb. 10).
1. Laat de grasmaaier enkele minuten in stand lopen .
2. Als de toerenregelaarkabel speling laat zien in nippel Y
moet deze strakker gezet worden. Draai de moer X los en
zet de kabel strakker door de nippel Y los te draaien tot-
dat de kabel geen speling meer heeft.
3. Draai moer X weer aan.
N.B.! Zet de kabel niet strakker voorbij het punt waar de nip-
pel Y geen speling meer heeft. Als de kabel te strak wordt
afgesteld kan de aandrijfriem knappen of kunnen andere
onderdelen van de transmissie beschadigd raken. Bij afstel-
len na bijv. verwisseling van de riem, altijd starten met nip-
pel Y volledig aangedraaid.
SCHOKDEMPER
Controleer de schokdemper en isolatiekousen (afb. 20) twee
keer per seizoen. Vervang deze onderdelen bij gevaar of slij-
tage.
VERWISSELEN VAN DE MESSEN
Maak de schroef los om het mes te vervangen (afb. 21, 22).
Monteer het nieuwe mes zo dat het gestanste STIGA-logo
naar boven naar de mesbevestiging gericht is (niet naar het
gras). Monteer opnieuw zoals aangeven op de afbeelding.
Draai de schroef stevig vast. Aanhaalmoment 40 Nm.
Bij het vervangen van een mes moet ook de mesbout wor-
den vervangen.
Iedere ingreep aan het mes kan het beste steeds door een
gespecialiseerd centrum uitgevoerd worden, dat over
geschikt gereedschap beschikt.
Deze machine is voorzien voor het gebruik van messen met
de code:
81004131/0 (voor model 454 - afb. 21)
81004132/0 (voor model 454 - afb. 22)
81004143/0 (voor model 504 - afb. 21)
81004135/0 (voor model 504 - afb. 22)
81004144/0 (voor model 554 - afb. 21)
81004134/0 (voor model 554 - afb. 22)
De messen moeten altijd het keurmerk hebben. Gezien
de ontwikkeling van het product, kunnen de boven vermel-
de messen in de loop van de tijd vervangen worden door
andere, met soortgelijke eigenschappen voor wat betreft
verwisselbaarheid en functionele veiligheid.
OPBERGEN
Dezelfde benzine mag niet meer dan één maand in de tank
blijven.
Maak de grasmaaier goed schoon en zet hem binnen op een
droge plaats.
ONDERHOUD
Originele reserveonderdelen worden geleverd door service-
werkplaatsen en een groot aantal dealers.
We raden u aan de machine één keer per jaar naar een
erkende servicewerkplaats te brengen voor service, onder-
houd en controle van de veiligheidsvoorzieningen.
Voor service en reserveonderdelen moet u zich wenden tot
de winkel waar u de machine gekocht heeft.
48