25
beschadiging. Als de aansluitkabel of andere
delen beschadigd zijn, stuur het apparaat of
de aansluitkabel dan a.u.b. ter controle en
reparatie naar onze klantenservice (voor het
adres zie de garantiebepalingen). Ondeskun-
dige reparaties kunnen ernstige gevaren voor
de gebruiker veroorzaken en hebben uitslui-
ting van de garantie tot gevolg.
11. Als de aansluitkabel van dit apparaat
beschadigd wordt, moet deze door de fab-
rikant, de klantenservice of door een gekwa-
lificeerde persoon vervangen worden, om
gevaar te vermijden.
12. Om schade te vermijden, mag het apparaat
niet met toebehoren van andere fabrikanten
of andere merken worden gebruikt.
13. Trek de netstekker uit het stopcontact nadat
u het apparaat heeft gebruikt en voordat u
het gaat reinigen. Laat het apparaat nooit
zonder toezicht achter, als de netstekker in
het stopcontact steekt.
14. Wij stellen ons niet aansprakelijk voor
schade, die door een verkeerde bediening,
stroomuitval, vorstschade als gevolg van een
slechte warmte-isolatie is ontstaan of voor
schade als gevolg van het feit dat er een ver-
keerd verwarmingsvermogen voor de grootte
van de betreffende ruimte werd gekozen.
15. Het apparaat is uitsluitend geschikt voor
droge, gesloten ruimtes.
16. Gebruik het apparaat niet in een garage,
houten schuur of dergelijke ruimtes.
17. Zet het apparaat uitsluitend op een effen,
hittebestendige ondergrond neer.
18. Let op dat de aansluitkabel zodanig gelegd
wordt dat er niemand over kan struikelen.
19. Wikkel de aansluitkabel nooit om het
apparaat, om schade aan de kabel te vermi-
jden.
20. Trek de netstekker steeds direct aan de stek-
ker uit het stopcontact en trek nooit aan de
aansluitkabel, om schade aan de kabel te
vermijden.
21. Let op dat het gebruikte stopcontact gem-
akkelijk toegankelijk is, zodat de stekker bij
gevaar snel uit het stopcontact kan worden
getrokken.
22. Let op dat de aansluitkabel niet ingeklemd
wordt of langs een hoek wordt gelegd, om
schade aan de kabel te vermijden.
23. Maak zo mogelijk geen gebruik van een
verlengkabel. Als dit onvermijdelijk is, rol
de verlengkabel dan a.u.b. helemaal af en
neem de prestatiegrenzen van de betref-
fende kabel in acht.
24. Het apparaat is tijdens en ook na het gebruik
heel erg heet, let er daarom op dat de aans-
luitkabel niet in aanraking kan komen met
de hete delen van het apparaat.
25. Zet het apparaat nooit direct onder een stop-
contact neer.
26. Om veiligheidsredenen mag het apparaat
niet in de nabijheid van wasbakken, badkui-
pen, wateraansluitingen of vochtige ruimtes
resp. natte cellen (douche, WC, badkamer,
enz.) worden gebruikt.
27. Raak het apparaat nooit met natte of voch-
tige handen aan – levensgevaar door een
elektrische schok!
28. Het apparaat mag om veiligheidsredenen
niet voor de volgende doeleinden worden
gebruikt:
voor het ontdooien van bevroren voertu-
igruiten / het verwarmen van voertuigbin-
nenruimtes
bij het houden resp. fokken van dieren
commercieel gebruik
29. Houd voldoende veiligheidsafstand (mins-
tens 1 meter) tot andere voorwerpen, zoals
meubels, gordijnen enz. en zorg ervoor dat
de lucht ongehinderd in- en uit kan stromen.
30. Gebruik het apparaat niet om de was te dro-
gen – brandgevaar.
31. Verlaat het huis nooit, als het apparaat inge-
schakeld is. Laat het apparaat nooit zonder
toezicht aan staan.
32. Door de uittredende lucht kunnen verwon-
dingen ontstaan. Houd bv. kinderen daarom
absoluut uit de buurt van het apparaat.
33. Om te voorkomen dat het apparaat overver-
hit raakt, mogen alleen ruimtes worden ver-
warmd, die groter zijn dan 4 m².
34. Steek geen voorwerpen in de openingen van
het apparaat, er bestaat gevaar voor een
elektrische schok.
35. Gebruik geen licht ontvlambare stoffen of
bv. sprays in de nabijheid van het apparaat
– brandgevaar!
36. Berg het apparaat, als het niet gebruikt
wordt, uitsluitend in een gesloten, droge
binnenruimte op.
37. Let op dat zich geen stof in het apparaat ver-
zamelt en reinig het regelmatig.
