2
Veiligheidsoverwegingen
UWATEC
®
Smart dive computers
Alvorens u met de Smart duikt dient u deze handleiding zorgvuldig gelezen en begrepen te hebben.
Aan het duiken zijn bepaalde risico’s verbonden. Zelfs als u de aanwijzingen
in deze handleiding nauwkeurig opvolgt, loopt u kans op levensbedreigende
verwondingen als gevolg van decompressieziekte, zuurstofvergiftiging of een
ander risico inherent aan het duiken met perslucht of Nitrox. Als u zich niet
volledig bewust bent van deze risico’s of bereid bent om deze gevaren te
accepteren, dient u niet met de Smart te duiken!
Richtlijnen voor het gebruik van de Smart:
De volgende richtlijnen voor het gebruik van de Smart zijn afgeleid van de meest recente medische
onderzoeken en aanbevelingen voor het duiken met duikcomputers. Als u deze veiligheidsvoorschrif
-
ten volgt, zal de Smart uw duikplezier en veiligheid vergroten, maar onthoud dat geen enkele compu
-
ter kan garanderen dat u nooit decompressieziekte of zuurstofvergiftiging zult krijgen.
• De Smart is ontworpen voor duiken met perslucht (21% zuurstof) en Nitrox tot maximaal 100% zuur
-
stof. Gebruik de Smart niet voor het duiken met andere gasmengsels.
• Het is van essentieel belang dat u het zuurstofpercentage van uw Nitroxmengsel voor de duik meet en
op uw duikcomputer instelt. Onthoud dat het instellen van het verkeerde percentage tot gevolg heeft
dat het risico op zuurstofvergiftiging of decompressieziekte toeneemt! De maximale afwijking van het
werkelijke percentage is 1%. Een onjuiste instelling kan dodelijk zijn!
• Gebruik de Smart alleen met open circuit ademhalingssystemen. De Smart moet met de hand worden
ingesteld op het ingeademde zuurstofpercentage.
• Gebruik de
Smart
alleen in combinatie met een onafhankelijk systeem. De
Smart
is niet
ontworpen voor het calculeren van lange-termijn blootstelling aan Nitrox.
• Let goed op de visuele en akoestische waarschuwingen die de Smart geeft wanneer u een gevaarlijke
situatie nadert. Vermijd situaties of handelingen die in deze handleiding zijn aangeduid met een waar
-
schuwingssymbool.
• Wanneer het opstijgsymbool verschijnt dient u uw opstijging te beginnen.
• Wanneer het knipperende opstijgsymbool verschijnt dient u onverwijld uw opstijging te maken.
• D
e
Smart
is voorzien van een ppO
2
-waarschuwing, welke standaard geactiveerd wordt op een partiële
zuurstofdruk van 1.4 bar. Deze limiet kunt u met de SmartTRAK software instellen. Het wijzigen van
de ppO
2
-max in een waarde boven 1.6 bar is riskant en wordt daarom afgeraden.
• Controleer tijdens de duik regelmatig het CNS O
2
%, vooral wanneer de ppO
2
groter is dan 1,4 bar.
Beëindig de duik uiterlijk bij een CNS O
2
% van 75%.
• Duik nooit dieper dan de Maximum Operating Depth (MOD) van het gasmengsel dat u op dat moment
gebruikt.
• Houd u aan de aanbevolen maximum diepte voor sportduikers (aan de hand van uw brevetniveau) of
de maximum diepte die berekend is aan de hand van het ingestelde zuurstofpercentage. Denk aan het
risico op decompressieziekte en zuurstofvergiftiging.
• Volg de algemene aanbevelingen van de grote opleidingsorganisaties en duik nooit dieper dan
40 meter
.
• U dient rekening te houden met de gevaren van stikstofnarcose. De Smart waarschuwt u hier niet
voor.
• Maak aan het einde van iedere duik, met of zonder duikcomputer, een veiligheidsstop van minimaal
3 minuten op een diepte van 5 meter.
• Alle duikers die gebruik maken van een duikcomputer, moeten duiken aan de hand van de limieten
van hun persoonlijke instrument, dat ze bij alle voorgaande duiken hebben gebruikt.
• Als de
Smart
onder water uitvalt dient u direct de duik af te breken en volgens de voorschriften een
opstijging te maken; hieronder valt een langzame opstijging en een veiligheidsstop van 3 tot 5 minuten
op 5 meter diepte.
• Houd u aan de maximale stijgsnelheid en maak altijd alle voorgeschreven decompressiestops. Indien
de duikcomputer onverhoopt uitvalt, mag u niet sneller dan 10 meter per minuut opstijgen.
• Gedurende iedere duik moet een buddypaar de strengste of meest conservatieve duikcomputer aan-
houden voor het bepalen van de geen-decompressielimiet of nuldecotijd.
• Duik nooit zonder duikbuddy. De Smart is geen vervanging voor een goed opgeleide duikbuddy.