WIELEN EN BANDEN
}}
* Optie/accessoire.
595
N.B.
Controleer de bandenspanning bij koude
banden om de verkeerde bandenspanning
tegen te gaan. Koude banden hebben
dezelfde temperatuur als de omgeving (na
ca. 3 uur stilstand). Al na enkele kilometers
rijden worden de banden warm en loopt de
spanning op.
N.B.
•
Plaats na het oppompen van een band
altijd het ventieldopje terug om schade
aan het ventiel door grind, vuil e.d. te
voorkomen.
•
Gebruik alleen kunststof dopjes. Meta-
len ventieldopjes kunnen roesten en
zijn moeilijk los te draaien.
WAARSCHUWING
•
Een verkeerde bandenspanning kan tot
bandenpech leiden, waarbij u de con-
trole over de auto kunt verliezen.
•
Het systeem kan plotselinge banden-
schade onmogelijk voorzien.
Gerelateerde informatie
•
Aanbevolen bandenspanning (p. 590)
•
Bandenspanning aanpassen (p. 589)
•
De nieuwe bandenspanning opslaan in het
controlesysteem* (p. 593)
•
Bandenspanningsstatus op het midden-
display* bekijken (p. 594)
•
Bandenspanningscontrolesysteem*
(p. 591)
•
Band oppompen met compressor uit
reparatieset voor banden (p. 607)
Meldingen voor
bandenspanningscontrole*
Er kan een aantal meldingen voor het ban-
denspanningscontrolesysteem
7
worden
weergegeven. Hier volgen enkele voorbeel-
den.
Bestuurdersdis-
play:
Banden-
spanning laag
Zie app Auto
status op mid-
dendisplay
Het controlelampje gaat
branden om aan te
geven dat de banden-
spanning in één of meer
banden gering is. Zie
voor meer informatie de
app
Auto status op het
middendisplay.
Bestuurdersdis-
play:
Banden-
spanningssyst.
Tijdelijk niet
beschikbaar
Het controlesymbool
knippert en gaat na zo'n
1 minuut constant bran-
den. Het systeem is tij-
delijk niet beschikbaar,
maar wordt spoedig
geactiveerd.
Bestuurdersdis-
play:
Banden-
spanningssyst.
Service vereist
Het controlesymbool
knippert en gaat na zo'n
1 minuut constant bran-
den. Het systeem werkt
niet naar behoren, neem
contact op met een
werkplaats
A
.
A
Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats.