Bedienungsanleitung Yamaha MOTIF ES7 (Seite 191 von 300) (Holländisch)

571272

191

Zoom out

Zoom in

Vorherige Seite

1/300

Nächste Seite

Naslaginformatie Modus Voice

Modus Voice Edit Normal Voice Edit Common Edit

191

Gebruikershandleiding

RevSend Bepaalt het zendniveau van het signaal dat van insertie-effect A/B (of het Bypass-signaal) naar het reverbeffect

wordt verzonden. U kunt deze parameter ook met de knop REVERB op het bedieningspaneel aanpassen.

Instellingen: 0 ~ 127

ChoSend Bepaalt het zendniveau van het signaal dat van insertie-effect A/B (of het Bypass-signaal) naar het choruseffect

wordt verzonden. U kunt deze parameter ook met de knop CHORUS op het bedieningspaneel aanpassen.

Instellingen: 0 ~ 127

n Zie blz. 179 voor de effectverbinding in de modus Voice.

[F3] ARP (arpeggio)

[SF1] TYPE

De basisarpeggioparameters (bijv., type, tempo) zijn in deze display voorhanden.

Bank,

Ctgr (categorie),

Type

Deze drie parameters bepalen het arpeggiotype. De drie letters aan het begin van de typenaam geeft het nummer

binnen de geselecteerde categorie aan. Als hier userarpeggio wordt geselecteerd kunt u de geselecteerde

arpeggiodata met de knop [SF5] wissen.

Instellingen: Raadpleeg de afzonderlijke Data List.

Tempo Bepaalt het arpeggiotempo. Als MIDI Sync ([UTILITY] → [F5] MIDI → [SF3] SYNC → MIDI Sync) is ingesteld op

'MIDI', wordt hier 'MIDI' weergegeven en kan het tempo niet worden ingesteld.

Instellingen: 1 ~ 300

ChgTiming (timing veranderen) Bepaalt de daadwerkelijke timing waarop het arpeggiotype wordt geschakeld, als u een ander type tijdens het

arpeggioafspelen selecteert.

Instellingen: realtime, measure

realtime............ Het arpeggiotype wordt onmiddellijk omgeschakeld als u een ander type selecteert.

maat ................ Het arpeggiotype wordt aan het begin van de volgende maat omgeschakeld, als u een ander type selecteert.

Switch (schakelaar) Bepaalt of de arpeggio aan of uit is. U kunt arpeggio ook aan-/uitzetten via het bedieningspaneel met de knop

[ARPEGGIO ON/OFF].

Instellingen: off, on

Hold Bepaalt of het arpeggioafspelen wordt 'vastgehouden' of niet. Als dit is ingesteld op 'on' gaat de arpeggio automa-

tisch door, zelfs als u uw vingers van de toetsen haalt, en het gaat door tot de volgende toets wordt ingedrukt.

Instellingen: sync-off (zie hieronder), off, on

sync-off............ Als 'sync-off' is ingesteld, gaat het arpeggioafspelen door zonder geluid te maken, zelfs als u de toetsen loslaat.

Drukken op een willekeurige toets laat het arpeggioafspelen weer klinken. Met andere woorden, u kunt de toets gebrui-

ken om het arpeggioafspelen te 'laten klinken' en te 'dempen' (niet starten en stoppen) door deze respectievelijk in te

drukken en los te laten.

KeyMode Bepaalt hoe de arpeggio afspeelt als u het toetsenbord bespeelt.

Instellingen: sort, thru, direct, sortdirect, thrudirect

sort .................. Als u bepaalde noten speelt (bijvoorbeeld de noten van een akkoord), speelt dezelfde sequence ongeacht in welke

volgorde u de noten speelt.

thru .................. Als u bepaalde noten speelt (bijvoorbeeld de noten van een akkoord), geeft dit verschillende sequences, afhankelijk

van de volgorde van de noten.

direct ............... De noot-events van de arpeggiosequence spelen niet; alleen de noten die u op het toetsenbord speelt zijn te horen.

