Gebruiksaanwijzing thermoCOMPACT 0020055068_002
Toesteleigenschappen
De Vaillant thermoCOMPACT-toestellen zijn compacte
gaswandketels die bovendien zijn uitgerust met een ge-
integreerde warmwaterbereiding.
De toestellen van het type VC en VCW zijn uitgerust met
een weergave met gewone tekst, die in één oogopslag
de actuele toestelstatus duidelijk maakt. Verder beschik-
ken deze toestellen over het gepatenteerde
aqua-Power plus-systeem. Hierdoor wordt een hoger
warmwatercomfort verkregen, waarbij de warmwateruit-
loop bij dezelfde temperatuur hoger is.
Aanbevolen toebehoren
Vaillant biedt voor het regelen van uw thermoCOMPACT-
toestel verschillende thermostaten die kunnen worden
aangesloten op de schakellijst of ingestoken op het be-
dieningspaneel.
Uw installateur adviseert u bij de keuze van een geschik-
te thermostaat.
Inhoudsopgave
Toesteleigenschappen ................................................2
Aanbevolen toebehoren .............................................2
1 Aanwijzingen bij de documentatie ................3
1.1 Documenten bewaren ............................................3
1.2 Gebruikte symbolen ................................................3
1.3 Geldigheid van de gebruiksaanwijzing ...............3
1.4 CE-markering ............................................................3
1.5 Typeaanduiding en typeplaatje ............................3
1.6 Gaskeur ......................................................................3
1.7 Fabrieksgarantie ......................................................4
2 Veiligheid ..........................................................4
3 Aanwijzingen voor het gebruik ......................5
3.1 Fabrieksgarantie ......................................................5
3.2 Gebruik volgens de voorschriften .......................5
3.3 Eisen aan de standplaats ......................................6
3.4 Onderhoud ................................................................6
3.5 Recycling en afvoer ................................................6
3.6 Tips voor energiebesparing ..................................6
4 Bediening .........................................................8
4.1 Overzicht van de bedieningselementen ..........8
4.1.1 Bedieningselementen thermoCOMPACT ...........8
4.1.2 Digitaal informatie- en analysesysteem ............9
4.2 Maatregelen voor de inbedrijfstelling ................9
4.2.1 Afsluitvoorzieningen openen ...............................9
4.2.2 Systeemdruk controleren ......................................9
4.3 Inbedrijfstelling ...................................................... 10
4.4 Warmwaterbereiding ............................................ 10
4.4.1 Instelling van de warmwatertemperatuur .......10
4.4.2 Warmstartfunctie in- en uitschakelen (alleen
thermoCOMPACT met geïntegreerde
warmwaterbereiding) .............................................11
4.4.3 Warm water tappen ...............................................12
4.5 Instellingen voor de CV-functie ..........................12
4.5.1 Aanvoertemperatuur instellen
(geen thermostaat aangesloten) ........................12
4.5.2 Aanvoertemperatuur instellen
(bij gebruik van een thermostaat) .....................13
4.5.3 CV-functie uitschakelen (zomermodus) ............13
4.5.4 Kamerthermostaat of weersafhankelijke
thermostaat instellen ............................................13
4.6 Statusweergaven (voor onderhouds- en
servicewerkzaamheden door de installateur) .13
4.7 Verhelpen van storingen ..................................... 15
4.7.1 Storingen wegens watergebrek ......................... 15
4.7.2 Storingen bij de ontsteking ................................. 16
4.7.3 Storingen in het rookgastraject ......................... 16
4.7.4 Toestel/CV-installatie vullen ............................... 16
4.8 Buitenbedrijfstelling ..............................................17
4.9 Vorstbeveiliging ..................................................... 18
4.9.1 Vorstbeveiligingsfunctie ...................................... 18
4.9.2 Vorstbeveiliging door leegmaken ...................... 18
4.10 Onderhoud en serviceteam ................................ 18
4.11 Rookgasverlies-metingen (alleen voor de
technicus van het Serviceteam) ........................ 19
4.11.1 Rookgasverlies-metingen starten ..................... 19
4.11.2 Metingen bij de toesteltypes
VC/VCW NL 254/4-7 ............................................. 19
4.11.3 Metingen bij de toesteltypes
VC/VCW NL 255/4-7 en CWK ............................. 19
4.11.4 Metingen beëindigen ............................................ 19
Inhoudsopgave
Toesteleigenschappen
Aanbevolen toebehoren