1-4. Verstelbare onderdelen (stoelen, spiegels, stuurwiel)
Controleer voordat u wegrijdt eerst of alle inzittenden de veiligheids-
gordel dragen.
■ Juist gebruik van de veiligheidsgordels
● Trek het schoudergedeelte
zo ver naar buiten dat de
gordel goed tegen de
schouder aan ligt en niet
van de schouder af glijdt of
tegen de nek aan ligt.
● Plaats het heupgedeelte
van de gordel zo laag
mogelijk over de heupen.
● Stel de rugleuning af. Ga zo
rechtop mogelijk in de stoel
zitten met uw rug stevig
tegen de leuning.
● Zorg ervoor dat de veilig-
heidsgordel niet gedraaid
zit.
■ Vast- en losmaken van de veiligheidsgordel (behalve mid-
delste stoel tweede zitrij)
Om de veiligheidsgordel
vast te maken, duwt u de
gesp in de gordelsluiting tot-
dat u een klik hoort.
De gordel kan worden los-
gemaakt door de ontgren-
delknop in te drukken.