13
GB
13
NL
Wanneer de accu niet normaal laadt:
• Controleer de spanning van het stopcontact door het aansluiten van bijvoorbeeld een lamp
• Wanneer het probleem aanhoudt, laat u de machine, de accu en de oplader door een
elektricien of technici nakijken
Het opladen van de accu
1. Druk de accu verlosschakel (7) in en haal de accu (9) van de schroefmachine
2. Plaats de accu in de T20 oplader (11). Deze horen soepel samen te klikken
3. Het groene lampje brand mogelijk om zo het laadniveau weer te geven. Tijdens het opladen
brand het rode lampje en dooft het groene lampje.
4. Wanneer de accu volledig is opgeladen dooft het rode lampje en brand het groene lampje
5. De oplader neemt het laadniveau van de accu constant waar
6. Wanneer de accu is opgeladen haalt u deze onmiddellijk van de oplader
7. Ontkoppel de oplader van de stroombron en berg deze op een schone en droge plek, buiten
het bereik van kinderen op
• De normale oplaadtijd van een recent volledig opgeladen 4 Ah accu op normale
temperatuur is ongeveer 80 minuten. Oplaadtijden verschillen. 2,0 Ah accu: De volledige
laadtijd van deze accu bedraagt ongeveer 40 min.
• Het is niet nodig de accu volledig te ontladen voordat deze opgeladen kan worden. Een
volle accu hoort niet verder geladen te worden
• Het laden van de accu kan op elk moment onderbroken worden. Aan het eind van de
laadcyclus laadt de accu minder snel op. Een 80% laadniveau wordt in ongeveer 60
minuten bereikt voor een 4 Ah accu en in 30 minuten voor een 2 Ah accu
Accu laadtabel
Rood LED Groen LED
Oplader is ingeplugd Uit Knippert
Oplader evalueert de accu Uit Knippert
Snelle lading Aan Uit
Erg laag accuniveau Langzame lading Knippert Uit
Abnormale accu temperatuur Knippert Uit
Volledig opgeladen Uit Aan
Accu of oplader foutief Knippert Knippert
Tijdelijk abnormale temperatuur Aan Aan
LET OP: Wanneer de lichtjes op de oplader (11) onjuist functioneren als hierboven beschreven:
• Controleer of de accu juist in de oplader is geplaa tst
• Controleer of alle aansluiten zijn ingeschakeld
Aanvankelijk opladen
• De aanvankelijke oplaadtijd varieert afhankelijk van het laadniveau van de accu. Laad de
accu volledig op
• Voor de eerste 4-5 ontlaadt u de accu volledig voordat u deze oplaadt. Dit maximaliseert
de accuprestatie
• Opvolgende ladingen duren ongeveer 80 minuten (T20HCB: 4,0 Ah accu). De accu kan
opgeladen worden wanneer deze gedeeltelijk vol is
Het herladen van de accu
• Een Li-ion accu heeft na gebruik tijd nodig om af te koelen voordat deze opgeladen
kan worden
• Wanneer een hete accu op de oplader geplaatst wordt zal het groene lichtje branden.
Wanneer de accu is afgekoeld, begint de oplader met het laden van de accu (dit kan
enkele minuten duren)
Accu gebruiksduur
• De gebruiksduur van de accu na elke laadcyclus hangt af van de werklast. De accu
is ontworpen voor het geven van maximale, probleemloze levensduur . De oplader
houdt de accustaat constant in de gaten en selecteert de optimale ladingssnelheid. De
oplader beschermt de accu tegen overlading. Zoals elke andere accu zal ook deze accu
uiteindelijk verslijten
Het maximaliseren van de levensduur
• Laad en berg uw accu in een koele ruimte op. T emperaturen boven of onder normale
kamertemperatuur reduceert de levensduur van de accu
• Berg de Li-ion accu nooit op wanneer deze volledig ontladen is. Laad accu’s wanneer
volledig ontladen gelijk weer op
• Alle accu’s verliezen geleidelijk hun lading. Hoe hoger de opberg temperatuur des
te sneller ontladen accu’ s. Wanneer uw schroef voor langere tijd opgeborgen wordt
zonder gebruikt te worden, hoort u de accu elke 3-4 maanden op te laden. Zo wordt de
levensduur van de accu verlengd
Het bevestigen van een boor of schroef bit
WAARSCHUWING: Bevestig geen boren en schroef bits met een maximale snelheid lager dan
die van de machine
1. Draai de sleutelloze boorhouder (1) rechtsom en plaats een boor of schroefbit
2. Draai de boorhouder linksom om het bit te vergrendelen.
LET OP: Schakel de machine tijdens het vergrendelen of ontgrendelen van bits NIET in.
