Installatiehandleiding geoTHERM plus VWS 0020057439_002
Inhoudsopgave
1 Aanwijzingen bij de documentatie .................. 3
1.1 Documenten bewaren .............................................. 3
1.2 Gebruikte symbolen .................................................. 3
1.3 Geldigheid van de handleiding ............................... 4
1.4 CE-markering ............................................................. 4
1.5 Gebruik volgens de voorschriften ......................... 4
2 Toestelbeschrijving .......................................... 4
2.1 Typeplaatje ................................................................. 4
2.2 Werkingsprincipe ....................................................... 5
2.3 Opbouw van de warmtepomp ................................ 7
2.4 Bedrijfsfuncties en functies - Algemeen ............. 8
3 Veiligheidsaanwijzingen en voorschriften ..... 9
3.1 Veiligheidsaanwijzingen .......................................... 9
3.2 Voorschriften, regels, richtlijnen ......................... 10
3.3 Koelmiddel .................................................................. 10
4 Montage en installatie ...................................... 11
4.1 Toebehoren ................................................................ 11
4.2 Eisen aan de standplaats ........................................ 11
4.3 Afstanden en afmetingen ....................................... 12
4.4 Montage/installatie - Overzicht ............................. 13
4.5 Voorbereidende werkzaamheden in de
plaatsingsruimte ........................................................ 13
4.6 Eisen aan het CV-circuit .......................................... 14
4.7 Leveringsomvang ...................................................... 14
4.8 Toestel uitpakken en levering controleren ........ 15
4.9 Warmtepomp transporteren .................................. 15
4.10 Warmtepomp plaatsen ............................................. 16
4.11 Mantel wegnemen ..................................................... 17
4.12 Installatie bij de klant ............................................... 18
4.12.1 Montage CV-installatie ............................................ 18
4.12.2 Montage pekelcircuit ................................................ 19
4.13 Montage buitentemperatuurvoeler VRC DCF .... 19
4.14 Afstandsbediening VR 90 monteren ................... 19
4.15 Mengmodule VR 60 installeren ............................. 19
5 Elektrische installatie ...................................... 20
5.1 Veiligheids- en installatie-aanwijzingen .............. 20
5.2 Voorschriften voor elektrische installatie .......... 21
5.3 Schakelkast ................................................................. 21
5.4 Stroomvoorziening aansluiten............................... 21
5.4.1 Ongeblokkeerde netvoeding
(elektrisch schema 1) ................................................ 22
5.4.2 Gescheiden voeding warmtepomptarief
(elektrisch schema 2) ............................................... 23
5.4.3 Gescheiden voeding speciaal tarief
(elektrisch schema 3) ............................................... 24
5.4.4 Externe componenten aansluiten ......................... 25
5.5 Aanloopstroombegrenzer (toebehoren)
aansluiten .................................................................... 25
5.6 Thermostaatprintplaat - Overzicht ....................... 26
5.7 Thermostaatprintplaat bedraden.......................... 27
5.7.1 Standaardvoeler VR 10 aansluiten ....................... 27
5.7.2 CV-circuits van koelfunctie uitsluiten .................. 27
5.7.3 Directe CV-functie (hydraulisch schema 5) ....... 28
5.7.4 Directe CV-functie en warmwaterboiler
(hydraulisch schema 6) ........................................... 29
5.8 DCF-ontvanger aansluiten ...................................... 30
5.9 Toebehoren aansluiten ............................................ 30
5.9.1 Afstandsbediening VR 90 installeren .................. 30
5.9.2 Andere mengcircuits aansluiten ........................... 31
5.9.3 vrnetDIALOG aansluiten .......................................... 31
5.10 Extern CV-toestel aansluiten ................................. 32
6 CV- en warmtebronsysteem vullen ................ 32
6.1 CV-circuit vullen ........................................................ 32
6.2 Pekelcircuit vullen ..................................................... 33
6.3 Mantel en thermostaatconsole monteren .......... 36
7 Inbedrijfstelling ................................................. 38
7.1 Inzetbaarheid controleren (controlelijst) ............ 38
7.2 Bediening van thermostaat .................................... 39
7.2.1 De thermostaat leren kennen ................................ 39
7.2.2 Displays oproepen .................................................... 40
7.2.3 Parameter wijzigen ................................................... 40
7.3 Eerste inbedrijfstelling uitvoeren ......................... 40
7.4 Pekelcircuit ontluchten ............................................ 41
7.5 CV-circuit ontluchten ............................................... 41
7.6 Systeem aan de gebruiker overdragen ............... 41
8 Regeling .............................................................. 41
8.1 Bedrijfsfuncties en functies .................................... 41
8.2 Automatische extra functies .................................. 42
8.3 Instelbare extra functies ......................................... 42
8.4 Thermostaatbeschrijving ........................................ 44
8.4.1 Mogelijke systeemcircuits ....................................... 44
8.4.2 Energiebalansregeling ............................................. 44
8.4.3 Naar fabrieksinstellingen resetten ....................... 44
8.4.4 Thermostaatstructuur ............................................. 44
8.5 Stroomdiagram gebruikersniveau ........................ 45
8.6 Stroomdiagram codeniveau ................................... 46
8.7 Displays van het gebruikersniveau ....................... 48
8.8 Displays van het codeniveau .................................. 52
8.9 Speciale functies ....................................................... 58
9 Inspectie en onderhoud .................................... 59
9.1 Aanwijzingen bij het onderhoud ............................ 59
9.2 Onderhoudswerk uitvoeren .................................... 59
10 Verhelpen van storingen en diagnose ............ 59
10.1 Storingsmeldingen op thermostaat ..................... 59
10.2 Storingen van eBus-componenten ....................... 60
10.3 Weergave alleen in het storingsgeheugen,
geen uitschakeling .................................................... 60
10.4 Tijdelijke storingen ................................................... 61
10.5 Uitschakeling door storing...................................... 62
10.6 Algemene storingen ................................................. 63
10.7 Overige fouten/storingen ....................................... 64
11 Recycling en afvoer .......................................... 65
11.1 Toestel ......................................................................... 65
11.2 Verpakking .................................................................. 65
11.3 Koelmiddel .................................................................. 65
Inhoudsopgave