24
Tijd waarna de lichtkrant verschijnt
U kunt bepalen na hoeveel seconden een bepaalde lichtkrant in het display verschijnt.
De volgende opties kunt u programmeren:
1) Tijd waarna de lichtkrant aanspringt in sleutelstand L (** DEZE KASSA IS GESLOTEN **)
2) Tijd waarna de lichtkrant aanspringt in sleutelstand X,Z of P (** WACHTEN AUB **)
3) Tijd waarna de lichtkrant aanspringt in sleutelstand R (** WACHT OP UW BON AUB **)
4) Tijd waarna de lichtkrant aanspringt in sleutelstand R (** GOEDENMORGEN en GOEDENMIDDAG **)
5) Tijd waarna de klok verschijnt in sleutelstand R (** verschijnt op onderste regel in het display **)
6) Bepaalt of er twee lichtkranten achter elkaar verschijnen (** GOEDENMORGEN en GOEDENMIDDAG **)
7) Snelheid van het scrollen
Voor alle opties geldt dat de sleutel in de stand P moet staan.
Na het programmeren van de optie kunt u de sleutel terugdraaien naar de stand R.
1) LICHTKRANT IN SLEUTELSTAND L:
• Toets in [1]
• Voer het aantal seconden in (** voer een waarde tussen de 01 en 99 in; 00 is uitschakelen **)
• Druk op [OP REK.]
2) LICHTKRANT IN SLEUTELSTAND X,Z OF P:
• Toets in [2]
• Voer het aantal seconden in (** voer een waarde tussen de 01 en 99 in; 00 is uitschakelen **)
• Druk op [OP REK.]
3) LICHTKRANT IN SLEUTELSTAND R:
• Toets in [3]
• Voer het aantal seconden in (** voer een waarde tussen de 01 en 99 in; 00 is uitschakelen **)
• Druk op [OP REK.]
4) LICHTKRANT IN SLEUTELSTAND R:
• Toets in [4]
• Voer het aantal seconden in (** voer een waarde tussen de 01 en 99 in; 00 is uitschakelen **)
• Druk op [OP REK.]
5) KLOK IN SLEUTELSTAND R:
• Toets in [5][0]
• Voer het aantal seconden in (** voer een waarde tussen de 1 en 9 in; 0 is uitschakelen **)
• Druk op [OP REK.]
6) LICHTKRANTEN ACHTER ELKAAR:
Normaal gesproken verschijnt ‘s morgen Lichtkrant #4 (GOEDENMORGEN) en verschijnt ‘s middags Lichtkrant #5
(GOEDENMIDDAG). U kunt ook een andere tekst invoeren en beide teksten achter elkaar laten verschijnen.
Hierdoor ontstaat er een langere lichtkrant.
• Toets in [6][0]
• Voer de waarde [0] of [1] in (** [0] betekent niet afwisselen; [1] betekent wel afwisselen **)
• Druk op [OP REK.]
7) SNELHEID VAN HET SCROLLEN:
• Toets in [7][0]
• Voer een waarde tussen de [0] en [7] in (** 0=heel snel, 7=heel langzaam **)
• Druk op [OP REK.]
