03 Instrumenten, schakelaars en bediening
03
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
71
Sleutelstanden - functies in
verschillende standen
Om het gebruik mogelijk te maken van een
beperkt aantal functies met uitgeschakelde
motor, kan het elektrisch systeem van de auto
met de transpondersleutel in 3 verschillende
(sleutel-)standen worden gezet: 0, I en II. In
dit instructieboekje worden deze standen in
algemene zin aangeduid als ‘sleutelstanden’.
De volgende tabel geeft aan welke functies
beschikbaar zijn in de verschillende sleutel-
standen/niveaus.
Niveau Functies
0
•
Kilometerteller, klok en tem-
peratuurmeter worden ver-
licht.
•
Elektrisch bedienbare stoe-
len kunnen worden versteld.
•
Het audiosysteem is enige
tijd te gebruiken - zie sup-
plement Sensus Infotain-
ment.
I
•
Schuifdak, elektrisch
bedienbare ruiten, 12V-aan-
sluitingen in passagiers-
ruimte, navigatie, telefoon,
interieurventilator en ruiten-
wissers zijn te gebruiken.
Niveau Functies
II
•
De koplampen worden ont-
stoken.
•
Waarschuwings-/controle-
lampjes branden 5 secon-
den lang.
•
Diverse andere systemen
worden geactiveerd. Elektri-
sche verwarming in zittingen
en achterruit kan echter pas
na starten van de motor
worden geactiveerd.
Deze sleutelstand verbruikt
veel stroom vanuit de star-
taccu en moet daarom wor-
den vermeden!
Sleutelstand/stand kiezen
•
Sleutelstand 0 - Ontgrendel de auto - het
elektrisch systeem van de auto staat nu in
stand 0.
•
Sleutelstand I - Met de transpondersleu-
tel volledig in het contactslot
13
geduwd -
druk kort op START/STOP ENGINE.
13
Niet nodig voor auto’s met Keyless*-systeem.