6
Stoelventilatie voor* activeren en
deactiveren
229
Elektrische stuurverwarming*
activeren en deactiveren
230
Automatische inschakeling van
elektrische stuurverwarming* acti-
veren en deactiveren
230
Automatische klimaatregeling
activeren
231
Luchtrecirculatie activeren en
deactiveren
231
Timerinstelling voor luchtrecircula-
tie activeren en deactiveren
232
Maximale ontwaseming activeren
en deactiveren
232
Elektrische voorruitverwarming*
activeren en deactiveren
234
Automatische inschakeling van
elektrische voorruitverwarming*
activeren en deactiveren
235
Elektrische achterruit- en buiten-
spiegelverwarming activeren en
deactiveren
235
Automatische inschakeling van
elektrische achterruit- en buiten-
spiegelverwarming activeren en
deactiveren
236
Ventilatorstand voorin regelen
236
Ventilatorstand achterin* regelen
237
Temperatuur voorin regelen
238
Temperatuur achterin* regelen
239
Temperatuur synchroniseren
240
Airconditioning activeren en deac-
tiveren
241
Parkeerklimaat*
242
Preconditioning*
242
Preconditioning* in- en uitschakelen
243
Timerinstelling voor preconditioning*
244
Timerinstelling voor preconditio-
ning* toevoegen en bewerken
244
Timerinstelling voor preconditio-
ning* activeren en deactiveren
245
Timerinstelling voor preconditio-
ning* verwijderen
246
Voorreiniging*
247
Voorreiniging in- en uitschakelen*
247
Klimaatcomfort bij parkeren*
248
Klimaatcomfort tijdens het parke-
ren* inschakelen en uitschakelen
248
Symbolen en meldingen voor par-
keerklimaat*
250
Verwarming*
251
Standverwarming*
252
Extra verwarming*
253
Automatische inschakeling van
extra verwarming activeren en
deactiveren*
254
SLEUTELS,
VERGRENDELINGEN EN
ALARM
Vergrendelen en ontgrendelen
256
Vergrendelingsindicatie
256
Instelling voor vergrendelingsbe-
vestiging
258
een transpondersleutel
259
Vergrendelen en ontgrendelen
met transpondersleutel
261
Instellingen voor ontgrendeling op
afstand en van de binnenzijde
262
Achterklep ontgrendelen met
transpondersleutel
263
Bereik transpondersleutel
263
Batterij in transpondersleutel ver-
vangen
264
Meer transpondersleutels nabestellen
268
Care Key – transpondersleutel
met beperkte functionaliteit
269
Instellingen voor Care Key
270
Afneembaar sleutelblad
270
Vergrendelen en ontgrendelen
met afneembaar sleutelblad
271
Elektronische startblokkering
273
Typegoedkeuring voor transpon-
dersleutels
274
Keyless vergrendeling/ontgrende-
ling en aanraakgevoelige zones*
289
