9
Meldingen voor Actieve parkeerhulp*
394
Radarsensor
395
Typegoedkeuring voor radarsensor
396
Camera
404
Beperkingen van de gecombi-
neerde camera en radarsensor
404
Aanbevolen onderhoud van de
gecombineerde camera en radar-
sensor
407
Symbolen en meldingen voor de
gecombineerde camera en radar-
sensor
409
STARTEN EN RIJDEN
Motor starten
412
Auto afzetten
413
Contactslotstanden
414
Contactslotstand kiezen
415
Alcoholslot*
416
Alcoholslot* omzeilen
417
Voordat een motor met alcohol-
slot wordt gestart*
417
Remsystemen
417
Rempedaal
418
Remversterker
419
Remmen op natte rijbanen
420
Remmen op gepekelde rijbanen
420
Onderhoud van het remsysteem
420
Parkeerrem
421
Parkeerrem activeren en deactiveren
421
Instelling voor automatische acti-
vering van de parkeerrem
423
Op een helling parkeren
423
Bij een storing in de parkeerrem
424
Automatische rem bij stilstand
424
Automatische rem bij stilstand
activeren en deactiveren
425
Hulp tijdens het wegrijden op een
helling
426
Automatisch remmen na een aan-
rijding
426
Regeneratief remmen*
427
Versnellingsbak
427
Handgeschakelde versnellingsbak
427
Automatische versnellingsbak
428
Schakelen met een automatische
versnellingsbak
429
Schakelen met stuurpaddles*
431
Schakelblokkering
432
Kickdownfunctie
432
Symbolen en meldingen voor
automatische versnellingsbak
433
Schakelindicator
433
Vierwielaandrijving*
434
Rijmodi*
434
Rijmodus* wijzigen
437
Rijmodus Eco
437
Rijmodus Eco activeren en deacti-
veren met functieknop
439
Start/Stop-systeem
440
Rijden met Start/Stop-systeem
440
Start/Stop-systeem uitschakelen
442
Voorwaarden voor het Start/Stop-
systeem
442
Niveauregeling* en schokdemping
444