02 Veiligheid
02
52
Kinderzitje - positie
Plaats kinderzitjes/zittingverhogers (p. 48)
altijd op de achterbank als de airbag aan de
passagierszijde geactiveerd (p. 38) is. Als de
airbag wordt opgeblazen, kan een kind op de
passagiersstoel ernstig letsel oplopen.
Sticker voor passagiersairbag
Sticker op zonneklep aan passagierszijde.
Sticker op portierstijl aan passagierszijde. Bij het
openen van het passagiersportier is de sticker
zichtbaar.
De waarschuwingssticker voor passagiersair-
bag is aangebracht als hierboven.
Het volgende is te gebruiken:
•
een kinderzitje/zittingverhoger op de pas-
sagiersstoel zolang de airbag aan de pas-
sagierszijde gedeactiveerd is.
•
en of meer kinderzitjes/comfortkussen op
de achterbank.
WAARSCHUWING
Plaats een achterstevoren gemonteerd
kinderzitje nooit op een stoel met een
geactiveerde airbag. Het niet opvolgen van
deze aanbeveling kan levensgevaarlijke
situaties voor of ernstig letsel van het kind
opleveren.
WAARSCHUWING
Vervoer kinderen nooit in een kinderzitje of
op een comfortkussen voorin, wanneer de
airbag aan die kant geactiveerd is.
Laat nooit iemand voor de passagiersstoel
zitten of staan.
Personen kleiner dan 1,40 m mogen nooit
op de passagiersstoel voorin plaatsnemen,
als de airbag geactiveerd is.
Het niet opvolgen van de bovenstaande
aanbevelingen kan levensgevaarlijke situ-
aties opleveren.
WAARSCHUWING
Zittingverhogers/kinderzitjes met stalen
beugels of andere constructies die tegen
de openingsknop van de gordelsluiting aan
kunnen liggen, mogen niet worden
gebruikt aangezien ze ervoor kunnen zor-
gen dat de veiligheidsgordel per ongeluk
opengaat.
Laat het bovengedeelte van het kinderzitje
niet tegen de voorruit leunen.
Gerelateerde informatie
•
Algemeen over kinderveiligheid (p. 47)
•
Kinderzitje - bovenste bevestigingspunten
(p. 60)
•
Kinderzitje - ISOFIX (p. 56)