Vergrendel de rotatierichting schakelaar (5) in de middenpositie
3. Wanneer het bit in de houder vergrendeld is controleert u of het gecentreerd in de
boorhouder zit door de machine in te schakelen. Het bit hoort soepel te roteren. Wanneer het
bit niet centraal in de houder zit herpositioneert u het bit
Rotatierichting
• De rota tierichting kan geselecteerd worden met behulp van de
rotatierichting schakelaar (5)
• Om de boorhouder p rechtsom te la ten roteren, drukt u de schakelaar naar links
• Om de boorhouder linksom te la ten roteren, drukt u de schakelaar naar rechts
• Wanneer de schakelaar in de middenstand staat is de boor vergrendeld
WAARSCHUWING: Probeer de schakelaar niet te verplaatsen wanneer de boorhouder roteert
Snelheidscontrole
• De versnellingsbak van de boormachine heeft twee standen:
- Eerste versnelling: 0 – 450 min-1
-T weede versnelling: 0 – 1600 min-1
• Gebruik de snelheidsregelaar (4) om de versnelling te selecteren. Naar voren voor het de
eerste versnelling en naar achteren voor de tweede versnelling
LET OP: De eerste versnelling wordt gebruikt voor het indrijven van schroeven met een hoge
koppel. De tweede versnelling wordt gebruikt voor boren
Koppelcontrole
• De machine is voorzien van een koppelcontrole. Deze limiteert de koppel uitgang van de
machine om beschadiging bij de ingang van schroeven te voorkomen
• Er zijn 16 koppelstanden en één boorstand. Hoe lager het cijfer des te lager de koppel
• Om de koppel aan te passen draait u aan de koppel verstelkraa g (2) tot het juiste cijfer
door de pijl op de behuizing van de machine wordt aangewezen
• Controleer of de koppelinstelling juist is door deze op een stuk afvalma teriaal te testen
Stand selectie
• Voor boorwerkzaamheden selecteert u de juiste versnelling en draait u de stand
verstelkraag (3) naar het boor symbool . Dit vergrendelt de machine voor maximale
koppel
• Voor schroefwerkzaamheden selecteert u de juiste versnelling en draait u de stand
verstelkraag naar het schroef symbool . Dit activeert de koppeling
• Voor het boren in beton selecteert u de juiste versnelling en draait u de stand verstelkraag
naar het hamer symbool . Dit vergrendelt de machine voor maximale koppel en
activeert de hamerfunctie
WAARSCHUWING: De boormachine kan voorzien worden van een aandrijfadapter voor het
indrijven van bouten en moeren. Met de aandrijfadapter bevestigt, gebruikt u de machine NIET
in de boorstand. Gebruik de 16 koppelstanden zodat de machine beschermd wordt tegen
overbelasting. Het gebruik van een moersleutel voor het aan- of losdraaien van de bout/moer
is aanbevolen.
Gebruik
WAARSCHUWING: Het dragen van de juiste beschermende uitrusting, waaronder
oogbescherming, een stofmasker en gehoorbescherming, is verplicht
Het in- en uitschakelen van de machine
• Om de machine te starten knijpt u de trekker schakelaar (6) in. Het LED werklicht (10)
zal branden
• Door de druk op de schakelaar te vergroten, verhoogt u de rotatiesnelheid
• Laa t de trekker schakelaar los om de machine te stoppen
LET OP: T ijdens zwaar gebruik van de machine springt de thermische beveiliging mogelijk in,
waardoor de machine automatisch uitschakelt. De machine kan mogelijk voor korte periode
niet meer gebruikt worden. Dit duidt niet op een foutieve machine
Boor geleiding
• Gebruik scherpe boor bits en zorg er voor dat de bits geschikt zijn voor het te boren
materiaal
• De weergegeven maximale boorca paciteit in de specificaties mag niet overschreden
worden
100901_Z1MANPRO1.indd 13 11/07/2016 14:39