6
KLIMAAT
Klimaatregeling
220
Klimaatzones
220
Klimaatsensoren
220
Gevoelstemperatuur
221
Stembediening klimaat
221
Luchtkwaliteit
223
Clean Zone*
223
Clean Zone Interior Package*
224
Interior Air Quality System*
224
Luchtkwaliteitssensor* activeren
en deactiveren
225
Interieurfilter
225
Luchtverdeling
226
Luchtverdeling aanpassen
226
Blaasmonden openen, sluiten en
richten
227
Tabel met luchtverdelingsstanden
228
Klimaatregelingsbediening
231
Elektrische voorstoelverwarming*
activeren en deactiveren
233
Automatische inschakeling van
elektrische stoelverwarming
voorin* activeren en deactiveren
234
Elektrische stoelverwarming ach-
ter* activeren en deactiveren
235
Stoelventilatie voor* activeren en
deactiveren
236
Elektrische stuurverwarming*
activeren en deactiveren
236
Automatische inschakeling van
elektrische stuurverwarming* acti-
veren en deactiveren
237
Automatische klimaatregeling
activeren
237
Luchtrecirculatie activeren en
deactiveren
238
Timerinstelling voor luchtrecircu-
latie activeren en deactiveren
239
Maximale ontwaseming activeren
en deactiveren
239
Elektrische voorruitverwarming*
activeren en deactiveren
240
Automatische inschakeling van
elektrische voorruitverwarming*
activeren en deactiveren
241
Elektrische achterruit- en buiten-
spiegelverwarming activeren en
deactiveren
242
Automatische inschakeling van
elektrische achterruit- en buiten-
spiegelverwarming activeren en
deactiveren
242
Ventilatorstand voorin regelen
243
Ventilatorstand achterin regelen
243
Temperatuur voorin regelen
245
Temperatuur achterin regelen
245
Temperatuur synchroniseren
247
Airconditioning activeren en deac-
tiveren
247
Klimaat derde zitrij* activeren en
deactiveren
248
Parkeerklimaat
248
Preconditioning
249
Preconditioning in- en uitschakelen
249
Timerinstelling voor preconditioning
251
Timerinstelling voor preconditio-
ning toevoegen en bewerken
251
Timerinstelling voor preconditio-
ning activeren en deactiveren
253
Timerinstelling voor preconditio-
ning verwijderen
253
Klimaatcomfort bij parkeren
254
Klimaatcomfort tijdens het parke-
ren inschakelen en uitschakelen
255
Symbolen en meldingen voor par-
keerklimaat
256
Verwarming
258
Standverwarming
259
Extra verwarming
260
Automatische inschakeling van
extra verwarming activeren en
deactiveren
261