Deze instelling is voor gebruik met niet-noot-arpeggiodata, zoals besturingswijziging of pitchbend. Als de arpeggio

afspeelt worden deze events op het geluid dat u via het toetsenbord bespeelt toegepast. Gebruik deze instelling als de

arpeggiotypen alleen niet-nootdata bevatten of als categorietype 'Ctrl' is geselecteerd.

sortdirect

..........De arpeggio wordt afgespeeld overeenkomstig de instelling 'sort' (sorteer) hier, en de ingedrukte noot wordt ook gespeeld.

thrudirect

..........De arpeggio wordt afgespeeld overeenkomstig de instelling 'thru' (doorgeven) hier, en de ingedrukte noot wordt ook gespeeld.

n Bij enkele arpeggiotypen die tot de categorie 'Cntr' behoren kan het zijn dat ze geen noot-events bevatten (blz. 170). Als er

zo'n arpeggiotype wordt geselecteerd en de KeyMode is ingesteld op 'sort' of 'thru' wordt er zelfs geen geluid

geproduceerd als u een noot op het toetsenbord speelt.

n Bij de instellingen 'sort' en 'thru' hangt de volgorde waarin noten worden afgespeeld af van de arpeggiosequencedata.

VelMode (aanslagmodus) Dit bepaalt de afspeelaanslag van de arpeggio, of hoe deze op uw eigen speelsterkte reageert.

Instellingen: original, thru

original............. De arpeggio speelt met de presetaanslagen die onderdeel uitmaken van de arpeggiosequencedata terug.

thru .................. De Arpeggio speelt overeenkomstig de aanslag van uw spel terug. Als u bijvoorbeeld de noten krachtig aanslaat,

neemt het afspeelvolume van de arpeggio toe.

[SF2] LIMIT

NoteLimit

Bepaalt de laagste en hoogste noten van het nootbereik van de arpeggio. In dit bereik gespeelde noten triggeren de arpeggio.

Instellingen: C -2 ~ G8

n U kunt ook een lager en een hoger triggerbereik voor de arpeggio creëren, met een nootbereik-'gat' in het midden, door eerst

de hoogste noot aan te geven. Door bijvoorbeeld een Note Limit (nootbegrenzing) van 'C5 - C4' in te stellen, kunt u de arpeggio

triggeren door noten te spelen in de twee gebieden van C -2 tot C4 en C5 tot G8; de tussen C4 en C5 gespeelde noten hebben

geen invloed op de arpeggio.

n U kunt ook het bereik direct via het toetsenbord instellen, door de knop [INFORMATION] ingedrukt te houden en de

gewenste lage en hoge toetsen in te drukken.

n Vergeet alstublieft niet dat er geen geluid wordt geproduceerd als de KeyMode is ingesteld op 'sort' of 'thru' en er noten

buiten de hier ingestelde Note Limit (nootbegrenzing) worden gespeeld.

VelocityLimit Bepaalt de laagste en hoogste aanslagsnelheid in het aanslagbereik van de arpeggio. Hierdoor kunt u de arpeggio-

geluiden regelen met uw speelsterkte.

Instellingen: 1 ~ 127

n U kunt ook afzonderlijke lage en hoge triggerbereiken voor het arpeggioafspelen creëren, met een aanslag-'gat' in het

midden, door eerst de maximum waarde aan te geven. Door bijvoorbeeld een Velocity Limit (aanslagsbegrenzing) van 93 -

34 in te stellen, kunt u de arpeggio via twee afzonderlijke aanslagbereiken bespelen: zacht (1 - 34) en hard (93 - 127).

Noten die met een matige aanslag tussen 35 en 92 worden gespeeld, bespelen niet de arpeggio.

OPM.

Yamaha MOTIF ES7 Seite 191

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Art des Missbrauchs:

Forenregeln

Neu registrieren

Andere Handbücher von Yamaha MOTIF ES7

Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Info