POWDP6020 NL
Copyright © 2019 VARO P a g i n a | 5 www.varo.com
7 BIJKOMENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR BATTERIJEN EN
LADERS
Gebruik enkel batterijen en laders die geschikt zijn voor dit apparaat.
7.1 Batterijen
▪ Probeer nooit om batterijen, om wat voor reden ook, te openen.
▪ Bewaar ze niet op plekken waar de temperatuur de 40 °C kan overschrijden.
▪ Laad ze enkel op bij temperaturen tussen de 4 °C en 40 °C.
▪ Wanneer u ze moet wegwerpen, volg dan de instructies in het gedeelte “Het milieu
beschermen”.
▪ Veroorzaak geen kortsluitingen. Wanneer er rechtstreeks of per ongeluk, door contact met
een metalen voorwerp, een verbinding wordt gemaakt tussen de positieve (+) en de
negatieve (-) contactaansluiting, dan wordt de batterij kortgesloten en zal er een zeer
grote stroom gaan vloeien die hitte zal veroorzaken wat tot het barsten van de behuizing
of tot brand kan leiden.
▪ Verhit ze niet. Wanneer batterijen boven de 100 °C verwarmd worden, zullen de
afdichtingen, isolatielagen en andere polymeerlagen beschadigd raken wat tot het lekken
van het elektrolyt en/of interne kortsluiting kan leiden wat dan weer hitte veroorzaakt en tot
barsten of brand kan leiden. Werp batterijen niet in het vuur: gevaar voor een explosie of
intense brand.
▪ Onder extreme omstandigheden kan het voorkomen dat de batterij gaat lekken. Wanneer
u vloeistof op de batterij ontdekt, volg dan de onderstaande instructies:
− Neem de vloeistof zorgvuldig op d.m.v. een vod. Vermijd huidcontact.
− Volg onderstaande instructies bij huid- of oogcontact:
✓ Spoel onmiddellijk met water. Neutraliseer met een zacht zuur zoals citroensap of
azijn.
✓ Bij oogcontact: spoel overvloedig met water gedurende minimaal 10 minuten en
contacteer een arts.
Brandgevaar! Vermijd het kortsluiten van de contacten van een batterij die
uit het toestel is genomen. Verbrand een batterij niet.
7.2 Laders
▪ Probeer nooit om niet-oplaadbare batterijen te laden.
▪ Laat defecte snoeren onmiddellijk herstellen.
▪ Niet blootstellen aan water.
▪ Open de lader niet.
▪ De behuizing van de lader niet doorboren.
▪ De lader is uitsluitend bestemd voor gebruik binnenshuis.
▪ Gebruik geen verlengsnoer. Sluit de lader rechtstreeks op een stopcontact aan.
▪ Gebruik de lader alleen met een standaard stopcontact (100 – 240 V / 50 – 60 Hz).
▪ Trek aan de stekker i.p.v. aan het snoer om de lader van het stopcontact los te maken. Dit
verkleint het gevaar dat het netsnoer en de stekker beschadigd raken.
8 LADER
▪ Sluit de lader op een stopcontact aan (Fig. 2).
8.1 Laadindicatie
▪ Constant groen: klaar om te laden.
▪ Knipperend rood: aan het laden.
▪ Constant groen: geladen.