44
Instellingen: deuropener
De deuropener kan met elk telefoontoestel van de telefooncentrale worden bediend, wanneer de
deurspreekmodule geplaatst is. Deze bevoegdheid kan voor elk toestel afzonderlijk worden in-
of uitgeschakeld.
Deuropener-bevoegdheid in- of uitschakelen
1. Hoorn van toestel 1 opnemen.
2. Programmeercode 19999 kiezen.
3. Code voor de gewenste stand van
de deuropener kiezen uit onder-
staande tabel, bijv. 403, om de
deuropener voor toestel 3 uit te
schakelen.
4. Hoorn terugleggen op het toestel.
U hoort de kiestoon van de telefooncentra-
le.
U hoort een bevestigingstoon.
U hoort een bevestigingstoon. Toestel 3 is
niet langer bevoegd de deur te openen.
Als de deuropen code 6 wordt gekozen,
wordt de deuropener niet geactiveerd. U
hoort nu een bezettoon.
Het programmeren is nu gereed.
Toestel 1 2 3 4 5 6 7 8 alle
Deuropener-bevoegdheid Aan 491 492 493 494 495 496 497 498 490
Deuropener-bevoegdheid Uit 401 402 403 404 405 406 407 408 400