8
2.4. Additionele programmaopties: SWING (temperatuur differentieel)
De thermostaatfunctie zet uw toestel in werking wanneer de kamertemperatuur zakt beneden een bepaald aantal graden
onder de in de SET-temperatuur ingestelde waarde. Deze variatie heet ‘SWING’ of temperatuurdifferentieel. Een kleine
SWING laat uw toestel sneller aanslaan en houdt de kamertemperatuur constanter. Een grotere SWING reduceert het
aantal malen dat uw toestel aan en uit gaat, maar gaat gepaard met grotere temperatuurverschillen.
De SWING is voorgeprogrammeerd op 1°C.
2.4.1. Manuele controle van de voorgeprogrammeerde SWING-temperatuur:
De SWING kan manueel gecontroleerd worden door veranderingen door te voeren in de SET-temperatuur. Normaal
reageert het systeem om de twee minuten op een verandering van temperatuur. Wanneer er echter manueel
veranderingen ingebracht worden reageert het systeem binnen de 10 sec. Met een vooraf ingestelde SWING van 1°C zal uw
toestel (in THERMO-mode) aanslaan wanneer u de SET-temperatuur met 1°C hoger instelt dan de kamertemperatuur, of
doven wanneer u de SET- temperatuur vermindert met 1°C beneden de kamertemperatuur. Gebeurt dit pas na 2°C dan
betekent dit dat de SWING ingesteld staat op 2°C.
2.4.2. Verandering van de vooraf ingestelde SWING:
1. Druk de AHEAD- en BACK-toetsen gelijktijdig in.
De momenteel ingestelde SWING verschijnt in het
SET TEMP-venster, samen met de vermelding
SWING op het LCD-scherm.
2. Druk UP/DOWN om de SWING te veranderen.
3. Druk SET/RETURN om uw keuze te bevestigen.
2.5. Weekprogrammatie
De zender heeft een door de fabriek ingesteld standaardprogramma. Elke dag is opgedeeld in vier periodes en elke periode
heeft zijn eigen starttijd en gewenste temperatuur. Een schema van het standaardprogramma vindt u hieronder.
U kunt dit programma wijzigen door onderstaande procedure te volgen. Er kan ten allen tijde naar de fabrieksinstellingen
teruggekeerd worden (zie hoofdstuk 2.5.3. Opheffen programma).
2.5.1. Programmatie dag/periode van dag/temperatuur
Eigen programma: